Vijf beginselen in de Leer en Verbonden voor zendelingen
Als je je op een zending voorbereidt of gewoon een manier zoekt om je geloof met je vrienden te bespreken, is er een gids die zo geweldig is dat je hem een tweede handleiding voor zendelingen kunt noemen.
De Leer en Verbonden. Daarin staan opnieuw geopenbaarde, prachtige leringen over eeuwige gezinnen, wat er gebeurt als we sterven, en hoe de kerk van Jezus Christus georganiseerd moet worden. Maar we vinden er ook, keer op keer, het gebod om het evangelie te verkondigen. Eigenlijk kun je dit boek met alle beloften en aansporingen die er voor zendelingen in staan, als een gids voor evangelieverkondiging beschouwen.
Je kunt bijvoorbeeld deze vijf prachtige beginselen over zendingswerk leren door gewoon de Leer en Verbonden te lezen.
1. Je moet je er niet om bekommeren waar je heen zult gaan.
LV 80:3: ‘Welnu, ga heen en predik mijn evangelie, hetzij naar het noorden of het zuiden, of het oosten of het westen, het doet er niet toe, want u kunt niet verkeerd gaan.’
‘De zinsnede “het doet er niet toe” betekent volgens mij in dit geval niet dat het de Heer niet kan schelen waar zijn dienstknechten werkzaam zijn. Hij vindt dat zelfs heel belangrijk. […] Hij inspireert en leidt zijn bevoegde dienstknechten. Als zendelingen ernaar streven om getrouwe en bekwame werktuigen in zijn handen te zijn en hun plichten getrouw uit te voeren, kunnen ze met zijn hulp “niet verkeerd gaan” – waar ze ook dienen.’1
– Ouderling David A. Bednar
2. Waardeer de Schriften en dan weet je wat je moet zeggen.
LV 84:85: ‘Verzamel de woorden van het leven steeds als een schat in uw gedachten, en op dat moment zal u het deel worden gegeven dat eenieder moet worden toegemeten.’
‘Naarmate u de woorden van de Schriften en de hedendaagse profeten door studie en geloof als schatten verzamelt, zult u het evangelie in toenemende mate willen uitdragen. U is beloofd dat de Geest u zal laten weten wat te zeggen als u onderwijst.’2
– Predik mijn evangelie
3. Er zijn overal mensen op zoek naar het evangelie.
LV 123:12: ‘Want er zijn er nog velen op aarde […], die worden verblind door de sluwe listigheid van de mensen, waarmee dezen op de loer liggen om te misleiden en die alleen van de waarheid worden afgehouden omdat zij niet weten waar die te vinden is.’
‘Er zijn overal om je heen vrienden en naasten “die alleen van de waarheid worden afgehouden omdat zij niet weten waar die te vinden is”. Vertel op ingeving van de Geest iets, nodig ze uit, stuur ze een sms of tweet iets waardoor je vrienden in aanraking met het herstelde evangelie komen.’3
– Ouderling David A. Bednar
4. Bid goed om goed te onderwijzen.
LV 42:14: ‘En de Geest zal u gegeven worden door het gelovige gebed; en indien u de Geest niet ontvangt, zult u niet onderwijzen.’
‘Zendelingen moeten […] op hun knieën gaan en de Heer smeken om hun tong los te maken en door hen te spreken tot zegen van hun onderzoekers. Als ze dat doen, komt er een nieuw licht in hun leven. Dan worden ze enthousiaster over het werk. Ze komen er achter dat ze echt dienstknechten van de Heer zijn die namens Hem spreken. Dan krijgen ze een andere reactie van hun onderzoekers.’4
– President Gordon B. Hinckley (1910–2008)
5. De Heilige Geest zal getuigen tot hen met wie u spreekt.
LV 100:7–8: ‘Maar Ik geef u een gebod dat u wat u ook in mijn naam verkondigt, zult verkondigen met een ernstig hart, met een zachtmoedige geest, in alle dingen. En Ik doe u deze belofte, dat voor zover u dat doet, de Heilige Geest zal worden uitgestort om te getuigen van alle dingen die u zeggen zult.’
‘De Heilige Geest kan zelfs door het licht van Christus werken. Iemand die in de waarheden van het evangelie onderwijst, plant niet iets vreemds of nieuws in een volwassene of een kind. Maar de zendeling of leerkracht zoekt contact met de Geest van Christus die al aanwezig is. Het evangelie zal iemand bekend in de oren klinken.’5
– President Boyd K. Packer (1924–2015)
Een doel stellen
Dit is nog maar het begin. Stel dit jaar bij het bestuderen van de Leer en Verbonden een doel om zoveel mogelijk over zendingswerk te leren. Doe dan alles in je vermogen om die leringen na te leven. Denk eraan: ‘Indien u verlangens hebt om God te dienen, bent u tot het werk geroepen; want zie, het veld is reeds wit om te oogsten’ (LV 4:3–4).