‘Van duisternis naar blijdschap’, Liahona, juli 2024.
Onder heiligen der laatste dagen
Van duisternis naar blijdschap
Toen ik de woorden van de tempelverordeningen in gedachte herhaalde, gebeurde er iets wonderbaarlijks.
In 1988 ging ik met andere Britse leerkrachten naar een school in Soedan. De kinderen waren fantastisch en we pasten ons al snel aan de ontberingen van het leven in een ontwikkelingsland aan. Maar onze werkgever was een autoritaire leider die iedereen vervolgde die hem zogenaamd tegenwerkte. Hij kreeg een hekel aan mij toen ik het opnam voor iemand die hij mishandeld had.
Op een dag moest ik op zijn kantoor verschijnen. Ruim een halfuur werd ik door hem uitgescholden en bedreigd. Ik was in shock toen ik de kamer uitliep. Ik weet niet meer hoe ik de rest van de schooldag ben doorgekomen. De hele avond bleven zijn verschrikkelijke woorden maar door mijn hoofd spoken.
Voordat ik ging slapen, ging ik op bed zitten en las ik in de Schriften. Toen knielde ik neer en bad vurig om troost en verlichting, maar voelde niets. Ik kroop in bed, maar kon niet slapen. Ik ging er nog twee keer uit, las, knielde neer en bad, maar zonder resultaat.
‘Ach ja,’ dacht ik, ‘onze hemelse Vader verhoort onze gebeden niet altijd op onze manier en tijd.’ Dan maar een ellendige, slapeloze nacht.
Toen ik weer ging liggen, bedacht ik dat ik nog één ding kon doen. In gedachte herhaalde ik de woorden van de tempelverordeningen. Toen ik dat deed, gebeurde er een wonder. Alle ellende en duisternis verdween, en ik werd met vrede en blijdschap vervuld.
Ik stond op en bad, en dankte mijn hemelse Vader geëmotioneerd. Toen ging ik weer naar bed en viel in slaap. De volgende dag, die beangstigend en ellendig had moeten zijn, was de mooiste dag die ik als leerkracht ooit heb gehad.
Ik besefte dat de Heer mij over de tempelverordeningen had willen laten nadenken. President Brigham Young (1801–1877) zei het volgende tegen de heiligen die hun tempelzegeningen in de Nauvootempel hadden ontvangen en daarna over de vlakten trokken: ‘Laat het vuur van het verbond dat u in het huis des Heren hebt gesloten, als een onuitblusbaar vuur in uw hart branden.’ Als onze tempelverbonden in ons hart en verstand branden, zullen ook wij kracht, gemoedsrust en troost vinden.