Liahona
Ik moest haar dienen
Februari 2024


‘Ik moest haar dienen’, Liahona, februari 2024.

Onder heiligen der laatste dagen

Ik moest haar dienen

Mijn ZHV-presidente leerde me dat we door liefdediensten echt met elkaar verbonden raken.

vrouw bezorgt een maaltijd

Illustratie, Dilleen Marsh

Toen ik zwanger was van mijn jongste kind, was Margaret Blackburn de ZHV-presidente van onze wijk. We kenden elkaar alleen van de bijeenkomsten in de kerk.

De eerste week na de geboorte van mijn baby brachten vrouwen ons maaltijden. Een van die vrouwen was Margaret, een oudere, frêle vrouw. Ik was dankbaar, omdat ik geen fut of zin had om maaltijden te verzinnen of te koken of boodschappen te doen, en zeker niet om al die dingen te doen.

Na die eerste week bleef Margaret maaltijden langsbrengen. Soms had ze zelf iets klaargemaakt, soms waren het kliekjes van een wijkactiviteit, maar dat maakte mij niets uit. Het leek wel alsof ze wist dat ik niet zozeer hulp met de baby nodig had, of poetshulp, maar dat het voor mij een zegen was dat ik mij geen zorgen hoefde te maken over de maaltijden.

Kort daarop werd Margaret uit haar roeping ontheven omdat haar gezondheid haar in de steek liet. Ik wist het toen niet, maar er was bij haar terminale kanker vastgesteld.

Toen ik dat te weten kwam, wist ik wat ik moest doen. Ik moest haar dienen. Niet omdat ik haar iets schuldig was of omdat ik iets wilde terugdoen voor haar attentheid. Het was omdat ik door haar liefdediensten van haar was gaan houden.

Margaret had me geleerd dat we door liefdediensten echt met elkaar verbonden raken. Toen ik aan deze fantastische vrouw dacht, brak mijn hart bij de gedachte dat ze zou moeten stofzuigen of de keukenvloer dweilen. Dus ging ik elke week op bezoek om haar huis schoon te maken.

Toen ik op een dag terug naar huis reed, overviel mij een gevoel van dankbaarheid dat onze hemelse Vader het zo had gearrangeerd dat wij elkaar konden dienen. Als Margaret me niet zo toegewijd had gediend, had ik het misschien ongemakkelijk gevonden om haar zo vaak thuis te bezoeken. Ik ben die tijd met haar gaan koesteren! God wist dat Hij, door haar naar mij te sturen toen ik het moeilijk had, het pad voor mij zou vrijmaken zodat ik haar op mijn beurt kon dienen.

De tranen welden in mijn ogen op bij het besef dat inspiratie en de mogelijkheid om te dienen ons voor eeuwig met elkaar hadden verbonden.