2007
Voorbereiding op een zending: gezondheid
Maart 2007


Voorbereiding op een zending: gezondheid

Minimaal twee jaar voordat iemand op zending gaat, moet hij of zij met de lichamelijke en geestelijke voorbereiding beginnen.

In de afgelopen 35 jaar heb ik als hart- en vaatchirurg duizenden hartoperaties verricht. Na een hartoperatie vragen de patiënten vaak hoe ze een volgende operatie kunnen vermijden. Maar ook als ze me dat niet vragen, voel ik me verplicht om ze advies te geven. Ik vertel ze hoe belangrijk het is om gezond te eten, niet dik te worden, voldoende lichaamsbeweging en rust te hebben en stress te vermijden. Zij die mijn advies opvolgen, worden over het algemeen gezegend met nog vele jaren. Maar velen die niet de noodzakelijke veranderingen in hun levenswijze aanbrengen, moeten vaak weer onder het mes — vaak alweer vrij snel.

Nu beginnen

Preventieve maatregelen zijn ook belangrijk voor jongvolwassenen die zich op een zending voorbereiden. Ongeveer drie procent van de zendelingen moet de zending wegens lichamelijke of geestelijke problemen vroegtijdig beëindigen. Drie van de honderd zendelingen lijkt niet zoveel. Maar voor de persoon en de familie is het wel degelijk belangrijk.

Ruim een jaar geleden ben ik geroepen om de gezondheidsproblemen van zendelingen te observeren. Gebaseerd op wat ik in die tijd heb meegemaakt, wil ik de volgende informatie aanbieden om jonge mensen die zich op een zending voorbereiden te helpen bij het vermijden van bepaalde gezondheidsproblemen.

Met de juiste voorbereiding zijn de meeste gezondheidsproblemen van zendelingen te vermijden. Ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Beste jonge broeders, het allerbelangrijkste wat je kunt doen om je voor te bereiden op een zendingsoproep is lang voordat je op zending gaat al een zendeling te worden.’1

Ik adviseer om minimaal twee jaar voor een zending met de voorbereidingen te beginnen. Zij die tot het laatste moment wachten, of tot ze een oproep hebben ontvangen, zijn misschien niet voldoende voorbereid en moeten hun zending eventueel zelfs uitstellen.

De voorbereiding op het gebied van lichamelijke gezondheid bestaat uit een medisch en tandheelkundig onderzoek. In sommige gevallen kan de voorbereiding op het gebied van de geestelijke gezondheid een evaluatie door iemand uit de geestelijke gezondheidszorg vereisen.

Lichamelijke voorbereiding

Dagelijkse lichaamsbeweging. Een zendeling moet in staat zijn om gemiddeld zo’n tien kilometer per dag te lopen en zo’n twintig kilometer te fietsen. Toekomstige zendelingen die niet meer lopen dan van hun auto naar hun klaslokaal of werkplek zullen in het zendingsveld waarschijnlijk last van hun voeten krijgen of blaren ontwikkelen. Zendelingen die niet geregeld gefietst hebben, kunnen zadelpijn krijgen als de fiets hun belangrijkste vervoermiddel is. Een zendeling die niet in goede conditie verkeert, zal door het zendingswerk moe worden, en een vermoeide zendeling is veel ontvankelijker voor gezondheidsproblemen en gevoelens van ontmoediging dan een fitte zendeling.

Toekomstige zendelingen kunnen zich op het zware zendingsleven voorbereiden door geregelde lichaamsbeweging — iedere dag een uur wandelen, hardlopen of fietsen. Zij die voornamelijk computerspelletjes hebben gespeeld of smsjes hebben verzonden, hebben minimaal vier maanden nodig om zodanig in conditie te komen dat ze plezier in lichaamsbeweging kunnen krijgen.

