Lila’s keuze
De auteur woont in Corrientes (Argentinië).
‘Mijn lichaam is de tempel die Vader gaf aan mij’ (Kinderliedjes, p. 73).
Lila wilde het goede kiezen.
‘Tijd voor de Schriften!’ zei Lila.
Lila las graag voor aan haar zusje, Ánika, en haar broertje, Svetan. Lila zou binnenkort worden gedoopt! Ze wilde iedere dag in de Schriften lezen om er klaar voor te zijn.
Lila opende het boek met verhalen uit de Schriften op de eerste pagina. Ánika en Svetan kropen tegen haar aan om naar de plaatjes te kijken.
‘Goed luisteren, want daarna ga ik jullie vragen stellen’, zei Lila. Toen begon ze het eerste hoofdstuk te lezen.
‘Voordat we geboren werden, woonden we in de hemel’, las Lila. ‘We hadden nog geen lichaam. We waren geesten.’
Lila, Ánika en Svetan keken naar de plaatjes van mensen in witte kleren.
‘Klaar voor de eerste vraag?’ Lila keek naar Ánika. ‘Waar kwam je vandaan voordat je werd geboren?’
Ánika klapte in haar handen. ‘De hemel!’
‘Ja, inderdaad’, zei Lila. ‘En waar kwam Svetan vandaan?’
‘Ook uit de hemel’, zei Ánika. Svetan lachte en stopte zijn vuistje in zijn mond. Lila en Ánika moesten lachen. Svetan was de schattigste baby in Argentinië!
‘Onze hele familie komt uit de hemel’, zei Lila. ‘Jezus ook. Hij kwam ons helpen zodat we weer bij onze hemelse Vader kunnen wonen.” Lila wees naar het plaatje van Jezus in het boek.
Na het voorlezen bleef Lila denken aan hoe het geweest moest zijn om met Jezus in de hemel te wonen. Ze wilde net zoals Hij zijn. Ze wilde altijd het goede kiezen!
De volgende dag op school rammelde Lila van de honger toen ze in de rij stond voor het ontbijt. Ze kon de empanadas al bijna proeven toen señora Ruiz ze op haar bord deed. Ze roken zo lekker!
Toen schonk señora Ruiz Lila een beker melk in. Oei! dacht Lila. De melk zag er donkerder uit dan normaal. De school deed soms koffie of thee in de drankjes.
‘Zit er vandaag koffie of thee in de melk?’ vroeg Lila.
Señora Ruiz wuifde haar bezorgdheid weg. ‘Een beetje koffie’, zei ze. ‘Je proeft het zelfs niet.’
Lila dacht even na. Ze herinnerde zich dat ze net als Jezus wilde zijn en het goede kiezen. Ze wist dat koffie drinken niet mocht van de profeten.
‘Nee, dank u. Ik hoef geen melk vandaag’, zei Lila. Ze glimlachte naar señora Ruiz. Ze ging zitten om te eten.
Die avond hielp Lila papi in de keuken met de afwas. Ze dacht nog na over het verhaal uit de Schriften. Ze dacht ook na over de melk.
‘Papi?’
‘Ja?’ zei papi.
‘Waarom heeft onze hemelse Vader ons een lichaam gegeven?’
Papi spoelde een bord af en dacht na. ‘Hij gaf ons een lichaam zodat we net als Hij konden worden’, zei hij. ‘Je lichaam is een huis voor je geest. Dat bedoelen we als we zeggen dat ons lichaam een tempel is.’
Lila knikte. In het jeugdwerk zongen ze daar weleens een liedje over. ‘Dus daarom wil onze hemelse Vader dat we goed voor ons lichaam zorgen?’
‘Precies’, zei papi.
‘Vandaag op school hadden ze koffie in de melk gedaan’, zei Lila. ‘Maar ik heb het niet opgedronken, hoor. Ik probeer goed voor mijn tempel te zorgen.’
‘Ik ben trots op je’, zei papi. Hij droogde zijn handen aan een handdoek en gaf Lila een knuffel.
Lila klemde papi in haar armen. Ze was blij dat ze goed voor het lichaam kon zorgen dat haar hemelse Vader haar had gegeven.