Onze plek
Door de woorden van een levende profeet geraakt
Toen ik vijftien was, kwam ik twee zendelingen voor een supermarkt tegen. Een van hen nodigde me uit om naar de kerk te komen. Ik had eigenlijk geen interesse, dus zei ik: ‘Wie weet’ en liep weg.
De volgende dag belde mijn tante op. Ze vroeg mijn moeder langs te komen om een speciale boodschap te horen. Mijn moeder en ik haastten ons naar mijn tantes huis. Daar zag ik dezelfde zendelingen zitten die ik de dag ervoor gezien had! Mijn moeder was geïnteresseerd in hun boodschap. Ik begon ook te luisteren. Maar toen de zendelingen me vroegen of ik in een levende profeet geloofde, antwoordde ik stellig met nee. Een van de zendelingen hield een foto van Thomas S. Monson omhoog. Hij getuigde dat president Monson een profeet was. Ze nodigden me uit voor de algemene conferentie de volgende dag. Dan kon ik er zelf achter komen. Ik was nieuwsgierig en stemde toe om te komen.
De volgende dag kwamen we net aan het eind van het openingsgebed bij het kerkgebouw aan. Toen ik de zaal binnen stapte, zag ik president Monson op het scherm verschijnen. Hij glimlachte en zei: ‘Geliefde broeders en zusters, ik begroet u […]’
Zodra president Monson zijn mond opende, werd ik door een sterk gevoel overspoeld. Ik wist daardoor dat hij een profeet van God was. Na afloop van de conferentie zei ik tegen de zendelingen: ‘Ik wil me laten dopen.’ Ik heb later zelf een zending vervuld. Ik heb veel mensen in de prachtige leringen van het herstelde evangelie mogen onderwijzen.
Ik weet dat God ons gezegend heeft door ook in deze tijd profeten te roepen. God houdt van ons. Hij spreekt bij monde van hedendaagse profeten tot ons.
Maicon B., São Paulo (Brazilië)
Ik schaam mij niet
Toen ik op een kostschool zat, woonde ik met andere leerlingen in een hostel. Ik deed mijn best om de beginselen van het evangelie na te leven. Ik bad vaak en bestudeerde regelmatig de Schriften.
Op een dag zag een klasgenote mij op bed het Boek van Mormon bestuderen. Ze begon boos op te sommen wat er naar haar idee allemaal mis was met mijn kerk. Ze ging ook iedereen in het hostel over mijn ‘vreemde’ geloof vertellen. Sommige medeleerlingen begonnen de draak met mij en mijn godsdienst te steken. Anderen lieten me gewoon links liggen. Uiteindelijk stopte ik mijn Boek van Mormon maar onder een doos kleren weg. Ik bestudeerde alleen nog maar de Bijbel, zodat mijn klasgenoten zouden ophouden de spot met me te drijven.
Op een gegeven moment kwam ik in de Bijbel bij Romeinen 1:16. Daarin staat: ‘Want ik schaam mij niet voor het Evangelie van Christus, want het is een kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft.’ Ik besefte dat ik mijn klasgenoten de indruk gaf dat ik mij voor mijn geloofsovertuiging schaamde door het Boek van Mormon weg te stoppen. Ik haalde mijn Boek van Mormon tevoorschijn en vroeg mijn hemelse Vader om vergeving. Vervolgens getuigde ik tot mijn medeleerlingen van het herstelde evangelie. De meesten stopten daarna met hun beledigingen aan mijn adres. We werden weer vrienden.
Ik weet dat God de beproevingen die we doormaken begrijpt. Wanneer we pal staan voor ons geloof en laten zien dat we ons niet voor het evangelie van Christus schamen, zal Hij ons van zijn kracht, bescherming en leiding voorzien.
Pamela O., Abuja (Nigeria)
Dienen door gebarentaal
Ik was zes maanden toen ik mijn eerste woordje (‘melk’) in gebarentaal ‘sprak’. Een paar weken later zei ik hardop ‘panda’. Mijn gehoor is goed, maar toch was ASL (American Sign Language) mijn eerste taal. Mijn moeder had een ASL-zending vervuld en deed daarna een vervolgstudie gebarentaal. Ze wilde het mij ook leren.
Gebarentaal is voor mij een onvoorstelbare zegen. Ik ben er veel meer door gaan zien en leren dan anders het geval zou zijn. Gebarentaal brengt mensen samen. Ik vind het fijn om mensen één-op-één en door presentaties op school en in de kerk te leren wat ik weet. Ik geniet er ook van om samen met mijn moeder naar de algemene conferentie en andere kerkvideo’s in gebarentaal te kijken.
Gebarentaal heeft mijn getuigenis enorm versterkt. Ik leer er bijvoorbeeld meer kinderen van God door kennen. Ik kan er ook anderen geweldig mee van dienst zijn. Ik ben dankbaar voor deze zegen. Ik ben ook dankbaar voor de fantastische mensen die ik heb mogen ontmoeten en van wie ik iets geleerd heb.
Israel H., Oregon (VS)