‘De profeet leidt ons naar Jezus Christus’, Liahona, september 2024.
De profeet leidt ons naar Jezus Christus
De profeet weet de weg omdat hij Jezus Christus kent, die ‘de Weg, de Waarheid en het Leven’ is (Johannes 14:6).
Die ene zoeken, Liz Lemon Swindle, kopiëren niet toegestaan
Op een dag zat ik met drie collega’s van de Zeventig in de cafetaria van het bestuursgebouw van de kerk. Terwijl we zaten te eten, kwam president Russell M. Nelson met zijn kom soep naar onze tafel en vroeg: ‘Mag ik erbij komen zitten?’
‘Uiteraard, president’, zeiden we. Wie wil er nu niet met de profeet lunchen?
Terwijl we aten, vertelde president Nelson over enkele ervaringen uit zijn talloze internationale reizen. Hij sprak ook over de mensen die hem hadden geïnspireerd. Hij was erg vriendelijk, wijs en grootmoedig.
Toen we klaar waren met eten, wendde ik me tot president Nelson en zei: ‘President, ik weet niet of ik binnenkort weer aan dezelfde tafel als u zal zitten. Maar als ik vanavond thuis ben, zal ik mijn vrouw en kinderen vertellen dat ik met de profeet heb geluncht. Ik weet dat ze zullen vragen: “Wat moest je van de profeet tegen ons zeggen?” President, wat wilt u dat ik tegen mijn vrouw en kinderen zeg?’
President Nelson keek me even aan. Ik wilde zo graag weten wat hij zou zeggen! ‘Ik heb maar drie woorden voor je’, zei hij. ‘Zeg tegen je familie dat ik heb gezegd: “Onderhoud de geboden.”’
We hebben die raad van president Nelson allemaal weleens gehoord, maar op dat moment kreeg ik een sterk getuigenis dat president Nelson werkelijk de profeet is. Ik bedankte hem en later die dag vertelde ik thuis wat er was gebeurd. Onze kinderen hebben later stickers met de woorden ‘Onderhoud de geboden’ gemaakt. Ze plakten die op onze koelkast en spiegels om ons aan de woorden van president Nelson te herinneren.
Sindsdien heb ik over president Nelsons raad nagedacht. Als we de geboden onderhouden, tonen we onze liefde voor onze hemelse Vader en de Heiland. Dan komen we dichter bij Hen en blijven we in hun liefde. (Zie Johannes 14:21; 15:10.)
Die ervaring met de profeet heeft mij een diepzinnige en geestelijk belangrijke waarheid bijgebracht. In het jeugdwerk zingen we: ‘Volg de profeet, want zijn raad is goed.’ Ja, zijn raad is goed! De profeet weet de weg omdat hij Jezus Christus kent, die werkelijk ‘de Weg, de Waarheid en het Leven’ is (Johannes 14:6). Als we de profeet volgen, worden we naar Jezus Christus geleid.
De heilige rol van profeten
De Heer heeft profeten in de oudheid en in onze tijd een belangrijke, heilige rol gegeven. We lezen in de Schriften: ‘Voorzeker, de Heere Heere doet niets tenzij Hij Zijn geheimenis heeft geopenbaard aan Zijn dienaren, de profeten’ (Amos 3:7).
In het boek Ezechiël lezen we wat er van profeten wordt verwacht. De Heer zei tegen de profeet Ezechiël: ‘Ik heb u aangesteld tot wachter over het huis van Israël. U zult een woord uit Mijn mond horen en u moet hen namens Mij waarschuwen’ (Ezechiël 33:7).
Net als wachters op een toren hebben profeten de bijzondere opdracht om de spreekbuis van de Heer te zijn en te verkondigen wat Hij hun heeft geopenbaard. De Heer verwacht van zijn profeten dat zij gelovige, integere en onbevreesde mannen zijn.
Illustratie van Samuel de Lamaniet, Dan Burr
Samuel de Lamaniet toonde bijvoorbeeld zijn volledige toewijding aan Jezus Christus toen hij op een muur stond en aan de Nephieten verkondigde wat de Heer hem in zijn hart had gelegd (zie Helaman 13:4).
Samuel zei: ‘En zie, een engel van de Heer heeft mij dit verkondigd, en hij heeft mijn ziel blijde tijdingen gebracht. En zie, ik ben tot u gezonden om het ook aan u te verkondigen, opdat u blijde tijdingen zult hebben; maar zie, u weigerde mij aan te nemen’ (Helaman 13:7).
Ik vind het opmerkelijk dat Samuel stoutmoedig van de waarheid getuigde, zelfs toen de Nephieten ‘stenen naar hem’ wierpen en ‘pijlen op hem [afschoten] terwijl hij op de muur stond’ (Helaman 16:2). Tegenwoordig zien we die stoutmoedigheid bij profeten, zieners en openbaarders.
De wereld verbeteren
Onlangs ontmoette ik een echtpaar tijdens een ringconferentie in Nashville (Tennessee, VS). De vrouw was al haar hele leven lid van de kerk. Haar man was geen lid.
