Het gebed van een kersverse moeder
Krystal Baker Chipman
Utah (VS)
Als kersverse moeder van een bewerkelijk jongetje heb ik soms het gevoel dat mijn leven bestaat uit luiers verschonen en eten geven.
Toen ik nog aan het moederschap moest wennen, betrapte ik mezelf erop dat ik mijn geestelijke behoeften aan het verwaarlozen was. In plaats van in de Schriften te lezen, deed ik meestal een broodnodig dutje of de zoveelste lading wasgoed. Mijn gebeden waren haastige smeekbeden tot mijn Vader in de hemel waarin ik vroeg of mijn zoontje in slaap mocht vallen en mocht blijven slapen, en of ik de nodige hulp mocht krijgen om de dag door te komen.
Toen mijn zoontje vier maanden oud was, besefte ik dat ik geestelijk verzwakt was. Mijn verlangen om mijn getuigenis te sterken was aan het afnemen. Ik had geen zin om drie uur lang in de kerk te zitten, en leek geen tijd of energie voor mijn andere huiselijke en kerkelijke taken te hebben. Ik wilde het licht van het evangelie weer voelen, maar was uitgeput en wist niet waar ik moest beginnen. Op een avond bad ik vurig om hulp.
De volgende morgen sleepte ik mezelf naar de kerk. Toen ik naar de ZHV-les zat te luisteren, viel mijn oog op een poster waarop het doel van de ZHV stond. Ik had de poster al eerder gezien, maar de boodschap was nog niet tot me doorgedrongen. Volgens de poster was het doel van de ZHV om zusters te helpen in geloof en rechtschapenheid toe te nemen, het gezin te versterken en mensen in nood te vinden en te helpen.
Ik las het doel nogmaals. Dit keer viel het deel over in geloof en rechtschapenheid toenemen me op. Ik begreep dat ik aan mijn geestelijk niveau moest werken voor ik mijn kerktaken naar behoren kon uitvoeren en anderen doeltreffend kon dienen. Ik begon dagelijks tijd voor Schriftstudie vrij te maken. Ik besteedde ook meer aandacht aan mijn gebeden.
Doordat ik mijn geloof en persoonlijke rechtschapenheid ontwikkelde en leiding van mijn hemelse Vader nastreefde, voelde ik mijn liefde voor het herstelde evangelie van Jezus Christus heropleven. Roepingen grootmaken, mijn ZHV-zusters bezoeken en wekelijks aan het avondmaal deelnemen, kregen weer betekenis. En de dingen waarvoor ik geen tijd of energie had, zijn nu een bron van troost en kracht voor mij en mijn gezin.