Voldoende slaap. Hoewel slaapbehoeften kunnen variëren, hebben jongvolwassenen over het algemeen zeven tot acht uur slaap nodig. Idealiter moeten ze tussen half elf en twaalf uur in bed liggen en tussen half zeven en acht uur opstaan. Als ze tot twee of drie uur ’s nachts opblijven en tot tien uur ’s morgens slapen, kunnen ze zich voortdurend moe voelen en willen ze wel tot twaalf uur slapen. Het kan bijzonder schadelijk zijn om de hele nacht op te blijven om voor een examen te studeren, tot laat in de nacht videospelletjes te spelen of een nachtdienst te werken omdat de biologische klok van het lichaam in de war raakt. Zendelingen leven een regelmatig leven. Ze staan iedere dag om half zeven op en gaan om half elf naar bed. Dat schema kan moeilijk zijn als de toekomstige zendeling niet ruim van tevoren aan zo’n schema went.

Gezonde eetgewoonten. In plaats van suiker en vet moeten jonge mensen proteïne en vezels leren eten, zoals mager vlees, yoghurt, groente en fruit. Ook het drinken van meer dan 350 ml frisdrank per dag is te veel.

De afdeling zendingswerk vereist dat zendelingen een body mass index (BMI) van 37 of lager hebben. Dat is eigenlijk al op de grens van corpulentie en zware corpulentie. Toekomstige zendelingen moeten naar een normaal gewicht streven om gezondheidsproblemen te vermijden. Veel te licht zijn kan ook ernstige gezondheidsproblemen opleveren.

Voedsel bereiden. Ouders kunnen hun zoons en dochters leren hoe ze eenvoudige, gezonde maaltijden kunnen bereiden. Ik leg nadruk op het woord ‘eenvoudig’ omdat zendelingen vaak op een enkele kookplaat moeten koken en wellicht geen oven hebben. Iedere toekomstige zendeling moet weten hoe je eenvoudige maaltijden kunt koken en hoe je voedsel moet klaarmaken. Omdat zendelingen meestal geen vaatwasser hebben, is het ook belangrijk dat ze weten hoe ze na de maaltijd moeten opruimen en afwassen.

Persoonlijke verzorging. Persoonlijke verzorging is belangrijk om als zendeling succes te hebben. Een eerste indruk is blijvend. Als zendelingen schone handen hebben, kunnen ze gezond blijven en zullen ze geen besmettelijke ziekten verspreiden.

Huidproblemen. Acné is een veel voorkomend probleem. Wie veel last van acné heeft, moet medische hulp inroepen ruim voordat hij of zij naar het opleidingscentrum voor zendelingen (OVZ) gaat. Het gebruik van sommige medicijnen moet nauwkeurig in de gaten worden gehouden, want dat is in het zendingsveld niet mogelijk.

Tandheelkundige verzorging. Preventie is de sleutel tot een gezond gebit. Dat houdt in dat het gebit minimaal ’s morgens en ’s avond gepoetst, dagelijks geflost en geregeld door de tandarts gecontroleerd wordt. Tandheelkundige behandelingen moeten zijn voltooid voordat de zendeling zijn aanbeveling kan insturen. Orthodontische behandelingen — die vaak twee of meer jaar in beslag nemen — dienen vóór aankomst in het OVZ afgerond te zijn.

Chronische gezondheidsproblemen. Hoofdpijn is een veel voorkomend en moeilijk gezondheidsprobleem dat tijdens een zending erger kan worden en in het zendingsveld moeilijk te onderzoeken en te behandelen is. Maag- en darmproblemen kunnen tijdens de zending ook chronisch worden. Hart- en longproblemen, zoals astma, moeten vóór aanvang van de zending nauwkeurig onderzocht worden. Met de juiste behandeling kunnen veel problemen gestabiliseerd worden, waardoor het mogelijk wordt om toch op zending te gaan als de behandeling tijdens de zending kan worden voortgezet.

Bot- en gewrichtsproblemen door een blessure vereisen vaak een operatie. Orthopedische behandelingen, zelfs artroscopische operaties, hebben vaak een lange revalidatie tot gevolg. Toekomstige zendelingen moeten ruim voor hun zending (vier tot zes maanden) de nodige orthopedische zorg ontvangen. Een jonge man of vrouw die twee weken na een knieoperatie op krukken naar het OVZ komt, is in het zendingsveld niet in staat om de nodige afstanden te lopen.

