‘Je hebt de tempel’, Liahona, augustus 2023.
Onder heiligen der laatste dagen
Je hebt de tempel
Ik ben dankbaar dat ik altijd kracht krijg door in de tempel van de Heer te dienen.
In 1972 werd ik als 17-jarige door de voltijdzendelingen onderwezen en liet ik me dopen. Drie jaar later was ik organiste in de Budokan-arena in Tokio waar president Spencer W. Kimball (1895–1985) de bouw van de Tokiotempel (Japan) aankondigde.
Na de inwijding in 1980 reisde ik elke maand van Sendai naar de tempel. Ik vertrok telkens op vrijdagavond na mijn werk, zodat ik de volgende dag in de tempel kon zijn. Ik wilde graag vaker naar de tempel gaan en besloot in 1981 naar Tokio te verhuizen.
Kort na onze bruiloft werd mijn man, Osamu, als ringpresident geroepen. Hij werkte hard en was betrokken bij de bouw van het bijgebouw van de tempel. Mede dankzij hem en onze kinderen, en de leiding van de Heer, werden mijn ouders twintig jaar na mijn doop lid van de kerk.
Vlak na hun doop onderging ik een ingreep tegen kanker in mijn bovenkaak. Op de dag van mijn operatie vastte en bad de president van de tempel, waar ik organiste en verordeningswerkster was, voor me. Na mijn operatie kon ik maar moeilijk praten, eten, zingen en andere alledaagse dingen doen.
‘U kunt misschien niet praten,’ zei de tempelpresident, ‘maar u kunt wel op het orgel spelen!’
Dat moedigde me aan om na mijn herstel mijn taken weer op te nemen. Door in de tempelkapel op het orgel te spelen, werd ik vervuld van de Geest van de Heer en voelde ik me geestelijk en lichamelijk gesterkt. Ik dankte de Heer vaak in stil gebed voor de woorden van de lofzangen.
Tien jaar na mijn operatie werd bij mijn man ook kanker vastgesteld. Hij moest regelmatig naar het ziekenhuis. Vlak voor zijn overlijden zei hij tegen mij: ‘Je hebt de tempel, dus het komt goed met jou.’
Bij elke beslissing die ik op mijn levenspad in geloof heb genomen, stond de tempel centraal. Door elke dag in de tempelkapel op het orgel te spelen, ben ik het verlossingsplan van de Heer beter gaan begrijpen – vooral nadat mijn man het tijdelijke met het eeuwige had verwisseld.
Ik ben dankbaar dat ik altijd kracht krijg door in de tempel van de Heer te dienen. In de tempel ontvangen we leiding en kracht om leed en tegenspoed te doorstaan.