Verhalen uit de Schriften
Een schip om de zee over te steken


‘Een schip om de zee over te steken’, Verhalen uit het Boek van Mormon (2023)

‘Een schip om de zee over te steken’, Verhalen uit het Boek van Mormon

1 Nephi 17–18

Een schip om de zee over te steken

Voorbereiding om naar het beloofde land te gaan

gezinnen bij de zee

Overvloed was een land met veel fruit en honing. Het was een prachtige plek om te wonen. De familie van Lehi en Sariah woonde aan zee en ze hadden alles wat ze nodig hadden.

1 Nephi 17:5–6

Nephi bidt

Na vele dagen zei de Heer dat Nephi naar een berg moest gaan om te bidden. Daar zei de Heer dat hij een schip moest bouwen om met zijn familie de zee over te steken.

1 Nephi 17:7–8

Nephi kijkt naar rotsen

De Heer liet hem zien hoe hij het schip moest bouwen. Maar Nephi wist niet waar hij metaal kon vinden om gereedschap te maken. De Heer liet Nephi zien waar hij metaal kon vinden.

1 Nephi 17:8–10

Nephi werkt terwijl Laman en Lemuel praten

Later maakte Nephi een vuur om gereedschap te maken. Laman en Lemuel keken naar hun broer Nephi. Ze wilden hem niet helpen om het schip te bouwen. Ze vonden het een slecht idee om te proberen de zee over te steken.

1 Nephi 17:11, 16–18

Laman en Lemuel boos op Nephi

Laman en Lemuel geloofden niet dat de Heer tegen Nephi had gezegd dat hij een schip moest bouwen. Nephi vroeg waarom ze nog steeds geen geloof in de Heer hadden. Hij herinnerde zijn broers eraan dat ze een engel hadden gezien en Gods macht kenden. Laman en Lemuel werden zo boos dat ze Nephi wilden doden.

1 Nephi 17:18–19, 45–48

Laman en Lemuel op de grond

Maar Nephi was met Gods macht vervuld. Nephi waarschuwde Laman en Lemuel om hem niet aan te raken. Ze waren bang en durfden Nephi dagenlang niet aan te raken. Toen zei de Heer tegen Nephi dat hij zijn hand naar zijn broers moest uitstrekken. Toen Nephi zijn hand naar hen uitstrekte, liet de macht van God hen schudden.

1 Nephi 17:48, 52–55

iedereen werkt aan het schip

Laman en Lemuel aanbaden de Heer en hielpen met de bouw van het schip. Nephi vroeg de Heer heel vaak om hulp. Nephi en zijn familie bouwden een prachtig schip. Na vele dagen was het klaar. Ze zagen dat het goed was. Nephi’s familie wist dat de Heer hen had geholpen.

1 Nephi 18:1–4