Wat is geloof?

Mary B. Ferguson

Over zuster Ferguson

Mary Tyndale Baxter Ferguson (1826–1909) werd in het Schotse Glasgow geboren. Ze werd al snel wees. Toen ze met mormoonse zendelingen in contact kwam, was zuster Ferguson aanvankelijk op haar hoede. Maar hoe meer ze de leer bestudeerde, hoe sterker haar getuigenis van de kerk werd. In oktober 1846 liet ze zich dopen. Ze beschreef de gevolgen van die beslissing als volgt: ‘Al mijn vrienden distantieerden zich van me. Mijn goede naam werd ter wille van het evangelie als slecht verworpen.’

Tijdens een conferentie van de kerk in Schotland leerde Mary John Baxter kennen, met wie ze in 1849 in het huwelijk trad. In 1851 emigreerden ze naar de Verenigde Staten. Ze verzorgde haar man wiens gezondheid slecht was vanwege zijn jarenlange dienst in de kolenmijn. John stierf in 1869 zodat Mary alleen voor hun zeven kinderen moest zorgen. In haar overlijdensbericht stond later dat ze zware inspanningen geleverd had om zo’n groot gezin met kleine kinderen groot te brengen, maar dat de Heer haar smeekbeden hoorde, haar zegende en haar rug voor die zware last versterkte.

Zuster Ferguson zorgde als verpleegster en vroedvrouw voor brood op de plank. Uiteindelijk hertrouwde ze, waarna ze naar Spanish Fork in Utah verhuisde. Ze was er een aantal jaar als ZHV-presidente werkzaam. Uit haar ervaringen blijkt haar toewijding aan God ondanks haar beproevingen. Dit is een uittreksel uit een toespraak tot de jongevrouwen in 1879.

Aangezien geloof het eerste beginsel van het evangelie is, moeten we ons afvragen wat geloof is. In de Schriften staat: ‘Geloof is de verzekering van dingen waarop gehoopt wordt, het bewijs van dingen die niet worden gezien’ [Bijbelvertaling van Joseph Smith, Hebreeën 11:1]. […] Als we het evangelie naleven, ontvangen we bepaalde zegeningen. Maar als we beweren te geloven en het evangelie niet naleven, is ons geloof nutteloos. Dan is het als het lichaam zonder de geest: dood. Jonge zusters, levend geloof motiveerde jullie vaders en moeders om in hun geboorteland en thuis het evangelie na te leven. Te midden van spot en vervolging lieten ze door hun geloof hun huis en familie achter en alles wat hen dierbaar was. Ze staken de machtige oceaan over […] en vertrouwden erop dat de arm van Jehova hen naar een veilige haven zou brengen. Velen van hen waren moeilijkheden en beproevingen voordien bespaard gebleven. […] Sta hier even bij stil, jonge zusters: jullie vaders en moeders legden ruim 1600 kilometer af met een handkar waarin al hun voedsel, beddengoed, kookgerei, kledij enzovoort zat. Velen van hen hadden kleine kinderen. Ze waadden rivieren door waarbij het water tot hun middel kwam. Ze sleepten zich voort over kilometers mul zand. En toch loofden ze hun God ’s avonds rond het kampvuur omdat de beginselen van geloof in hun boezem verankerd waren. Ze hadden de verzekering van dingen die niet worden gezien. Hun geloof bracht ze naar deze vallei, maar dat was toen nog geen rijke, vruchtbare vallei zoals nu. Door hun geloof bewerkten ze de onvruchtbare bodem en dankzij Gods zegeningen slaagden ze erin de woestijn als een roos te laten bloeien. […]

De tijd is te kort om jullie over de beproeving van ons geloof door krekels, sprinkhanen, droogten, overstromingen en de vervolging door onze vijanden te vertellen. Maar ondanks dat alles zijn we een uitermate gezegend en gelukkig volk. En door ons geloof zijn we van plan om te groeien, in aantal toe te nemen en ons te verspreiden, zodat er aan ons nakomelingschap, net zoals aan dat van Abraham, geen einde zal komen.

Lieve jonge vrienden, denk niet dat jullie niets meer hoeven te doen omdat wij al zoveel gedaan hebben. Jullie moeten je verspreiden. Denk niet dat Utah groot genoeg is voor alle kinderen van Zion. Jullie zullen nieuwe kolonies moeten stichten. […]

Streef daarom naar het geloof dat jullie vaders in deze laatste dagen ontwikkeld hebben, zodat jullie door geloof de doelen van Jehova teweeg kunnen brengen. Moge de bezielende invloed van de Geest van God op Zions kinderen rusten, zodat die in hen brandt en hen aanspoort om vruchten van rechtschapenheid voort te brengen.