2007
Duik in een dagboek — Nicole Antúnez uit Santiago (Chili)
Augustus 2007


Vriendschap sluiten

Duik in een dagboek — Nicole Antúnez uit Santiago (Chili)

Nicole Antúnez houdt van touwtjespringen. Ze doet het op de plaats, of onder het lopen of zelfs onder het rennen over de stoep, met haar lange haar springend op haar rug.

Niet zo lang geleden leerde Nicole bij het springen een nieuw trucje. Ze had er al dagen aan gewerkt. Ze was zo opgewonden dat ze het eindelijk voor elkaar had gekregen, dat ze er zo snel mogelijk over schreef in haar dagboek.

En dat komt omdat Nicole nog liever in haar dagboek schrijft dan dat ze touwtje springt.

Waarom schrijven?

‘Ze schrijft over alles dat haar overkomt’, zegt haar moeder, die over Nicole’s schouder meekijkt terwijl de achtjarige in haar dagboek met het felgekleurde kaft schrijft. Nicole slaat het boek dicht en fronst. Haar moeder lacht plagend.

Nicole laat maar weinig mensen in haar dagboek lezen. ‘Ik laat het aan niemand lezen, tenzij ik mag uitkiezen wat ze lezen’, zegt ze. Zelfs haar beste vriendin in de kerk en touwtjespringmaatje, Claudia, heeft niet in haar dagboek gelezen.

Waarover schrijft ze dan dat zo bijzonder is?

Gisteren, zegt Nicole, schreef ze dat ze naar een zwempartijtje ging. Vandaag schrijft ze over naar de kerk gaan. ‘En ik heb met iemand van de Liahona gepraat’, voegt ze daar aan toe.

Er is een kans dat ze daar ook over in haar dagboek schrijft.

Dus waarom is Nicole’s dagboek zo belangrijk voor haar?

‘Ik wil de goede dingen niet vergeten als ik ouder word’, legt Nicole uit. En als ze dingen vergeet, en dat doen we allemaal, dan hoopt Nicole dat ze, als ze ouder is en in haar dagboek leest, ‘ik dingen over mezelf kan leren die ik was vergeten’.

Dat kan met een dagboek. Maar dat is niet het enige nut.

Een persoonlijke schat

Nicole’s moeder moedigt haar gewoonte om in haar dagboek te schrijven aan. Toen zuster Igor jong was, schreef ze ook in haar dagboek. Jammer genoeg raakte ze het kwijt toen ze naar Santiago verhuisde en ging trouwen.

‘Het was erg verdrietig om het kwijt te raken’, zegt ze. ‘Dat was mijn leven, alles wat me overkomen was. Het was een persoonlijke schat van onschatbare waarde.’

Dus toen Nicole’s oudere broer, Boris, werd geboren, begon zuster Igor overnieuw. Ze schreef wat ze dacht en voelde toen eerst Boris en daarna Nicole werd geboren.

En nu vinden Boris en Nicole het fijn om te lezen over hun moeder. ‘Ik kan erdoor begrijpen wat mijn moeder heeft doorgemaakt’, zegt Nicole. Ze hoopt dat haar eigen kinderen op diezelfde manier zullen leren.

Wat te schrijven

Nicole volgt het voorbeeld van haar moeder en heeft elke dag in haar dagboek geschreven sinds ze het voor een project op school heeft gekregen. Ze schrijft er iedere keer in als ze vindt dat ze iets te vertellen heeft. Het maakt niet uit of dat overdag of ’s avonds is, ze schrijft als ze iets te schrijven heeft.

Maar het maakt wél uit wáár ze schrijft.

Haar lievelingsplek is buiten, waar niemand haar stoort. Dan kan ze nadenken over wat ze schrijft en hoeft ze zich niet druk te maken om mensen die over haar schouder meekijken.

Waar ze over schrijft, kan per dag verschillen. Ze schrijft over mensen die ze kent of plekken waar ze is geweest. Ze schrijft over haar lievelingseten en bijzondere vriendinnen. En ze schrijft over dingen die ze heeft geleerd, zoals haar nieuwe touwtjespringtruc.

Ze schrijft als ze blij is en ze schrijft als ze verdrietig is.

‘Ik lees vooral graag nog eens de grappige dingen terug die me zijn overkomen’, zegt ze.

Nicole, die onlangs acht is geworden en is gedoopt en bevestigd, schrijft ook over dingen die veel voor haar betekenen. ‘Toen ik gedoopt en bevestigd was, schreef ik over de gevoelens van de Heilige Geest’, zegt ze. Ze weet dat het belangrijk is om zich die dingen later te herinneren zodat ze er haar getuigenis mee kan versterken als er moeilijke tijden aanbreken.

Ze vindt het nu al fijn om terug te lezen wat ze heeft geschreven. ‘Er is één pagina die ik erg graag lees,’ zegt ze met een glimlachje, ‘maar daar kan ik echt niets over vertellen.’

Schrijf nu

Toen president Spencer W. Kimball (1895–1985) als president van de kerk geroepen werd, besloeg zijn dagboek al 33 mappen. Hij moedigde de leden van de kerk aan om een dagboek bij te houden en leerde ze dat de Heiland van de leden verlangt dat ze in hun dagboek schrijven.

Hier volgen enkele van de onderwerpen waar we volgens president Kimballs over kunnen schrijven:

  • Vriendschappen

  • Je getuigenis

  • Prestaties

  • Zegens die je krijgt

  • Wat je zegt of denkt

  • Wat je blij maakt

  • Wat je fijn vindt aan jezelf

  • Wat je meemaakt met de Heilige Geest

  • Moeilijkheden en hoe je ze hebt aangepakt

‘Lezen onze nakomelingen over onze levenservaringen, dan leren ook zij ons kennen en liefhebben. En dan kennen we elkaar al op die heerlijke dag dat onze familieleden bijeenkomen in de eeuwigheid.’

Uit ‘President Kimball Speaks Out on Personal Journals’, Ensign, december 1980, p. 61.