Lindsays familiepuzzel
‘Ik heb een verrassing voor je’, zei papa met een glimlach.
‘Als kind kunnen wij onze voorouders opzoeken, hun naam en herinnering bewaren’ (Children’s Songbook, 90).
Lindsay stormde de trap af toen papa haar riep.
Ze hadden de laatste tijd samen veel aan familiegeschiedenis gedaan. Papa hielp haar om op de FamilySearch-website in te loggen, en samen zochten ze naar familiefoto’s en -verhalen. Onlangs had ze nog een heel oud zendingsdocument over opa gevonden.
Onderaan de trap stond papa op Lindsay te wachten. ‘Werken we vanavond aan onze familiegeschiedenis?’ vroeg ze.
‘Ja, en ik heb een verrassing voor je’, zei papa met een glimlach. Hij gaf haar het lange opgerolde blad papier dat hij achter zijn rug verstopt had. Lindsay rolde het voorzichtig uit. Ze keek naar de grote waaier op het blad. Ze zag haar naam helemaal onderaan staan! Er stonden heel veel andere namen in nette rijtjes om haar naam heen.
‘Dat zijn mama en jij’, zei Lindsay toen ze naar de namen vlak boven de hare wees. ‘En dat zijn oma en opa!’
‘Dat klopt’, zei papa. ‘Op dit waaierdiagram staan je voorouders tot negen generaties terug.’
Er stonden erg veel namen op. Maar sommige vakjes waren leeg. Lindsey vroeg zich af waar de ontbrekende namen waren. ‘Het lijkt op de legpuzzels die ik met opa maakte’, zei ze. Opa was een paar jaar geleden gestorven en Lindsay miste hem erg.
Papa knikte. ‘Het is ook een puzzel. Een heel belangrijke puzzel. En elk familielid is een puzzelstukje.’
Lindsay grinnikte toen ze zich oma als puzzelstukje inbeeldde.
‘Als we iemands naam vinden en tempelwerk voor hem doen, verbinden we hem aan de rest van de familie — net zoals je puzzelstukjes in elkaar legt. Jij helpt met het maken van deze puzzel.’
‘Tjonge.’ Lindsay ging met haar vingers over de namen. Ze wist dat familiegeschiedenis belangrijk was, maar nu was ze nóg enthousiaster om te helpen. Al haar familieleden konden voor altijd met elkaar verbonden worden!
Lindsay plakte het diagram aan het plafond boven haar stapelbed. Ze vond het leuk om naar de waaier te kijken en al de namen te bestuderen. Ze beeldde zich in dat ze allemaal elkaars hand vasthielden en net als puzzelstukjes met elkaar verbonden waren. Ze was blij. Dit was de grootste puzzel die ze ooit gezien had!
Op een avond kon Lindsay niet slapen. Het was heel donker in haar kamer. Het kleine nachtlichtje wierp enge schaduwen op de muur. Ze trok haar deken tot over haar hoofd en kneep haar ogen dicht.
Na een tijdje keek ze over de deken heen naar het diagram. Ze las haar naam. Daarna las ze de namen van papa en mama. Toen ze opa’s naam zag, voelde ze zich warm en rustig.
Ze dacht aan opa’s glimlach als ze samen puzzelden. Als ik papa met onze familiegeschiedenis help, dacht ze, verbind ik onze familieleden aan elkaar! Ze beeldde zich in dat opa daarom nog een grotere glimlach kreeg. Ze was niet meer bang. Ze glimlachte, nestelde zich in haar dekentje en viel in slaap. Ze droomde van mensen, puzzels en haar familieleden met elkaar verbinden.