Vaccinaties. Wie zich op een zending voorbereidt, moet op de juiste leeftijd alle reguliere vaccinaties ontvangen. Ruim voordat iemand op zending gaat, moet hij of zij de specifieke vaccinaties ontvangen die vereist zijn voor het land waar hij of zij naartoe gaat.

De voordelen van vaccinaties wegen ruimschoots op tegen de kleine risico’s van het vaccin. Door de vaccinatie is iemand voor een bepaalde periode bestand tegen de desbetreffende ziekte. Om de immuniteit te behouden, kan een vervolgvaccinatie nodig zijn.

Geestelijke voorbereiding

Alle mensen hebben momenten van verdriet, angst en teleurstelling. Dat is normaal, vooral op momenten van verlies en leed. Maar emotionele problemen die het dagelijks functioneren beïnvloeden, moeten opgelost worden voordat de zendeling aan zijn zending begint.

Onopgeloste zonden kunnen zowel de geestelijke als de lichamelijke gezondheid beïnvloeden. Met hulp van de bisschop moeten deze kwesties door volledige bekering opgelost worden, voordat er een zendingsoproep kan worden aanvaard. Maar ook als dat gebeurd is, kan het zijn dat er andere aandoeningen behandeld moeten worden.

Depressieve aandoeningen. Wie aan chronische of herhaaldelijke gevoelens van depressie, verdriet, of angst lijdt, moet door een arts of therapeut worden onderzocht. Grote veranderingen in de gemoedstoestand, vooral als die gepaard gaan met drift en woede, moeten ook onderzocht worden. Behandeling, waaronder therapie en/of medicijnen, kan vaak de gemoedstoestand verlichten, waardoor het mogelijk wordt om op zending te gaan.

Negatieve denkpatronen. Overdreven bezorgdheid en schuldgevoelens kunnen bijzonder veel afbreuk doen aan het werk van een zendeling. Perfectionisme, de verwoestende drang om volmaakt te zijn, kan ook een verzwakkende aandoening zijn. Terugkerende pijnlijke gedachten of herhalend gedrag, zoals het voortdurend wassen van de handen, kunnen een teken zijn van een dwangneurotische persoonlijkheidsstoornis. Een arts of therapeut kan dergelijke stoornissen vaak doeltreffend behandelen.

Leerstoornissen. De vaardigheid om te leren en te onderwijzen is de kern van het zendingswerk. Daarom kunnen leerstoornissen, zoals ADD, het succes van de zendeling verzwakken. Maar door behandeling van de leerstoornis kan de leervaardigheid aanzienlijk verbeterd worden. Sommige leerstoornissen zijn niet met zendingswerk te verenigen. Ouders en kandidaatzendelingen moeten onder gebed met hun bisschop en deskundigen overwegen of een voltijdzending wel verstandig is.

Eetstoornissen. Omdat mensen voedsel kunnen gebruiken om zich te troosten en gevoelens van depressie of angst te onderdrukken, kan eten een verslaving worden die tot corpulentie leidt. Aan de andere kant kan de sociale druk om slank te zijn tot anorexia nervosa of boulimie leiden, allebei ziekten met ernstige gezondheidsrisico’s. Dergelijke stoornissen zullen op een zending niet vanzelf genezen. Omdat ze moeilijk te behandelen zijn, zijn ze niet goed verenigbaar met een zending.

Heimwee. Hoewel heimwee een normaal verschijnsel voor zendelingen is, kan het achterlaten van ouders, broers en zussen zoveel spanning teweegbrengen dat de persoon niet goed meer kan slapen of eten. Zendelingen die aan ernstige scheidingsangst lijden, kunnen heel veel afvallen. Om dergelijke problemen te voorkomen, moeten toekomstige zendelingen er niet te veel moeite mee hebben om weg van huis te zijn. Als toekomstige zendelingen zonder ouders op vakantie zijn geweest of op kamers hebben gewoond, kun je al gauw zien of ze een neiging tot scheidingsangst hebben. Zij die met dergelijke problemen kampen, moeten eerst door een arts of therapeut behandeld worden.

