Uitsluitend digitaal
Als ik nou eens geen antwoord op mijn gebeden lijk te krijgen?
Zeven ideeën om te ontdekken hoe onze hemelse Vader elk rechtvaardig gebed beantwoordt.
Illustratie, Paul Mann
In de Schriften lezen we herhaaldelijk de belofte: ‘Vraag God; vraag en het zal u gegeven worden; zoek en u zult vinden; klop en u zal opengedaan worden’ (Mattheüs 7:12, BJS). Wat moeten we volgens die belofte doen als we het gevoel hebben dat onze gebeden, smeekbeden en verlangens onbeantwoord blijven?
Een natuurlijke reactie kan soms zijn om je af te vragen of God onze gebeden echt hoort of verhoort, of misschien denken we: Hij verhoort alle gebeden behalve die van mij. Maar we kunnen op andere manieren reageren, zodat we de kracht of de hoop opdoen om in geloof voorwaarts te gaan, of inzien hoe onze hemelse Vader onze gebeden nu al verhoort.
Eerst en vooral kunnen we geloof oefenen in God, die ‘een God van waarheid [is], en niet [kan] liegen’ (Ether 3:12; zie ook Titus 1:2). Wanneer we die leer in gedachten houden, hoeven we ons niet af te vragen of God onze gebeden wel zal verhoren en kunnen we in plaats daarvan onze energie richten op het zoeken naar zijn hand en leiding in ons leven, omdat we weten dat Hij elk gebed beantwoordt. Deze zeven werkwijzen hebben enkele van de vele beginselen gemeen die ons kunnen helpen inzien hoe we zegeningen en antwoorden van onze hemelse Vader kunnen ontvangen en herkennen.
1. Vertrouw erop dat God het beste voor je wil.
Ons vermogen om in geloof vooruit te gaan kan sterk vergroten als we in gedachten houden dat onze hemelse Vader altijd het beste met ons voor heeft. Ouderling Richard G. Scott (1928–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd dat Hij misschien niet elk gebed verhoort zoals wij willen, maar dat Hij in zijn genade ‘altijd uw gebeden beantwoordt op een tijdstip en wijze die het best zijn voor uw eeuwig welzijn’.1
Als we leren erop te vertrouwen dat onze hemelse Vader werkelijk onze gebeden verhoort op de manier die voor ons het beste is, kunnen we gemoedsrust en dankbaarheid vinden in plaats van teleurstelling wanneer gebeden niet worden verhoord zoals we hadden gehoopt. We kunnen ‘blijmoedig alle dingen doen die binnen ons vermogen liggen, […] in afwachting van de openbaring van zijn arm’ (Leer en Verbonden 123:17) en van meer vreugdevolle zegeningen.
2. Denk zelf goed na en streef ernaar je concreet te laten leiden.
President Russell M. Nelson heeft gezegd: ‘De Heer houdt ervan als wij ons inspannen.’2 We kunnen geen antwoorden verwachten als we niet bereid zijn om ons in te spannen. Toen Oliver Cowdery eens een zegen niet kreeg waarnaar hij verlangd had, herinnerde de Heer hem (en ons) eraan:
‘Zie, u hebt het niet begrepen; u hebt verondersteld dat Ik het u zou geven, terwijl u niet verder dacht dan alleen Mij te vragen.
‘Maar zie, Ik zeg u dat u het in uw gedachten moet uitvorsen; daarna moet u Mij vragen of het juist is, en indien het juist is, zal Ik uw boezem in u doen branden; bijgevolg zult u voelen dat het juist is’ (Leer en Verbonden 9:7–8).
Als we wachten op een specifiek antwoord op een algemene vraag, is het misschien beter om een doordachte, specifieke vraag te stellen en vervolgens om bevestiging te vragen. Als we bijvoorbeeld bidden ‘Wat moet ik nu doen?’ zonder veel meer te doen dan om leiding te bidden, is het misschien beter om eerst alle mogelijkheden te onderzoeken, ze grondig af te wegen, evangeliebeginselen toe te passen om de beste optie te kiezen, en die optie vervolgens ter bevestiging aan de Heer voor te leggen.
