De celestiale schoenen van mijn collega
Michael Reid (Arizona, VS)
Jaren geleden kwam ik, na het opleidingscentrum voor zendelingen in Provo (Utah, VS) te hebben doorlopen, in Florida (VS) aan. Ik had het gevoel dat ik klaar voor was voor het zendingsveld en wilde enthousiast aan de slag. Mijn nieuwe collega en ik hadden grotendeels dezelfde interesses en we leken perfect bij elkaar te passen.
Maar na enkele weken merkte ik toch een paar verschillen op. Ik wilde bijvoorbeeld elke dag langs de deuren gaan, maar mijn collega was daar niet bijster enthousiast over. Hij koos er zelfs voor om het weinig te doen, hoewel hij de senior collega was.
Ik merkte ook dat mijn collega veel over zichzelf praatte. Zijn familie was welgesteld en hij had veel dingen meegemaakt die ik, vanwege mijn minder gefortuneerde achtergrond, niet had gehad.
Dat leidde ertoe dat ik onaangename, zelfs rancuneuze, gevoelens voor hem begon te krijgen. Die rancuneuze gevoelens voor mijn collega hadden zijn weerslag op mijn geestelijke instelling, vooral als ik probeerde in het evangelie te onderwijzen. Ik moest er iets aan doen. Ik overwoog eerst om met mijn collega te praten en mijn frustratie gewoon te uiten. Maar ik koos voor een andere benadering.
Elke ochtend namen mijn collega en ik om de beurt een douche en maakten ons klaar. Terwijl hij aan het douchen was, sloop ik naar het voeteneinde van zijn bed en poetste ik zijn schoenen. Als ze helemaal schoon waren en weer blonken, zette ik ze weer op hun plek. Dat deed ik zo’n twee weken.
Ik merkte in die tijd dat mijn rancune afnam. Door mijn collega te dienen, begon mijn hart te veranderen. Ik vertelde hem niets over mijn bescheiden dienstverlening. Maar op een dag zei hij dat hij met ‘celestiale’ schoenen gezegend moest zijn omdat ze nooit vuil werden.
Ik leerde twee belangrijke lessen uit die ervaring. Ten eerste leerde ik dat het echte probleem binnenin me zat, ook al kwam de aanleiding tot mijn gevoelens van buitenaf. Mijn collega was het probleem niet.
Ten tweede wist ik dat we meestal hen dienen wie we liefhebben. Maar ik besefte niet dat we dat beginsel ook andersom konden toepassen: we leren hen liefhebben wie we dienen.