Les 20 Leerkrachtenmateriaal

De zegeningen van godsdienstvrijheid

Godsdienstvrijheid is een fundamenteel recht. In het Boek van Mormon staan talrijke voorbeelden van zowel de voordelen van godsdienstvrijheid als de gevolgen van het inperken daarvan. In deze les stellen de cursisten vast wat de zegeningen van godsdienstvrijheid zijn en bepalen wat zij kunnen doen om haar in deze tijd te waarborgen en te beschermen.

Leswijzers

Koning Mosiah stelt een regeringsvorm in die de godsdienstvrijheid beschermt.

NB: De mate van godsdienstvrijheid varieert enorm van land tot land. Houd in uw bespreking van godsdienstvrijheid rekening met de omstandigheden ter plaatse. Moedig de cursisten aan om met respect over overheden, andere kerken en alle godsdienstige tradities te spreken.

Herinner de cursisten eraan dat hun in het voorbereidend studiemateriaal is gevraagd om met een of meer andersgelovenden te gaan praten. Hun is verzocht deze mensen te vragen waarom hun geloof belangrijk voor hen is en of ze ooit vanwege hun geloof vervolgd zijn. Vraag de cursisten te vertellen wat ze uit die of eerdere gesprekken hebben geleerd.

U kunt eventueel één of meerdere van de volgende vragen stellen:

• Hoe zou je godsdienstvrijheid omschrijven? (Laat de cursisten zo nodig de inleiding en sectie 1 van het voorbereidend materiaal doornemen.)

• Waarom is het volgens jou belangrijk dat alle mensen het recht hebben om hun geloofsovertuiging te belijden en in praktijk te brengen? (Het kan nuttig zijn om het elfde geloofsartikel en het citaat van Joseph Smith in sectie 1 van het voorbereidend materiaal door te nemen.)

• Hoe zou ons leven eruitzien als we niet vrij waren om onze belangrijkste overtuigingen, met inbegrip van onze geloofsovertuiging, te bespreken of uit te oefenen? Wat zijn er heden ten dage voor aanvallen op vrijheid van godsdienst?

Herinner de cursisten eraan dat koning Mosiah een wet instelde om de mensen in zijn koninkrijk tegen geloofsvervolging te beschermen. U kunt eventueel Mosiah 27:1–4 met uw cursisten doornemen en vragen:

• Wat leren we over godsdienstvrijheid uit de proclamatie van koning Mosiah?

Desgewenst toont u de onderstaande afbeelding en vraagt u de cursisten de ideeën van Korihor samen te vatten (zie sectie 1 van het voorbereidend materiaal). Vraag de cursisten in Alma 30:7–9, 11 op te zoeken wat deze verzen over vrijheid van godsdienst zeggen. Kijk welke van de volgende vragen u wilt stellen om uw cursisten tot actief leren aan te zetten:

• Wat kunnen we uit deze verzen leren over de waarde die onze hemelse Vader aan godsdienstvrijheid hecht? (De cursisten formuleren misschien een beginsel zoals: God wil dat al zijn kinderen gelijke rechten en voorrechten hebben, zodat ze de vrijheid hebben om er ongedwongen voor te kiezen om Hem wel of niet te dienen.)

• Waarom is het belangrijk in Gods plan dat we niet worden gedwongen om in Hem te geloven of Hem te volgen?

• Wat zegt het jou dat onze hemelse Vader en Jezus Christus ons nooit zullen dwingen om in Hen te geloven of Hen te volgen? Wat kun je hieruit over hun karakter leren?

• Hoe hebben alle mensen in een samenleving baat bij godsdienstvrijheid? Hoe ben jij erbij gebaat?

Oppercommandant Moroni richt het vrijheidsvaandel op en roept de mensen op de vrijheid te waarborgen.

Vraag cursisten voorbeelden te geven van gevaren die de godsdienstvrijheid bedreigen. (Laat de cursisten zo nodig sectie 2 van het voorbereidend materiaal nog eens doornemen.)

Vraag de cursisten Alma 46: 4, 10 te lezen en dan uit te leggen hoe Amalickiah de vrijheden van de Nephieten bedreigde, inclusief vrijheid van godsdienst. Vraag de cursisten hoe commandant Moroni op deze dreiging reageerde. (Vraag de cursisten zo nodig Alma 46:12–13, 19–20 door te nemen.) Overweeg de volgende vragen te bespreken:

• Welke evangeliebeginselen over godsdienstvrijheid leren we uit de inspanningen die commandant Moroni en zijn volk zich getroostten? (Help de cursisten een beginsel te formuleren zoals: Als we God aanroepen en ons voorbereiden, zal Hij ons sterken, zodat we onze gezinnen, onze godsdienst en onze vrijheid kunnen verdedigen.)

