2018
Eerlijk zijn tegenover mezelf en God
Juni 2018


Eerlijk zijn tegenover mezelf en God

De auteur woont in Utah (VS).

Mijn trots weerhield me ervan de terechtwijzing van de bisschop als waarheid aan te nemen. Maar kon ik met de Heilige Geest redetwisten?

Afbeelding
sister missionaries meeting with bishop

Zo’n beetje halverwege mijn zending verliep de samenwerking met onze wijkzendingsleider behoorlijk stroef. We hadden wat onenigheid gehad en besloten de bisschop om raad te vragen. Ik hoopte diep van binnen dat de bisschop met hem zou spreken en ons probleem wel even zou oplossen.

Maar de bisschop vertelde me dat ik hoogmoedig en te kritisch naar anderen was. Ik ging stampvoetend naar huis. Ik voelde me onbegrepen en gefrustreerd — hoe kon hij dat over me zeggen? Besefte hij wel hoeveel moeite we deden om het evangelie uit te dragen?

Ik ventileerde mijn gevoelens onderweg naar mijn collega. Maar opeens schoot er een zinsnede door mijn hoofd: ‘De schuldigen [vinden] de waarheid hard’ (1 Nephi 16:2). Ik raakte erdoor van mijn apropos. De gedachte was duidelijk van de Geest afkomstig. Mijn trots weerhield me er misschien van de terechtwijzing van de bisschop als waarheid aan te nemen. Maar kon ik met de Heilige Geest redetwisten?

Ik was schuldig en God liet me dat weten.

Niet langer goedpraten

Ik wilde mijn fouten in die tijd niet echt onder ogen zien. ‘Niemand van ons geeft graag toe dat hij van de juiste koers afwijkt’, aldus ouderling Dieter F. Uchtdorf van het Quorum der Twaalf Apostelen. ‘[…] Wanneer we ons leven toch eens onder de loep nemen, kijken we door een filter van vooroordelen, uitvluchten en smoesjes om onze onwaardige gedachten en daden goed te praten.’1

Ik had mezelf er in mijn geval van overtuigd dat ik klaagde om het zendingswerk in ons gebied vooruit te helpen. Ik had de trouwe inzet van onze wijkzendingsleider, die in mijn ogen onvolmaakt was, niet op waarde geschat. Maar ik zag opeens in dat ik ondankbaar, ongeduldig en ronduit onvriendelijk was geweest. De Heilige Geest drukte me met de neus op de feiten.

Een geestelijke confrontatie met de werkelijkheid

Het was pijnlijk maar ook heel goed om zo direct door de Geest op mijn nummer te worden gezet. Daardoor besefte ik dat ik eerlijk moest zijn tegenover mezelf wat mijn tekortkomingen betrof.

Ik wist uit ervaring dat de Geest mijn grootste steun en toeverlaat kon zijn in dat proces. Ik had het gevoel dat ouderling Larry R. Lawrence van de Zeventig zich rechtstreeks tot mij wendde met zijn uitnodiging aan de kerkleden: ‘Stel de Heer nederig de volgende vraag: “Waarom maak ik geen vooruitgang?” […] ‘Als u oprecht bent,’ zei hij, ‘zal het antwoord u snel duidelijk worden. Dan krijgt u een openbaring die speciaal voor u is bestemd.’2 Ik wist dat ik niet alleen ingevingen over mijn zwakheden kon krijgen, maar ook de kracht om ermee af te rekenen.

Zwakheid sterk laten worden

Hier kwam ik door ondervinding achter: ‘Als [mijn] zwakheden en tekortkomingen in schuilhoeken verborgen blijven, kan de verlossende macht van de Heiland ze niet genezen en sterk voor [mij] laten worden.’3

Maar als ik me kwetsbaar durf op te stellen en mijn zwakheden nederig toegeef, kan God ze door zijn genade sterk laten worden (zie Ether 12:27, 1 Petrus 5:5).

Per slot van rekening is onze zwakheden eerlijk toegeven — of onszelf zien zoals we werkelijk zijn — de eerste stap op het pad naar positieve verandering. Als ik eerlijk blijf en naar de leiding van de Geest blijf streven, zal mijn hemelse Vader me laten weten wat er in mijn leven moet veranderen. En als ik op Jezus Christus, zijn verzoening en zijn louterende macht vertrouw, zal ik vooruitgang bij mezelf bespeuren.

Het was niet prettig om mijn fouten op dat moment van terechtwijzing toe te geven. Toch weet ik dat ik gelukkiger ben en meer vrede met mezelf heb als ik nederig en eerlijk tegenover mezelf en God ben. Ik weet dat ik voor mijn hemelse Vader van goddelijke waarde ben, ondanks mijn gebreken. Maar Hij wil wel dat ik vooruitgang maak. Ik kan door de macht van zijn Zoon Jezus Christus en oprechte bekering een veel beter mens worden dan ik ooit voor mogelijk hield.

Noten

  1. Dieter F. Uchtdorf, ‘Ben ik het, Heere?’ Liahona, november 2014, 58.

  2. Larry H. Lawrence, ‘Wat ontbreekt mij nog?’ Liahona, november 2015, 35.

  3. Dieter F. Uchtdorf, ‘Ben ik het, Heere?’ 58.

Afdrukken