‘Les 10 Leerkrachtenmateriaal: Bekering en vergeving’, De leringen in het Boek van Mormon: leerkrachtenmateriaal (2021)
‘Les 10 Leerkrachtenmateriaal’, De leringen in het Boek van Mormon: leerkrachtenmateriaal
Les 10 Leerkrachtenmateriaal
Bekering en vergeving
Het Boek van Mormon biedt ons een unieke blik op de leer van bekering en vergeving. De ervaringen van Enos, het volk van koning Benjamin en Alma de jonge illustreren dat de Heiland de uiteindelijke bron van onze vergeving en gemoedsrust is. In deze les krijgen de cursisten de gelegenheid het bekeringsproces te bespreken, zodat ze beter kunnen onderscheiden wanneer de Heiland hun vergeving heeft geschonken. Ook gaan ze in op de vraag hoe ze zich kunnen blijven bekeren en meer zoals Jezus Christus kunnen worden.
Leswijzers
Alma legt uit hoe hij vergeving van de Heiland heeft ontvangen.
Hang de volgende drie vragen op verschillende plekken in de klas. Zet een paar stoelen om elke vraag heen. Zeg dat deze vragen vergelijkbaar zijn met die in sectie 1 van het voorbereidend materiaal.
-
Wat houdt bekering nu werkelijk in? Welke raad zou je aan iemand geven die de stappen van bekering heeft doorlopen, maar zegt geen verschil te voelen?
-
Waar vinden we de kracht om echt te veranderen? Wat zou je tegen iemand zeggen die ontmoedigd is, omdat hij of zij heel hard heeft geprobeerd te veranderen maar dezelfde fout blijft maken?
-
Wat als iemand het gevoel heeft dat hij of zij niet te redden valt? Hoe kun je iemand hulp bieden die het gevoel heeft dat bekering totaal geen zin meer heeft, omdat hij of zij zo ernstig heeft gezondigd dat vergeving onmogelijk is?
Laat de cursisten zich voorstellen dat ze op zending zijn en een van hun onderzoekers antwoord op die vragen wil of dat ze een dierbare willen helpen die het maar niet lukt om zich te bekeren. Vraag de cursisten plaats te nemen bij de vragen die ze willen bespreken. Moedig de cursisten aan bij de beantwoording van hun vragen uit te gaan van de ervaring van Alma en andere passages uit het Boek van Mormon.
Wijs in elke groep een gespreksleider aan en geef elke leider een kopie van de instructies die onderaan dit lesmateriaal staan. Geef de groepen voldoende tijd om een zinvol gesprek te voeren.
Daarna nodigt u een of meer vrijwilligers uit elke groep uit om kort te vertellen wat ze in hun groep hebben geleerd en gevoeld.
Enos, het volk van koning Benjamin en Alma ervoeren de vreugde van vergeving.
Vraag de cursisten of zij, of anderen die ze kennen, zich ooit hebben afgevraagd of de Heiland hen hun zonden had vergeven. Laat de cursisten in Enos 1:4–8; Mosiah 4:1–3; en Alma 36:19–21 zoeken naar manieren waarop mensen kunnen weten dat ze vergeving van hun zonden hebben ontvangen.
-
Welke woorden of zinsneden vielen je in deze verzen op? Waarom denk je dat die zinsneden je opvielen?
-
Waarom is het belangrijk om te geloven en te accepteren dat Jezus Christus bereid, in staat en verlangend is jou je zonden te vergeven en je schuld weg te nemen? (Laat de cursisten zo nodig sectie 3 van het voorbereidend materiaal nog eens doornemen.)
-
Hoe kunnen we weten dat de Heiland ons onze zonden heeft vergeven? (Laat de cursisten een beginsel formuleren in deze trant: Als we ons oprecht bekeren en geloof in Jezus Christus hebben, vergeeft Hij ons en zegent Hij ons met vreugde en gemoedsrust.)
-
Wanneer heb jij de vreugde en gemoedsrust van goddelijke vergeving ervaren en hoe heeft dat je leven beïnvloed? (Zeg tegen de cursisten dat ze wel over hun gevoelens over vergeving kunnen praten, maar niet specifiek over hun zonden.) Wat zijn jouw gedachten en gevoelens over het vermogen en verlangen van de Heiland om jou te vergeven?
U zou eventueel het volgende citaat van ouderling Neil L. Andersen bij de bespreking kunnen betrekken:
De oprechte boetvaardige die maar geen verlichting lijkt te vinden, moedig ik aan om de geboden te blijven onderhouden. Ik beloof u dat verlichting zal komen op de tijd van de Heer. Genezen kost ook tijd. (‘Bekeer u opdat Ik u moge genezen’, Liahona, november 2009, 42.)
Opmerking: Spreek de cursisten die het bekeringsproces niet meer zien zitten omdat hun inspanningen nog niet tot het gewenste resultaat hebben geleid, moed in. Druk ze op het hart zich tot de Heer te blijven wenden en eventueel specifieke zorgen met hun bisschop te bespreken.
Geef de cursisten de tijd om na te gaan of er iets is waarvan zij zich nog moeten bekeren. Moedig ze aan hun ingevingen op te schrijven.
Geef uw getuigenis van de leer van bekering en vergeving. Vraag de cursisten eventueel ook hun getuigenis te geven.
Voor de volgende keer
Vraag de cursisten hoe hun doopverbond en andere verbonden hen tot zegen zijn. Moedig ze aan om het voorbereidend materiaal van de volgende les te bestuderen, over hun verbondspad na te denken en zich af te vragen hoe het nakomen van hun verbonden hen aan de Heiland en zijn macht bindt.