Je op het priesterschap voorbereiden
De elfjarige Hansen Prabhudas uit de gemeente Bangalore 2, in het district Bangalore (India), was uitgelaten. Na de kerk zouden de oudere jongens in de gemeente hem leren om het avondmaal voor te bereiden, te zegenen en rond te dienen.
Eerst lieten de leraren in het Aäronisch priesterschap Hansen zien hoe zij de broodschalen klaarmaken en de bekertjes met water vullen.
Vervolgens lazen de priesters met hem de avondmaalsgebeden en legden uit hoe ze de tafelkleden vouwen.
Ten slotte lieten de diakenen zien waar ze staan, hoe ze het avondmaal ronddienen en hoe ze iedereen helpen om eerbiedig te zijn.
‘Het Aäronisch priesterschap is belangrijk’, zegt Hansen. ‘Ik moet nog veel doen om me erop voor te bereiden.’
Hansen leert niet alleen over het avondmaal, hij leest ook in de Schriften en probeert de geboden na te leven en zijn ouders te gehoorzamen. Hij leert ook over de kerk in het jeugdwerk en hij is een goed voorbeeld voor zijn broertje Gideon van negen.
Priesterschapszegens
Hansen leert veel over het priesterschap van zijn vader, die het Melchizedeks priesterschap draagt en in het quorumpresidium ouderlingen werkzaam is. ‘Pa heeft mij gedoopt en later Gideon’, zegt hij. ‘Als Ma ziek is, geeft hij haar een priesterschapszegen zodat ze beter kan worden.’
De last verlichten
Zijn vader helpt ook Hansens moeder met boodschappen doen en koken. ‘Hij werkt hard om ons te helpen’, zegt Hansen. En allebei zijn ouders helpen veel andere mensen, vooral in de kerk.
Hansens moeder heeft het vaak druk met haar roeping als jeugdwerkpresidente van de gemeente. Hansen verlicht haar last door groente te kopen of de afwas te doen.
‘Ik houd van mijn ouders’, zegt Hansen. ‘We houden iedere week gezinsavond, we lezen als gezin in de Schriften en we bidden geregeld met elkaar.’
Een leven van dienstbaarheid
Wanneer je elf bent, is er veel voor te bereiden. ‘Ik moet beter naar de Heilige Geest leren luisteren’, zegt Hansen. ‘Ik weet dat Hij me zal leiden als ik in mijn quorum, in de jongemannen en later in het seminarie het evangelie bestudeer. Door dat alles kan ik me voorbereiden op een voltijdzending. En ik moet de armen leren helpen en meer dienstbetoon verrichten. Ik moet mijn hele leven andere mensen helpen, want het priesterschap is er om anderen te dienen. Dat zou Jezus doen als Hij hier was.’
Zijn lievelingsverhaal uit de Schriften is het verhaal van Noach. ‘Ik vind het leuk dat de dieren gehoorzaam waren toen het tijd was om in de ark te gaan.’ Hij weet dat Noach veel moest doen om zich op de toekomst voor te bereiden, net als Hansen veel moet doen om zich op het priesterschap voor te bereiden.
Hansens hobby’s
Sport: Hansens lievelingssport is badminton, maar hij houdt ook van cricket, voetbal of gewoon hardlopen met zijn broer en hun vriend uit de straat. ‘Het maakt niet uit of je badminton, cricket of voetbal speelt, het is belangrijk dat je als team speelt’, zegt Hansen. ‘Net als in de priesterschap, want in een priesterschapsquorum werk je ook als team.’
Vissen kweken: Hansen kweekt guppy’s in een emmer regenwater achter de flat waar het gezin woont. Daarna doet hij ze in een klein aquarium. ‘Ik kijk graag naar die vele prachtige kleuren en hoe de vissen met elkaar spelen’, zegt hij.
Zingen: ‘Omdat hier liefde is’ (Kinderliedjes, pp. 102–103) is Hansens lievelingslied in het jeugdwerk. Hij en Gideon zingen graag liedjes over Jezus, vooral lofzangen. ‘Door de lofzangen hebben we liefde thuis’, zegt Hansen.