‘God liet me zien dat ik een doel had’, Liahona, juli 2024.
Geloofsportret
God liet me zien dat ik een doel had
Ik viel uit een boom, maar de Heer spaarde mij zodat ik het roer kon omgooien en mensen met een vergelijkbare handicap kon helpen.
Ik zou met mijn zus een religieuze conferentie bijwonen. Ze vroeg mij of ik in een boom wilde klimmen om kokosnoten voor de conferentie te halen. Terwijl ik boven in de boom de kokosnoten aan het verzamelen was, raakte ik plotseling buiten bewustzijn en viel ik. Ik kwam hard op mijn rug terecht en voelde mijn benen niet meer.
Ik werd naar het ziekenhuis gebracht, waar de artsen mijn ruggenwervels vastzetten. Drie maanden lang lag ik op mijn rug in het ziekenhuis en kon ik niet rechtop zitten. Het was een emotionele, deprimerende tijd. Ik lag daar maar en vroeg me af wat er met mij ging gebeuren, en wat ik hierna moest doen.
De Heer raadplegen
Na drie maanden moest ik in Nieuw-Zeeland aan mijn rug geopereerd worden. Door de operatie kon ik weer zitten en niet meer alleen maar liggen. In het ziekenhuis in Nieuw-Zeeland ontmoette ik een meisje dat daar werkte. Ze vroeg me: ‘Ken ik u? U komt me bekend voor.’
We raakten aan de praat. Ze vertelde me over het evangelie van Jezus Christus en gaf me een exemplaar van het Boek van Mormon. In eerste instantie wilde ik er niet in lezen. Het bleef onaangeroerd naast mijn bed liggen. Maar op een dag was ik alleen en was er niets interessants op tv. Toen viel mijn oog op het Boek van Mormon. Ik opende het en kon niet stoppen met lezen.
Tijdens het lezen voelde ik dat er iets speciaals was aan het Boek van Mormon en dat het wel het ware evangelie van Jezus Christus moest bevatten. Het meisje in het ziekenhuis had enkele verzen gemarkeerd, waaronder Alma 37:37: ‘Raadpleeg de Heer bij al je handelingen, en Hij zal je ten goede leiden.’
Die woorden sprongen er voor mij uit en gaven mij stof tot nadenken. Ik wist dat ik de Heer moest raadplegen om te weten of De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen de ware kerk was. Ik wilde ook weleens een kerkdienst bijwonen.
Mijn hopeloosheid verdween
Toen ik terugkwam uit Nieuw-Zeeland, vroeg ik de zendelingen mij te onderwijzen. Ik leerde meer en kreeg een getuigenis dat dit de kerk van Christus is. Ik ben dankbaar voor de zendelingen die me hebben onderwezen. Ze hadden bij mijn doop de kracht om mij naar het water te dragen. De een hield me in zijn armen terwijl de ander mij doopte.
Bij mijn doop werden mijn depressie en wanhoop weggewassen. Ik wist dat ik een doel in mijn leven had en dat God van me hield.
Voordat ik me liet dopen, schaamde ik me ervoor dat ik in een rolstoel zat. Maar na mijn doop begon ik elke zondag naar de wijk te komen en aan activiteiten voor jonge alleenstaanden deel te nemen. Ik ging zelfs naar dansavonden van de ring en in mijn rolstoel danste ik op elk nummer. Ik sloot me ook aan bij een groep voor Samoanen met letsel aan hun ruggengraat.
Ik besefte dat ik genezen was van het gevoel dat ik me moest verbergen. Dankzij de kerk kreeg ik het vertrouwen om weer onder de mensen te komen.
De Heer heeft mij ook geholpen mijn grenzen te verleggen en te groeien. Onder aanmoediging volgde ik een driejarige opleiding aan de Cambodian School of Prosthetics and Orthotics (CSPO). Ik wist niet zeker of ik de opleiding kon volgen, omdat er nog nooit een aanmelding was geweest van iemand in een rolstoel. Maar door omstandigheden kon ik uiteindelijk aan de CSPO in Cambodja studeren. Ik was de eerste student met een beperking op die opleiding.
Toen ik weer in Samoa was, sprak ik tijdens een devotional voor jonge alleenstaanden over gezondheid. Na de conferentie kwam er een vrouw naar me toe om me de hand te schudden en te zeggen dat ze van mijn toespraak had genoten. Lagimanofia was net terug van zending. Toen ik haar ontmoette, had ik meteen het gevoel dat ze mij compleet maakte. Ik had gebeden dat ik een partner mocht vinden die van me hield en mij accepteerde.
Lagimanofia en ik kregen een relatie. Ze gaf om mij en accepteerde me, en haar familie stond achter ons. We trouwden en ons leven veranderde voorgoed toen we Posenai jr. adopteerden. God heeft ons voorbereid op zijn adoptie. We zijn heel erg blij dat we hem in ons leven hebben.
Kon ik dienen?
In de kerk werd ik eerst als wijkadministrateur en later als raadgever in de bisschap geroepen. Ik kon niet geloven dat iemand in een rolstoel kon dienen. Na mijn ongeluk voelde ik me nutteloos, maar door me voor de kerk in te zetten, voelde ik me nuttig en besefte ik dat ik iets kon bijdragen. Ik vind het geweldig dat ik dichter tot Jezus Christus kom wanneer ik dien.
Ik wilde als raadgever in de bisschap geleid worden, zodat ik mijn roeping beter kon vervullen. Daarom wilde ik me beter op de zondag voorbereiden. Ik maakte van Schriftstudie een gewoonte en gaf verschillende keren mijn getuigenis. Leidinggeven in de kerk heeft me zelfs geholpen met leiderschap op mijn werk. Ik kreeg steeds meer het gevoel dat ik leiding kon geven en mijn mening durfde te geven, waardoor ik op andere vlakken leiding kon geven.
Nu ben ik hoofd van de afdeling Prothese en orthese in het Tupua Tamasese Meaole Hospital, het grootste ziekenhuis van Samoa. Mijn afdeling zorgt ervoor dat jaarlijks ongeveer vijfhonderd mensen loophulpmiddelen en een rolstoel krijgen. De kerk zorgt via het Samoaanse ministerie van Volksgezondheid voor de benodigde rolstoelen en het materiaal om prothesen te maken. (Zie philanthropies.ChurchofJesusChrist.org/humanitarian-services.) Dankzij deze hulpmiddelen kunnen mensen weer aan het werk en worden ze zelfredzaam. Ze bieden mensen hoop en een weg terug naar het leven dat voor hun gevoel voorbij was.
Vertrouw op de Heer
Als ik advies aan anderen met een beperking moest geven, dan zou ik zeggen: ‘Laat je beperking je er niet van weerhouden om te doen waar je in gelooft. Ga helemaal voor wat je wil bereiken en werk er hard voor. Als je de Heer om hulp vraagt, zal Hij je zegenen [zie 2 Nephi 32:9].’
Die overtuiging houdt mij overeind en maakt mij wie ik nu ben. Ik geloof dat ik hier moest zijn en voor een bepaald doel gespaard ben gebleven. Ik viel uit die boom, maar de Heer spaarde mij zodat ik het roer kon omgooien en dit werk kan doen om al deze mensen te helpen. De Heer heeft mij laten zien dat ik veel mensen kan helpen – niet ondanks mijn beperking, maar juist vanwege mijn beperking.