‘Waar kunnen we voor bidden?’, Liahona, juli 2024.
Kom dan en volg Mij
Waar kunnen we voor bidden?
In Alma 33 en 34 staat dat we overal, op elk moment en voor alles kunnen bidden. Hier volgen enkele voorbeelden van mensen die in verschillende omstandigheden baden.
Denk tijdens het lezen van deze ervaringen na over hoe u weleens ‘voor de kudden van uw weiden’ en ‘in uw binnenkamer en op uw verborgen plaatsen en in uw wildernis’ hebt gebeden (Alma 34:25, 26).
Bidden tijdens de Olympische Spelen
Alma Richards, een hoogspringer, deed in 1912 met de olympische atletiekploeg aan de Spelen in Stockholm (Zweden) mee. Tijdens de wedstrijd vielen anderen een voor een af tot alleen Alma en een andere deelnemer overbleven.
‘Terwijl Alma zich op zijn sprong voorbereidde, vlogen er allerlei gedachten door zijn hoofd. Daar stond hij dan als vertegenwoordiger van zijn land bij de grootste sportwedstrijd ter wereld. Toch voelde hij zich zwak, alsof het gewicht van de hele wereld op zijn schouders rustte. Hij moest denken aan Utah, zijn familie en zijn geboorteplaats. Hij dacht aan de BYU en de heiligen. Hij boog zijn hoofd en vroeg God stilletjes om kracht. “Als het juist is dat ik win,” bad hij, “zal ik mijn best doen om mijn hele leven een goed voorbeeld te zijn.”’
Alma putte kracht uit de Heer en sprong over de hoge lat. Toen het zijn overgebleven concurrent niet lukte, won Alma de gouden medaille.
Later plaagde een vriend hem ermee dat hij had gebeden voor zijn winnende sprong. ‘Lach niet’, antwoordde Alma zachtjes. ‘Ik vroeg de Heer om mij de kracht te geven om over die lat te komen en ik ging eroverheen.’
Bidden op een hoek van de straat
Inez Knight en Jennie Brimhall waren in 1898 de eerste alleenstaande vrouwen die als zendelingzusters voor De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen werden geroepen. Kort na hun aankomst in Engeland predikten de twee vrouwen in Oldham, een industrieel stadje vlakbij Liverpool.
De twee zusters, hun zendingspresident en andere zendelingen kwamen op een avond bijeen. ‘Ze [vormden] een kring op een drukke straathoek, spraken een gebed uit en zongen lofzangen tot er zich een grote menigte om hen heen verzameld had.’ Ze hadden zoveel succes dat de zendingspresident aankondigde ‘dat er de volgende dag een bijzondere bijeenkomst zou worden gehouden, en hij nodigde iedereen uit om naar de prediking van “echte mormoonse vrouwen” te komen luisteren’.
Bidden voor vervoer
Sahr uit Bo (Sierra Leone) reisde met een motortaxi naar het platteland om broodnodige medicijnen naar zijn bejaarde ouders te brengen. Hij bleef langer dan gepland om het dak van zijn ouders te repareren, dat door een storm was beschadigd. Tegen de tijd dat hij klaar was met de reparatie, was het al aan het schemeren.
Omdat het al laat was, zou er waarschijnlijk geen taxi meer komen. Sahr begon zich zorgen te maken. Zonder taxi moest hij te voet reizen. Dat zou niet alleen een lange reis zijn, maar mogelijk ook een gevaarlijke. Hij kon niet bij zijn ouders blijven, omdat hij de volgende ochtend vroeg moest werken. Bovendien wilde hij zijn jonge gezin ’s nachts niet alleen laten.
Ondanks dat het Sahr een beetje vreemd leek om voor een motortaxi te bidden, vroeg hij God om hem thuis te helpen komen. Enkele minuten later kwam er een taxi die net iemand had afgezet in deze doorgaans verlaten streek. Sahr stapte dankbaar op en voelde zich gezegend dat hij ruim op tijd thuis zou zijn om naar zijn werk te gaan en zijn gezin te beschermen.
Bidden voor een schemawijziging
Broeder Miguel Troncoso uit Santa Cruz (Argentinië) keek ernaar uit om ouderling Carlos H. Amado van de Zeventig zijn ring te horen toespreken. Maar ouderling Amado zou op een dinsdagavond spreken, en broeder Troncoso was docent en moest die avond lesgeven. Hij was vastbesloten om de bijeenkomst bij te wonen en bad met zijn gezin om hulp.
Broeder Troncoso zei over zijn ervaring:
‘De dag voor de conferentie kreeg ik de ingeving om het schoolhoofd te vragen of ik twintig minuten eerder weg kon. […] Voordat ik iets kon zeggen vroeg ze me of ik mijn les op dinsdag twee uur eerder kon beginnen dan normaal. […]
‘Wat een zegen was dat voor ons. We kwamen ruimschoots op tijd voor de bijeenkomst aan, en genoten van de Geest in de tegenwoordigheid van een van de discipelen van de Heer. […] Bovendien hebben we als gezin een getuigenis ontvangen dat onze hemelse Vader onze verlangens kent en naar onze gebeden luistert.’