Wat ervoor nodig is om onze rechtschapen verlangens in vervulling te zien gaan

Marc Deo Dela Cruz

Toen ons gezin getroffen werd door armoede, wist ik niet hoe ik ooit een zending zou kunnen vervullen.

Lang voordat ik in De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen gedoopt werd, wilde ik de Heer al dienen. Ik heb mezelf altijd voorgenomen dat ik al mijn tijd aan Hem zou wijden, wat er ook gebeurde. Het was mijn droom om Hem mijn hele leven te dienen. Mijn lidmaatschap van de Kerk van Jezus Christus gaf me een nog betere kans om mijn droom waar te maken.

In december 2017 werd ik gedoopt. Het was de mooiste dag van mijn leven. Het evangelie leerde me om anders te denken, anderen te inspireren, mijn angsten te overwinnen, mijn talenten te ontwikkelen en nieuwe talenten te ontdekken. Op een bepaald moment hoorde ik dat het mogelijk was een voltijdzending te vervullen. Ik wist onmiddellijk dat ik dat wilde doen. Iedere dag werkte ik aan mijn voorbereiding. Ik las de Schriften, ging naar het instituut en maakte mijn roeping groot. Maar ons gezin had een probleem dat me heel onzeker maakte over de toekomst.

Armoede.

Toen ik 18 jaar was, werd ons gezin getroffen door armoede. We hadden nauwelijks geld om eten te kopen en naar school te gaan, laat staan voor vervoer naar de kerk. Het enige waaraan we ons nog konden vasthouden was ons geloof. Die situatie vertraagde mijn proces van een zending vervullen enorm. Ik nam mijn moeder in vertrouwen over mijn verlangen, maar zij herhaalde iets dat ze al vaker tegen me had gezegd: ‘Maak eerst je school af voordat je je dromen gaat najagen.’ Vanwege onze financiële situatie had ik niet veel keus. Ik werkte dus hard om mijn studie af te maken.

Uiteindelijk studeerde ik af en was ik klaar om de Heer te gaan dienen. Maar we waren nog steeds arm.

Het was frustrerend.

Ik dacht, ik heb mijn studie afgemaakt en alles gedaan wat ik kon. Waarom komt het nu nog niet goed? Ik wilde niet langer wachten tot ik mijn droom kon waarmaken, maar in plaats van ontmoedigd te raken, vertrouwde ik erop dat het uiteindelijk goed zou komen.

Ik besloot extra hard te werken om genoeg geld voor mijn zending te verdienen. Ik bad elke dag, ik sprak zo vaak mogelijk met de zendelingen af, en ik versterkte mijn getuigenis door kerkmateriaal te bestuderen.

Veel van mijn familieleden waren tegen mijn droom om een zending te vervullen. Volgens hen zou mijn zending alles alleen nog maar erger maken voor mij en mijn familie. Maar ik hield voet bij stuk. Ik wist zeker dat ik een zending wilde vervullen, en dat onze hemelse Vader dat mogelijk zou maken.

Na heel lang werken en sparen diende ik eindelijk mijn zendingsaanvraag in. Toen mijn bisschop me belde om te vertellen dat mijn oproep was gearriveerd, was ik door het dolle heen. Ik ging direct naar het ringkantoor om de brief op te halen. Die avond opende ik mijn zendingsoproep en vertelde ik thuis dat ik was opgeroepen om te dienen in het zendingsgebied Cabanatuan op de Filipijnen.

Ik huilde die avond van vreugde. Ondanks alles wat er was gebeurd, had ik door mijn geloof, harde werk en vertrouwen in de Heer alles gedaan wat nodig was om een zending te vervullen en mijn droom te laten uitkomen. Ik realiseerde me dat ik zonder de beproevingen die aan mijn zending vooraf gingen misschien niet volledig fysiek, emotioneel, geestelijk, mentaal en financieel voorbereid was geweest. Door mijn omstandigheden was ik op heel veel manieren gegroeid.

Ik weet dat onze hemelse Vader een plan heeft voor ons allemaal. Op het moment zelf begrijp je misschien niet waarom je al die dingen moet doorstaan en kan het je niet snel genoeg gaan, maar je kunt beter op zijn timing vertrouwen dan op de jouwe. Als we op Hem vertrouwen en hard werken, zal Hij onze rechtschapen verlangens op het juiste moment in vervulling doen gaan, en ons helpen om onderweg te groeien (zie Enos 1:12 en Alma 29:4).