Tot we elkaar weerzien
Hoe weet ik dat de Heer me vergeven heeft?
Uit ‘Stand Ye in Holy Places’, Ensign, juli 1973, p. 122.
Hoe zou u die vraag beantwoorden?
Jaren geleden zat ik met president [Marion G.] Romney [1897–1988] in mijn kantoor. De deur ging open en er kwam een nette jonge man binnen met een bezorgde blik op het gezicht. Hij zei: ‘Broeders, ik ga morgen voor het eerst naar de tempel. Ik heb in het verleden wat verkeerd gedaan, ik ben naar mijn bisschop en mijn ringpresident gegaan en heb alles opgebiecht; en na een periode van bekering, lang genoeg om zeker te zijn dat ik dezelfde vergissingen niet opnieuw beging, hebben ze nu verklaard dat ik klaar ben om naar de tempel te gaan. Maar, broeders, dat is niet genoeg. Ik wil weten dat de Heer me ook heeft vergeven heeft — en hoe kan ik dat te weten komen?
Hoe zou u die vraag beantwoorden? Toen daar even over peinsden, dachten we aan de toespraak van koning Benjamin in het boek Mosiah. Een groep mensen vroeg om de doop, en ze zeiden dat ze zichzelf beschouwden als verkerend in een vleselijke staat:
‘En allen riepen zij met één stem, zeggende: O wees barmhartig en laat het zoenbloed van Christus gelden, opdat wij vergeving van onze zonden zullen ontvangen en ons hart gereinigd wordt. […]
En het geschiedde dat de Geest des Heren [toen] op hen kwam en zij met vreugde waren vervuld, omdat zij vergeving van hun zonden hadden ontvangen en gemoedsrust hadden’ (Mosiah 4:2–3).
Dat was het antwoord.
Als de tijd komt wanneer u al het mogelijke hebt gedaan om u van uw zonden te bekeren, wie u ook bent, waar u ook bent, en naar uw beste kunnen de aangerichte schade hebt hersteld of vergoed; zij het iets wat uw status in de kerk betreft en u naar de juiste gezagsdragers bent gegaan, dan verlangt u naar dat bevestigende antwoord of de Heer u al dan niet aanvaardt. Als u bij uw zelfonderzoek die gemoedsrust vindt, weet dan dat de Heer uw bekering heeft aanvaard. Satan wil dat u wat anders denkt, en zal u soms overtuigen dat er na die ene vergissing geen weg terug is en dat u maar gewoon door moet gaan zonder enige ommekeer. Dat is een van de grootste misleidingen die er zijn. Het wonder van vergeving is er voor ieder die zich afkeert van zijn verkeerde daden en ze niet meer herhaalt.