Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland
Liefde en chocoladetaart: wat heeft u ervoor over om ze terug te brengen?
Zuster Babata Sonnenberg was ontmoedigd. Zij was een jonge moeder van vijf meisjes onder de acht. Het verbaasde haar dat ze werd geroepen om de 16- en 17-jarigen in haar wijk tijdens de zondagsschoolklas te onderwijzen. Na enkele maanden in haar roeping wist ze dat de opkomst in de klas sporadisch heel slecht was. Op zekere zondag kwam er maar één jongeman naar de les. In plaats van gewoon één leerling te onderwijzen, gingen ze samen naar een andere klas. Ze wilde het al opgeven. Maar toen ze nadacht en bad over haar sombere situatie, kreeg ze inspiratie en veranderde ze van mening.
Teamwerk
Ken, haar echtgenoot, was de wijkzendingsleider. Zij voelden zich geïnspireerd om samen te werken om de jongeren van de wijk te bereiken. Zij zou chocoladetaart bakken en hij zou de jongeren van de wijk uitnodigen om elke zondagavond bij hen thuis taart te komen eten en voorbereiding op een zending te bespreken. Terwijl de tieners haar taart opaten, zou zuster Sonnenberg ze vragen om naar haar zondagsschoolklas te komen.
Door dit ‘zoet’ verzoek steeg de opkomst in de zondagsschoolklas. Maar één jongeman, Nate, gaf niet toe aan de aanhoudende verzoeken. Zuster Sonnenberg vreesde dat ze een van haar schapen begon te verliezen. Als reactie op dat gevoel ging ze ‘achter het verlorene aan, totdat [zij] het [gevonden had]’ (Lukas 15:4). Dus in plaats van Nate maar te vergeten, bedacht zuster Sonnenberg een plan.
Huisbezoeken
Op een zondagavond ging ze Nate thuis bezoeken. Ze trof hem daar aan met een andere leerling die haar les die dag ook niet had bijgewoond. Ze zei dat ze hen beide in de les had gemist en onderwees hun de les meteen ter plaatse. De vader van Nate, die tot voor kort bisschop van de wijk was geweest, was ontroerd door het doorzettingsvermogen van deze leerkracht. Hij zond haar man een sms-berichtje: ‘Ken, bedank je vrouw alsjeblieft namens mij. Hier naartoe komen en Nate en McKay onderwijzen was een geïnspireerd idee.’
Desondanks besloot Nate de volgende zondag weer niet naar de zondagsschool te komen. Dus ging zuster Sonnenberg opnieuw hem thuis bezoeken om met hem over het evangelie te praten. Nate had dit al verwacht en was zich bij een vriend thuis gaan verbergen. Zuster Sonnenberg vond hem enkele huizen verderop en gaf de les daar.
Toen besloot Nate zijn zondagsschoolklas opnieuw bij te wonen.
Wat werkte?
Waarom keerde Nate terug?
Kwam het door de chocoladetaart die zuster Sonnenberg bij haar thuis opdiende?
Kwam het door de bezoeken die zij bij Nate thuis (en het huis van de buren) aflegde?
Kwam het door de aanmoediging van vrienden en familieleden om naar de kerk te gaan?
Of was het de liefde van zuster Sonnenberg, zijn leerkracht van de zondagsschool, die hij voelde?
Waarschijnlijk luidt het antwoord: alles bij elkaar. Om die en andere redenen begon Nate de zondagsschool, samen met zijn vrienden, consequent bij te wonen.
Het vervolg van het verhaal
Sta me toe de rest van het verhaal te vertellen. Nate kreeg zoveel waardering voor zijn zondagsschoolleerkracht dat, toen hij haar in het winkelcentrum zag, hij spontaan enkele pralines voor haar kocht. Zuster Sonnenberg, die hem zo veel liefde geschonken had, kreeg nu zijn liefde terug.
Kort daarna, in september 2015, vulde Nate zijn zendingsaanvraag in en momenteel is hij werkzaam in het zendingsgebied Jackson (Mississippi, VS).
Andere jongeren die aanvankelijk moeite hadden om de zondagsschoolklas bij te wonen, besloten ook om op zending te gaan. Vijf jongemannen en drie jongevrouwen die in de zondagsschoolklas voor 16- en 17-jarigen van zuster Sonnenberg zaten toen zij als de leerkracht diende, hebben een zending vervuld of zijn nu op zending. Verscheidene anderen gaan nog op zending.
Neem contact op met wie de lessen niet bijwonen
‘Heb de leerlingen lief’, deel 1 van Onderwijzen naar het voorbeeld van de Heiland, bevat een gespreksonderwerp met als titel ‘Leg contact met wie de lessen niet bijwonen.’ In de tekst staat: ‘Contact opnemen met minderactieve leden is niet alleen de plicht van een huisonderwijzer, een huisbezoekster of een leidinggevende in de priesterschap of hulporganisaties — leerkrachten kunnen ook bij die taak assisteren. Lesgeven op zondag is meer dan een les presenteren. Het houdt dienen met liefde in en anderen de zegeningen van het evangelie helpen ontvangen. En het is juist deze hulp die een minderactieve cursist nodig heeft. Wij dienen allemaal samen te werken om hen die het moeilijk hebben te helpen. Als leerkracht bent u daartoe in een unieke positie.’1
Zuster Sonnenberg herkende de unieke positie waarin ze zich bevond om haar leerlingen te helpen. Als leerkracht had zij wekelijks de gelegenheid om iets voor haar leerlingen te betekenen. En ze was vastbesloten om dat ook te doen, ongeacht of dat in haar klas of bij hen thuis was. Natuurlijk hebben niet alle leerkrachten de kans om wie hun klas niet bijwoont, elke week thuis te bezoeken. Maar we kunnen wel allemaal iets doen, desnoods iets kleins, om onze liefde voor de mensen die onder ons rentmeesterschap vallen, te tonen. Denk aan de woorden van de profeet Alma ‘dat door kleine en eenvoudige dingen grote dingen worden teweeggebracht’ (Alma 37:6).
Uitnodiging vol liefde
Het gedeelte ‘Uitnodiging vol liefde’ van dit gespreksonderwerp bevat het volgende perspectief: ‘Oprechte uitingen van christelijke liefde hebben grote macht om het hart van uw cursisten die het moeilijk hebben met het evangelie te verzachten. Vaak moeten zij gewoon weten dat zij nodig en geliefd zijn.’2
Door de inspanningen van zuster Sonnenberg om voor Nate te zorgen, voelde hij zich nodig en geliefd. Als voltijdzendelingen hebben Nate en zijn klasgenoten nu de kans anderen diezelfde christelijke liefde te laten voelen. Wat een zegen dat zij zich het goede voorbeeld van hun zondagsschoolleerkracht kunnen herinneren en dat navolgen.
Totdat u het verlorene vindt
Als algemeen zondagsschoolpresidium van de kerk zijn we dankbaar voor de zondagsschoolleerkrachten overal ter wereld die hun leerlingen op allerlei manieren vragen tot Christus te komen. We bidden dat de Heer u mag zegenen in uw verlangen om uw leerlingen lief te hebben en, vanwege die liefde, ‘achter het verlorene aan [te gaan], totdat [u] het vindt’, zoals Hij dat ook deed tijdens zijn aardse bediening.