Ze kwamen naar me toe en de man zei: ‘Ik ben klaar om me te laten dopen.’
Ik was blij om dat te horen! Ik vroeg hem: ‘Wat is er veranderd?’
Hij zei: ‘Toen ik president Nelsons boodschap in de algemene conferentie hoorde, raakte die me enorm. Ik wist toen dat hij een profeet is. Ik heb een getuigenis gekregen, en nu ben ik klaar om me te laten dopen.’
Ik ken ook een vrouw in Cape Coast (Ghana) die op de een of andere manier op de algemene conferentie was gestuit. Ze had nog nooit van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen gehoord, maar ze werd gegrepen door wat ze van profeten, zieners en openbaarders zag en hoorde. Daarna ging ze op zoek naar de kerk. Ze vond een kerkgebouw en sprak met de zendelingen. Uiteindelijk liet ze zich dopen. Onlangs stuurde ze me foto’s van zichzelf toen ze bij de tempel was om haar begiftiging te ontvangen.
Uit deze twee voorbeelden blijkt hoe krachtig de boodschap van de profeet in de wereld is! Als iedereen naar zijn boodschap zou luisteren, zou de wereld een stuk vrediger zijn. Dan zouden we ons allemaal richten op wat het belangrijkst is, zoals een band met onze hemelse Vader en zijn Zoon, Jezus Christus, ontwikkelen en een sterk, eeuwig gezin opbouwen. Dan zouden we ook het beste uit onszelf halen omdat we de twee grote geboden onderhouden: God liefhebben en onze naaste liefhebben (zie Mattheüs 22:37–39). Dan zouden we Zion voortbrengen, een samenleving waar liefde, rechtschapenheid en harmonie de boventoon voeren en de geest van discipelschap wordt weerspiegeld (zie Leer en Verbonden 82:14).
Als we de profeet volgen, kunnen we erop vertrouwen dat we doen wat God van ons verwacht, omdat de profeet Jezus Christus volgt en ons helpt dat ook te doen. Dankzij Jezus Christus krijgt alles in het leven betekenis. ‘We [kunnen] vreugde voelen ongeacht wat er in ons leven gebeurt – of niet gebeurt.’ Als we de profeet volgen, kunnen we de wereld echt verbeteren.
Op zoek naar beloofde zegeningen
Toen de heiligen uit Kirtland (Ohio) werden verdreven, gaf het Eerste Presidium Oliver Granger de opdracht om de bezittingen van de heiligen te verkopen en de schulden van de kerk te vereffenen. Oliver, een gewone man die door blootstelling aan de kou grotendeels blind was geworden, aanvaardde deze moeilijke taak omdat de profeet Joseph Smith en andere leiders hem dat hadden gevraagd. Ondanks veel moeilijkheden volhardde Oliver, en de Heer waardeerde zijn opoffering en inspanningen.
De Heer zei: ‘Ik ben mijn dienstknecht Oliver Granger indachtig; zie, voorwaar, Ik zeg hem dat zijn naam in heilige gedachtenis van geslacht op geslacht zal worden bewaard, tot in alle eeuwigheid. […]
‘En wanneer hij valt, zal hij wederom opstaan, want zijn offer zal Mij heiliger zijn dan zijn toename’ (Leer en Verbonden 117:12–13).
Oliver en zijn vrouw, Lydia, steunden de profeet, en de Heer erkende dat Oliver zijn best had gedaan, ook al was hij niet altijd succesvol. De Heer waardeerde zijn inspanningen meer dan zijn verwezenlijkingen.
Als zendeling, en zelfs later, heb ik niet veel over Oliver Granger gehoord. Toch wordt zijn naam in de Schriften genoemd omdat hij gehoorzaam was aan de instructies van de profeet en de beloofde zegeningen ontving – zijn naam wordt inderdaad in heilige gedachtenis bewaard. We leren van Oliver Granger dat zelfs als de instructies uit goddelijke bron komen (via profeten), dat geen garantie voor een effen pad zonder moeilijkheden is. Maar de beloften staan vast (zie Alma 37:17).
Hoe zou ons leven er zonder profeten uitzien? De levende profeet en president van de kerk vertegenwoordigt een directe communicatielijn van God naar zijn volk en is de enige persoon op aarde die openbaring voor de hele kerk ontvangt. Hij voorziet ook in voortdurende openbaring van God zodat wij de moeilijkheden van onze tijd het hoofd kunnen bieden. Als we de raad van de profeet opvolgen, kunnen we gemoedsrust, vreugde en leiding ontvangen terwijl we ernaar streven om meer op Jezus Christus te gaan lijken. (Zie Leer en Verbonden 21:4–6.)
Laten we de leringen en het voorbeeld van hedendaagse profeten omarmen, met de kennis dat zij een werktuig in Gods handen zijn en ons naar eeuwige zegeningen leiden. Ik heb ze lief en bid voor hen. Ik ben dankbaar dat ik weet dat ze geïnspireerd zijn en ons en ons gezin naar onze Heiland, Jezus Christus, leiden.