2005
Een les voor mijn leraar
Februari 2005


Een les voor mijn leraar

Een paar jaar geleden waren een paar jongens uit de gemeente en ik van een kerkactiviteit op weg naar huis. We stonden aan de kant van een verlaten weg op de bus te wachten. Toen zagen we in de verte een auto aan komen. De auto stopte en de chauffeur bleek mijn voormalige leraar, meneer Enemor te zijn. We hadden elkaar al een paar jaar niet gezien. Hij was duidelijk blij om mij te zien en riep uit: ‘Ihenkoro, dat is lang geleden. Je bent groot geworden.’

Dat hij voorbijkwam had veel weg van een wonder, want we hadden al een paar uur geen auto voorbij zien komen. En het scheelde ook in busgeld. Meneer Enemor reed weg en vroeg na een tijdje: ‘Waar komen jullie vandaan?’

Ik antwoordde: ‘Van de kerk.’

Hij zei: ‘Hé, wat goed. Ik wou dat iedere jongere naar een kerk ging. Dan zou het goed gaan met dit land.’ Toen vroeg hij: ‘En naar welke kerk ga je?’

‘De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen’, zei ik.

‘Mormoon? Ben je mormoon?’

Ik zei ja.

Hij zei: ‘Dat is geen kerk. Ik heb erover gehoord.’ Hij zette zijn auto aan de kant en zei dat we uit moesten stappen. Dat deden we.

Met een glimlach om mijn lippen zei ik tegen hem: ‘Dank u, meneer, voor de lift. Ik weet dat u op zekere dag uw getuigenis over deze kerk zal geven.’ Hij reed weg, en we moesten nog anderhalf uur wachten voordat er een bus langskwam.

Ik wilde een goede zendeling zijn en wist dat ik daar een offer voor moest brengen. We brengen allemaal offers voor iets van waarde. Onze Heiland liet dat zien toen Hij zijn leven offerde voor onze zonden.

Ik wilde het evangelie in meneer Enemors leven brengen. Daarom ging ik bij hem langs. Hij liet me niet eens binnen, maar ik liet een paar brochures en een tijdschrift van de kerk achter.

Maanden daarna kreeg ik een brief van hem. Daarin schreef hij: ‘Wil je me alsjeblieft vergeven voor wat ik die avond gedaan heb. Ik ben je een excuus schuldig. En ik wil je bedanken. Mijn hele gezin is nu lid van de kerk waar ik eens tegen was. Ik ben nu een heilige der laatste dagen.’

De familie Enemor gaat naar de kerk in Abuja (Nigeria). Zij zijn aan elkaar verzegeld in de tempel. Ik krijg af en toe nog steeds een brief van hem en hij schrijft dan: ‘Ik dank je dat je me naar het licht hebt geleid.’

Wij voorzien in ons levensonderhoud met wat wij krijgen, maar wij bouwen een leven op met wat wij geven. Wij kunnen het evangelielicht in andermans leven brengen. Ze zullen wellicht vergeten wat je zei en deed, maar ze vergeten niet het gevoel dat je bij ze teweegbracht. Ga en geef ze een goed gevoel met het licht van het evangelie. Ik ben uitermate gezegend voor het kleine offer dat ik toen bracht om het evangelie in iemands leven te brengen die eerst niets van mijn geloof moest hebben.

Prince Ihenkoro is momenteel werkzaam in het zendingsgebied Accra (Ghana).

Afdrukken