Geloof, hoop en genade – deel 2
Een beantwoord gebed
De auteur woont in New Jersey (VS).
Grace was 11 jaar en woonde tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederland. Haar vader was als krijgsgevangene meegenomen.
Toen haar vader weg was, zorgde haar moeder voor Grace, haar twee broers en twee neefjes. Er was niet genoeg voedsel voor iedereen. Ze hadden alleen maar een kleine hoeveelheid meel, groente en aardappelen.
Op een dag werd er aangebeld. Grace volgde haar moeder naar de voordeur. Toen ze opendeed, stond daar een jonge nazi-officier. Grace voelde dat haar hart sneller begon te kloppen en ze hield haar adem in. Wat wilde hij?
‘Hoeveel mensen wonen hier?’ vroeg hij nors.
‘Ik, mijn drie kinderen en mijn twee neefjes’, zei moeder.
‘U hebt hier geen man?’ vroeg de officier.
‘Nee’, antwoordde moeder. ‘Ze hebben hem meegenomen.’
De officier keek naar binnen. ‘Hebt u een radio? U mag niet naar programma’s van onze vijanden in Engeland of Amerika luisteren.’
Mijn moeder gaf de radio aan de officier.
‘Dit is een groot huis’, zei hij, terwijl hij rondkeek. ‘Veel te groot voor zo weinig mensen. U moet uiterlijk morgen vertrekken. Wij nemen dit huis over.’ Hij draaide zich om en marcheerde weg.
Grace kon haar oren niet geloven. Ze zag dat haar moeder grote ogen van schrik had. Moeder deed de deur dicht en liep naar de achterkant van het huis.
Grace liep achter haar aan. Ze voelde haar hart snel kloppen. Zou de soldaat echt terugkomen en hun huis in beslag nemen, net als de radio? Wat konden ze doen? Waar konden ze naartoe? Hoe zou vader ze terugvinden?
Grace liep naar moeders kamer toe en gluurde naar binnen. Moeder zat op haar knieën te bidden. Grace liep rustig terug naar de woonkamer totdat haar moeder terugkwam.
‘Wat moeten we doen?’ vroeg Grace.
Moeder zuchtte. ‘We kunnen alleen maar bidden en op de Heer vertrouwen om ons te beschermen.’
De jonge nazi-officier kwam de volgende dag niet terug. En ook de dag daarna niet. Hij kwam nooit meer terug! Grace en de andere familieleden konden in hun huis blijven.
Grace wist dat God hen had geholpen. Hoewel de oorlog nog niet voorbij was, waakte Hij toch over hen.
Wordt vervolgd …