• Welke invloed hadden commandant Moroni en het vrijheidsvaandel op het volk? Waarom hebben we de hulp van onze hemelse Vader nodig om onze godsdienstvrijheid te verdedigen?

• Hoe komt de manier waarop commandant Moroni godsdienstvrijheid verdedigde overeen met de manier waarop Jezus Christus onze keuzevrijheid heeft verdedigd?

Als u de cursisten iets wilt leren over beschaafd zijn wanneer we onze godsdienstvrijheid verdedigen, kunt u het volgende citaat van president Dallin H. Oaks van het Eerste Presidium voorlezen:

We moeten alle mensen liefhebben, goed naar hen luisteren en respect voor hun oprechte overtuigingen opbrengen. We moeten verstandig zijn als we ons standpunt innemen, het uitleggen en invloed proberen uit te oefenen. We moeten proberen het begrip en de steun van niet-gelovigen achter ons te krijgen. En we moeten ook gebruikmaken van de officiële procedures van overheden en betrokken multinationale organen. Dit alles is nodig om het algemeen belang te waarborgen dat godsdienstige organisaties en gelovigen ten gunste van alle mensen tot stand kunnen brengen. (‘Challenges to Religious Freedom’ [toespraak voor de Consejo Argentino para las Relaciones Internacionales (CARI), 23 april 2015], newsroom.ChurchofJesusChrist.org.)

U kunt de cursisten eventueel het verdedigen van godsdienstvrijheid laten oefenen. Vraag ze samen met een medecursist uit te werken hoe ze op het volgende scenario zouden reageren:

Je hebt een collega die moslim is. Op het werk zoekt hij in de lunchpauze een rustig plekje op om te bidden. Andere collega’s beginnen dit gebruik te bespotten. Eén van de collega’s zegt ten slotte: ‘Hij moet zijn godsdienst thuis belijden, niet op zijn werk.’ Daarna wendt ze zich tot jou en vraagt: ‘Wat vind jij ervan?’

Als de cursisten de tijd hebben gekregen om hun reactie met hun partner te bespreken, nodigt u een paar cursisten uit om te vertellen hoe ze op het scenario zouden reageren.

Ons onderwijs en de leerinteresse verbeteren

Stimuleer de cursisten om doelen te stellen. President M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd: ‘Ik ben ervan overtuigd dat we, als we geen doelen stellen en niet leren hoe we de vaardigheden van het leven onder de knie kunnen krijgen om onze doelen te bereiken, op onze oude dag terugkijken en beseffen dat we slechts een klein deel van ons enorme potentieel hebben bereikt’ (‘Do Things That Make a Difference’, Ensign, juni 1983, 69–70). Geef de cursisten de gelegenheid specifieke doelen te bedenken en op te schrijven die tot doeltreffende, deugdzame initiatieven leiden. Tenzij hun doelen te persoonlijk zijn, vraagt u de cursisten hun doelen met u te bespreken. Kijk of en hoe u op de doelen van de cursisten terugkomt.

Geef de cursisten in overweging een doel te stellen waarvoor ze zich specifiek moeten voorbereiden op het verdedigen van het heilige recht op godsdienstvrijheid. (Het kan nuttig zijn om het citaat van ouderling Robert D. Hales in sectie 2 van het voorbereidend materiaal te laten zien en te behandelen.) Laat de cursisten eventueel een eenvoudig actieplan opstellen waarmee ze hun doel kunnen bereiken. Geef tot slot eventueel uw getuigenis van het belang van godsdienstvrijheid.

Voor de volgende keer

Vraag de cursisten waarom hoogmoed een veelvoorkomend thema in het Boek van Mormon is. President Ezra Taft Benson heeft gezegd: ‘Hoogmoed is een zonde die we meteen bij anderen herkennen, maar die we zelden in onszelf erkennen.’ (‘Beware of Pride’, Ensign, mei 1989, 5.) Nodig de cursisten uit om meer grip te krijgen op de leringen over hoogmoed in het Boek van Mormon en hoe hoogmoed misschien hun leven beïnvloedt.