2020
Een getuigenis ontwikkelen, waar je ook woont
Juni 2020


Een getuigenis ontwikkelen, waar je ook woont

De auteur woont in Utah (VS)

Ik wil jullie vertellen hoe ik lid van de kerk geworden ben en hoe ons gezin actief in het evangelie werd.

temples around the world

Illustratie, Pauline Grayson

Ik ben in Spanje geboren en heb daar acht jaar gewoond. We gingen niet vaak naar de kerk, dus werd ik niet gedoopt toen ik 8 werd. Maar ik wilde dat wel heel graag. Op een dag vroeg ik mijn ouders waarom we niet meer naar de kerk gingen en waarom ik niet gedoopt was.

Ik zei dat ik me graag wilde laten dopen en dat raakte hun hart. Daarna gingen we weer vaker naar de kerk. Dat voelde goed. Mijn moeder was echt een goed voorbeeld en een inspiratiebron voor mij. Ze had een sterk getuigenis en las vaak in de Schriften.

We zijn later naar Venezuela verhuisd, waar mijn vader is opgegroeid. Daar hebben we twee jaar gewoond. Door de economische moeilijkheden hadden we het zeker niet makkelijk. Maar er waren ook goede dingen. Ik hield van het eten en ik had er ook familie die me graag wilde ontmoeten. Die mensen waren heel nederig. We gingen allemaal samen naar de kerk en voelden de Geest.

Ook al gingen we naar de kerk en kon ik de Geest voelen, wist ik dat we in ons gezin iets misten. Ik voelde sterk dat we als eeuwig gezin aan elkaar verzegeld moesten worden. Op een zondagmorgen vroeg de bisschop iedereen in de kapel om het Boek van Mormon vóór het einde van het jaar uit te lezen. Ik wist dat het mijn ouders en mij zou helpen om het evangelie van de Heer vollediger na te leven. We namen de uitdaging aan, en de Heer gaf ons beetje bij beetje meer kennis en zegeningen. We bleven dan ook regelmatig in de Schriften lezen.

Kort daarna liet ik me dopen. Ik kon de Geest echt in mijn leven voelen. Dat gold ook voor mijn ouders. Mijn getuigenis werd steeds groter. We verhuisden naar Florida (VS), wat net als ons vertrek uit Spanje veel veranderingen en offers inhield. Maar ons getuigenis werd sterker. We gingen elke week naar de kerk en bleven in de Schriften lezen.

We deden erg ons best, lazen vaak in de Schriften, baden veel en probeerden het goede te kiezen. Op een gegeven moment hadden we het sterke verlangen om als eeuwig gezin aan elkaar verzegeld te worden. We spraken met onze bisschop, en na de nodige tijd brak de langverwachte dag eindelijk aan. We waren ontzettend blij dat we de tempel binnen konden gaan.

Ik ging dopen doen terwijl mijn ouders het tempelwerk voor zichzelf deden. Het voelde alsof ik opnieuw gedoopt werd. Ik was echt blij dat ik mensen aan de andere kant van de sluier kon helpen. We gaan inmiddels elke week als gezin naar de tempel. Ik doe regelmatig dopen en zet me daar graag voor in. Ik ben heel blij dat ik voor eeuwig in de tempel aan mijn ouders verzegeld kon worden en de kans heb om voor altijd met ze samen te zijn.