3. Sta open voor meerdere mogelijkheden.
Als we in gedachten houden dat Gods ‘wegen hoger [zijn dan onze] wegen’ (Jesaja 55:9; zie ook vers 8), zullen we meer openstaan voor de verschillende manieren waarop onze hemelse Vader onze gebeden zou kunnen beantwoorden. Ouderling Scott zei bijvoorbeeld dat gebeden om genezing op veel manieren beantwoord kunnen worden: ‘Het is belangrijk om te begrijpen dat zijn genezing kan betekenen dat u genezen wordt, of dat uw lasten verlicht worden, of zelfs dat u tot het besef komt dat het de moeite waard is om geduldig tot het einde toe te volharden, want God heeft dappere zonen en dochters nodig die bereid zijn om gepolijst te worden wanneer Hij dat in zijn wijsheid wil.’3
Als we Schriftteksten en profetische leringen bestuderen die verband houden met het onderwerp waarvoor we bidden, kan dat ons helpen antwoorden te herkennen die onze hemelse Vader ons stuurt, in welke vorm dan ook. Daardoor lopen we minder kans om kortzichtig4 te zijn en staan we meer open voor Gods wil en kennis.
4. Aanvaard het nederig als het antwoord nee is.
Soms is ‘nee’ het beste antwoord voor ons eeuwig welzijn. Als dat het geval is, kunnen we kracht vinden in deze raad van president Nelson, die ons kan helpen Gods liefde en genade te herkennen:
‘Niet al onze gebeden worden verhoord zoals we willen. Af en toe is het antwoord nee. Dat hoeft ons niet te verbazen. Liefdevolle ouders zeggen ook niet altijd ja op elk verzoek van hun kinderen. […]
‘We behoren in overeenstemming met de wil van onze hemelse Vader te bidden. Hij wil ons testen, Hij wil ons sterken en Hij wil dat we zoveel mogelijk bereiken. Toen de profeet Joseph Smith in de gevangenis te Liberty zat, smeekte hij om bevrijding. Het antwoord op zijn gebeden was een verklaring: “Al deze dingen [zullen] u ondervinding geven en voor uw bestwil zijn” [Leer en Verbonden 122:7].’5
Als het antwoord nee is, kunnen we een ander soort kracht opdoen als we oog hebben voor alle groei, ervaringen en goedheid die uit onze omstandigheden voortkomen.
5. Bedenk dat onze God keuzevrijheid respecteert.
Soms krijgen we pas het antwoord waar we om bidden als we eerst onze keuzevrijheid gebruiken en in geloof handelen. Ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen vertelde over de kinderen van Israël die de Jordaan moesten oversteken. Hij zei dat het water zich pas terugtrok nadat ze erin waren gestapt (zie Jozua 3:15–16). Hij zei ook: ‘Oprecht geloof heeft de Heer Jezus Christus als middelpunt en leidt altijd tot handelen.’6
Zijn we bereid om in geloof te handelen zonder een antwoord te krijgen, en vertrouwen we op de beloften en leringen van God? In dat geval zullen we ontdekken dat onze hemelse Vader klaarstaat om ons een antwoord te geven ‘na de beproeving van [ons] geloof’ (Ether 12:6). Soms houdt de actie die we moeten ondernemen niet direct verband met ons verlangen, maar eerder met de verandering van hart die ons op het antwoord voorbereidt.
Let bijvoorbeeld op de rol van nederigheid in de zegeningen die ons worden beloofd in Leer en Verbonden 112:10: ‘Wees nederig, en de Heer, uw God, zal u aan de hand leiden en u antwoord geven op uw gebeden.’ We kunnen overwegen hoe nederigheid ons kan helpen om onze keuzevrijheid te gebruiken en zo de zegeningen te zoeken en te ontvangen die onze hemelse Vader ons wil geven.7 We kunnen ook het woord van God bestuderen om andere eigenschappen te vinden die we kunnen ontwikkelen om in aanmerking te komen voor de gewenste zegeningen.
