Ons tempelhuwelijk was iedere prijs waard
Toen mijn eerste eigen zaak mislukte en mijn tweede tot de grond toe afbrandde, begon ik me af te vragen of ik met mijn verloofde, Beny, naar de tempel kon. We hadden gehoord dat het een beproeving van ons geloof zou zijn om dat waar te maken, maar toen we ons een tempelhuwelijk ten doel stelden, hadden we geen idee hoe grondig ons geloof op de proef gesteld zou worden.
Beny en ik ontmoetten elkaar na onze zending in ons geboorteland, Panama. Destijds trouwden paartjes in Panama eerst voor de wet en reisden dan naar de dichtstbijzijnde tempel, de Guatemala-Stadtempel. Het zou een dure en moeilijke reis worden, maar aan elkaar verzegeld worden was een zegening die we niet wilden missen.
De dag nadat ik haar ten huwelijk vroeg, raakte ik mijn baan kwijt. Daar liet ik me niet door afschrikken. Ik besloot geld te verdienen door rondreizen per bus te verzorgen. De eerste avond gaf mijn bus het op. Dat was een zorgwekkende ontwikkeling, maar ik besloot om dan maar t-shirts te gaan verkopen. De ochtend dat ik de shirts bij de fabrikant ging ophalen, hoorde ik dat het gebouw de vorige avond tot de grond toe afgebrand was. Het leek wel of mijn hoop ook in rook was opgegaan.
De volgende tempelreis was al over enkele maanden, maar tot nu toe was elke poging om aan het benodigde geld te komen jammerlijk mislukt. Ik liet de smeulende resten achter en ging op zoek naar Beny.
‘Ik heb niets meer’, zei ik tegen haar. ‘Misschien moet je maar niet met me trouwen.’
‘Als ik om het geld wilde trouwen, was ik al getrouwd’, zei ze. ‘Maar ik trouw niet om het geld. Ik trouw met je omdat ik van je hou.’
Dat was een keerpunt. We hadden het gevoel dat we een belangrijke proef hadden doorstaan. Toen we in geloof doorzetten, begonnen er deuren open te gaan. Ik vond werk als meubelmaker, hoewel het niet genoeg betaalde om in onze behoeften te voorzien. Toen bood een vriendelijke bisschop aan om ons met het busgeld te helpen. Maar hoe fijn dat ook was, het voelde niet goed. We wilden onszelf graag redden. Maar omdat ik zag dat hij graag wilde helpen, vroeg ik of hij in plaats daarvan Beny een baan kon aanbieden. En dat deed hij.
Toen we genoeg geld hadden verdiend voor onze tempelreis, traden we voor de wet in het huwelijk en gingen we met tien andere kerkleden op weg naar Guatemala. Maar onze beproeving was nog niet voorbij.
Door een grote transportstaking bleven we aan de grens met Costa Rica steken. Toen we daar twee dagen gewacht hadden, besloot onze chauffeur om te keren. Maar Beny en ik, en twee andere broeders en een echtpaar, besloten het niet op te geven. Toen we onze bus hadden zien omkeren en wegrijden, liepen we Costa Rica in. We liepen verder en sliepen onderweg in allerlei schuilgelegenheden tot we de grens met Nicaragua bereikten. Daar slaagden we erin een taxi te nemen naar de hoofdstad, waar we een buskaartje naar de grens met Honduras kochten. Twee dagen en twee bussen later kwamen we eindelijk bij de tempel aan. We waren blij, maar vuil en moe, en we hadden veel meer geld uitgegeven dan we gepland hadden.
Toen we ons hadden opgefrist, beseften Beny en ik ineens dat we onze aanbevelingen voor eigen verordeningen niet meer konden vinden! En om het nog erger te maken, had onze bisschop in Panama gepland om die dag op zakenreis te gaan. We waren er kapot van. Hadden we al die beproevingen voor niets doorstaan? We streken Beny’s bruidsjurk en vertrouwden erop dat als de Heer ons had geholpen om zo ver te komen, Hij ons ook wel tot het einde toe zou helpen.
Hoewel we verwachtten onze bisschop niet thuis te treffen, besloten we toch maar te proberen hem te bellen. Tot onze verbazing was hij toch niet op zakenreis gegaan. Hij zei dat hij het gevoel had gehad dat hij beter thuis kon blijven. Wat waren we blij! Hij beloofde de benodigde papieren te faxen zo gauw hij bij een faxapparaat kon komen.
We wachtten en wachtten, ondertussen biddend in de wachtkamer voor bruidsparen in de tempel. Het was zaterdag en over twee uur zou de tempel sluiten tot maandag. Waarom duurde het toch zo lang? Eindelijk kwam de fax, met een verontschuldiging van de bisschop: net toen hij de fax wilde versturen, viel de stroom uit.
Eindelijk werden wij na al onze beproevingen en vertragingen aan elkaar verzegeld als man en vrouw. Onze vreugde — die het werken, wachten en zorgen maken waard was — was overvloedig!
Niet iedereen die in de tempel trouwt, zal met dergelijke problemen te maken krijgen, maar voor Beny en mij (en de anderen die met ons naar de tempel gingen) waren die ervaringen een zuiveringsproces. Drie van de vier broeders die de tempelreis ondernamen, werden later als bisschop geroepen. Twee van hen zijn momenteel raadgever in een ringpresidium. We zijn allemaal rijkelijk gezegend. Het was een van de geweldigste dingen die ik ooit heb meegemaakt.
Als ons doel om in de tempel te trouwen alleen maar wereldse liefde als reden had gehad, hadden we het niet gehaald. Maar omdat we geloofden in de verzegelmacht van het priesterschap dat in onze tijd hersteld is, gaven we het niet op, want we wisten dat ons tempelhuwelijk — wat voor tijd en eeuwigheid geldt — elk offer dat we ervoor moesten brengen, waard was.