Sociale vaardigheden. Op een zending moet men met allerlei verschillende mensen praten en groepen toespreken. Toekomstige zendelingen moeten in staat zijn om op hun gemak met oudere mensen te praten. Ze moeten oefenen om beleefd en respectvol te zijn, en tafelmanieren en andere goede manieren aanleren. Er wordt ook van zendelingen verwacht dat ze vreemdelingen aanspreken en een gesprek beginnen. Daarom moeten toekomstige zendelingen contact leren leggen en met mensen buiten hun eigen familie- en kennissenkring leren praten. Ze moeten zich ook bewust zijn van culturele verschillen.

Werk. Zendingswerk is werk. Het is absoluut niet gemakkelijk, dus jonge mensen moeten leren om betrouwbaar te zijn en hard te werken. Als ze een baantje hebben, kunnen ze leren om op tijd op hun werk te verschijnen, niet onnodig afwezig te zijn, het werk goed te doen, om meer werk te vragen als het werk af is en niet te vroeg naar huis te gaan. Door een baan kunnen jonge mensen de waarde van geld leren. Als de omstandigheden dit toelaten, moeten toekomstige zendelingen zoveel mogelijk de kosten van hun zending zelf betalen, en niet alleen op hun ouders of bijdragen van anderen rekenen. Als ze zelf aan hun zending bijdragen, zullen ze leren met de krappe toelage in het zendingsveld rond te komen.

Andere mogelijkheden om zendingswerk te doen

Tijdens hun voorbereiding op een zending kunnen toekomstige zendelingen tot de ontdekking komen dat ze een ernstige lichamelijke of geestelijke aandoening hebben. Toekomstige zendelingen en hun ouders moeten eerlijk alle gezondheidsproblemen en medicijnen op de zendingsaanbeveling noteren.

Helaas zijn sommige gezondheidsproblemen te ernstig om een voltijdzending te kunnen volbrengen. Het Eerste Presidium heeft gezegd: ‘Er zijn personen die wel op zending willen, maar niet voldoen aan de fysieke, mentale of emotionele eisen van een zending. We vragen de ringpresidenten en bisschoppen om hun waardering en liefde jegens deze personen onder woorden te brengen en hen eervol vrij te stellen van een voltijdzending.’2 In dergelijke gevallen kunnen ze wellicht als vrijwilliger-zendeling geroepen worden, waardoor ze thuis kunnen wonen en de nodige medische hulp kunnen ontvangen terwijl ze in de dienst van de Heer groeien en volwassen worden. Ouders, bisschoppen en ringpresidenten kunnen deze mensen aanmoedigen en ervoor zorgen dat er gepaste mogelijkheden zijn om te dienen.

Mogelijkheden voor vrijwilliger-zendelingen kunnen ook op de website van de kerk (lds.org) gevonden worden. Kies ‘Other Resources’ en dan ‘Mission and Service Opportunities’. Een hogere opleiding of een vakopleiding volgen, kan ook een goed alternatief zijn om met een chronische afwijking te leren leven.

We zijn er om te helpen

Als toekomstige zendelingen zich goed voorbereiden voordat ze hun zendingsaanbeveling insturen, kunnen ze eventuele gezondheidsproblemen onderkennen en oplossen, hun lichaamskracht vergroten en zich geestelijk en emotioneel beter voorbereiden op het veeleisende leven van een zendeling. Dan zullen ze een betere kans hebben om zonder ernstige gezondheidsproblemen hun zending succesvol te volbrengen.

Helaas lopen sommige zendelingen tijdens hun zending onverwachts een ziekte of blessure op. Over de hele wereld zijn er ruim vijftig deskundigen op het gebied van gezondheidszorg als voltijdzendeling werkzaam, en zo’n tweehonderd vrijwilligers aan de hoofdzetel van de kerk — allemaal ten behoeve van de gezondheid van de zendelingen. Deze mensen zullen hun uiterste best doen om zieke of geblesseerde zendelingen te helpen. En wij bidden iedere dag dat onze zendelingen gezond zullen zijn en beschermd zullen worden terwijl zij de Heer en zijn kinderen dienen.

Noten

  1. ‘Zendeling worden’, Liahona, november 2005, p. 45.

  2. Brief van het Eerste Presidium, 30 januari 2004.

Afdrukken