Aan de andere kant zijn onze antwoorden misschien afhankelijk van de keuzevrijheid van andere mensen. We kunnen bijvoorbeeld bidden dat iemand weer actief wordt in de kerk, zijn gedrag verandert of ons ergens een kans toe geeft. In elk van die gevallen heeft de betrokkene nog steeds zijn keuzevrijheid. En omdat keuzevrijheid zo belangrijk is voor onze hemelse Vader – immers, ‘de oorlog in de Hemel ging over onze morele keuzevrijheid’8 – is het belangrijk om te onthouden dat Hij de keuzevrijheid van een ander niet zal wegnemen, zelfs niet om onze gebeden te beantwoorden.
Als we geen antwoord lijken te krijgen op een gebed dat afhangt van iemand anders, kunnen we in plaats van te bidden dat de ander verandert, ook bidden om te weten wat wij kunnen doen om liefde of geduld in onze relaties te vergroten, onze eigen zwakheden te overwinnen (zie Mattheüs 7:3–5), of om onze vaardigheden te verbeteren zodat we in aanmerking komen voor iets nieuws.
6. Wees ‘openbaring waardig’.9
Als we het moeilijk vinden om antwoord op onze gebeden te krijgen, kunnen we ervoor zorgen dat we het voortdurende gezelschap van de Heilige Geest waardig zijn. President Nelson heeft gezegd: ‘Als iets ons ervan weerhoudt om de deur tot de hemelse leiding te openen, moeten we ons misschien bekeren. Bekering opent die deur, zodat we de stem van de Heer vaker en duidelijker horen.’10
Dit houdt in dat we onze emoties onder controle houden. Ouderling Scott heeft gezegd: ‘De inspirerende invloed van de Heilige Geest kan geblokkeerd of gehinderd worden door sterke emoties zoals boosheid, haat, begeerte, angst of hoogmoed. Als dergelijke invloeden meespelen, lijkt dat op het willen proeven van een zoete druif terwijl u een Spaanse peper eet. Beide smaken zijn aanwezig, maar de een overheerst de andere volledig. Op dezelfde manier overheersen de sterke emoties de gevoelige influisteringen van de Heilige Geest.’11
Kom te weten hoe we ons leven nog meer kunnen zuiveren om leiding te krijgen van onze hemelse Vader in de toespraken ‘In het beginsel openbaring groeien’ van president Nelson en ‘Hemelse inspiratie ontvangen’ van ouderling Scott.
7. Blijf bidden en houd vast aan het geloof.
Wat je ook doet, blijf bidden. ‘Bid ook als u daar geen verlangen toe voelt’, heeft ouderling Scott gezegd.12 Gebruik dit moment om je geestelijk fundament sterker dan ooit te maken.
Ouderling Neil L. Andersen van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft uitgelegd waarom dit zo belangrijk is: ‘Als uw geloof wordt beproefd – wat u ook doet, keer u niet af van de kerk!! Afstand nemen van het koninkrijk Gods ten tijde van een geloofsbeproeving is hetzelfde als de veiligheid van een schuilkelder te verlaten terwijl er een wervelstorm aankomt.’13
Ouderling James B. Martino van de Zeventig herinnerde ons aan deze Schrifttekst: ‘“Indien u gestemd was het lied van de verlossende liefde te zingen, zou ik willen vragen: Kunt u nu zo gestemd zijn?” [Alma 5:26]. Als je dat nu niet voelt, kun je het wel weer voelen. Maar overweeg de raad van Nephi [in 1 Nephi 15:10–11]. Wees gehoorzaam, denk aan de momenten waarop je de Geest hebt gevoeld, en vraag in geloof. Dan zul je antwoord krijgen, en zul je de liefde en gemoedsrust van de Heiland voelen. Je krijgt misschien niet meteen antwoord, of op de manier die je verwacht, maar je zult antwoord krijgen. Geef de moed niet op! Geef nooit op!’14
Ouderling Jeffrey R. Holland van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd dat als ‘je gebeden […] keer op keer onbeantwoord blijven […] je behoefte hebt aan geloof.’ Dat geloof, zei hij, moet ‘krachtig geloof [zijn], geloof dat ons hier en nu ondersteunt, niet alleen op de dag des oordeels of ergens in celestiale heerlijkheid.’15