Ik ga op zending!
Gijs is geroepen om een Perzischsprekende zending te vervullen in Frankfurt (Duitsland). De mogelijkheid bestaat dat hij op oproepbasis naar Turkije kan worden gestuurd om daar Perzischsprekende mensen te onderwijzen. Een mooie uitdaging voor ouderling de Jonge! Op 14 april is hij op het vliegtuig naar Salt Lake City (Utah, VS) gestapt en na twee dagen bij vrienden van de familie te zijn gebleven, op 17 april het opleidingscentrum voor zendelingen in Provo (Utah) binnengestapt. Hieronder delen we een deel van zijn toespraak die hij op zijn afscheidsdienst gehouden heeft.
Een groot onderdeel van een zending is het dienen van anderen. In Mosiah 2:17 staat: ‘Wanneer u in dienst van uw medemensen bent, [bent] u louter in dienst van uw God.’ Als wij dus de mensen om ons heen dienen, dienen we ook God. Wij kunnen een werktuig zijn in de handen van de Heer door de mensen om ons heen te helpen. Soms hebben we het gevoel dat we niet genoeg kunnen doen of dat wat we doen veel te weinig is. Maar het gaat er niet om hoe groots de dingen zijn die we voor een ander doen, zolang we maar proberen iets te doen. Uiteindelijk zullen door die kleine en eenvoudige dingen die wij doen, echt grote dingen teweeg worden gebracht.
In de aprilconferentie van vorig jaar spraken president Russell M. Nelson en president M. Russell Ballard over het belang van een zending en vroegen ze aan ons, de jeugd, om te proberen ons voor te bereiden hierop. Uiteindelijk was het tijdens het FSY van afgelopen zomer dat ik gewoon heel erg het gevoel kreeg dat ik op zending moest gaan en dat dit voor mij de juiste keuze zou zijn. Met de keuze alleen was ik nog niet klaar. Het is in deze fase van de voorbereiding dat ik al zoveel heb kunnen leren over mijzelf en ook over mijn hemelse Vader. Het ging en gaat niet altijd even makkelijk, maar ik heb in deze periode een heel belangrijke les geleerd: als ik God op de eerste plaats zet en op Hem vertrouw, komt het altijd goed. Dit doet mij denken aan een prachtige zin die mijn oma altijd tegen mij zei als ik gestrest was: ‘Doe je best en God doet de rest.’ Dit is zo’n bijzonder en krachtig zinnetje voor mij geworden. Ik gebruik het elke keer als ik het moeilijk heb of tot rust wil komen.
Naastenliefde is samen met het liefhebben van onze Heer het allerbelangrijkste. In Johannes 13:34 staat: ‘Zoals Ik u liefgehad heb, moet u ook elkaar liefhebben.’ Zolang wij ons best doen om onvoorwaardelijk van de mensen om ons heen te houden en hen te dienen, zullen we elke keer weer een stapje dichter tot God komen. Zoals mijn oma zo mooi zei: ‘Doe je best en God doet de rest.’
Ik weet zeker dat het evangelie waar is en dat het ons en de mensen om ons heen ten goede verandert. Ik kijk er naar uit en ben er klaar voor om andere mensen kennis te laten maken met dit evangelie wat me zoveel vreugde heeft gebracht. Het brengt me vreugde hier in de kerk en in alle activiteiten eromheen, maar ook in mijn gezin en familie. Ik ben gelukkig met dit evangelie en wat is er nu mooier dan dit geluk met de mensen om mij heen te delen? Ik kijk uit naar mijn tijd in Duitsland en naar het dienen en liefhebben van de mensen daar.