2007
Gedenken
Juni 2007


Participatieperiode

Gedenken

‘Tenzij iemand geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk Gods niet binnengaan’ (Johannes 3:5).

Wat is volgens jou het belangrijkste woord in het woordenboek? President Spencer W. Kimball (1895–1985) heeft gezegd dat gedenken misschien wel het belangrijkste woord is. Hij zei dat het belangrijk is dat we gedenken (zie ‘Circles of Exaltation’, toespraak aan godsdienstleerkrachten, Brigham Young University, 28 juni 1968, p. 8).

De profeet Helaman uit het Boek van Mormon wist hoe belangrijk het is om te gedenken. Hij riep zijn zoons Nephi en Lehi niet te vergeten de geboden van God te bewaren. Hij vroeg hun te gedenken naar welke grote mannen zij waren genoemd. Hij vroeg ze aan de woorden van de profeten te denken. En bovenal vroeg hij ze om te bedenken dat Jezus Christus zou komen om de wereld te verlossen. Helaman zei: ‘Mijn zonen, bedenkt, bedenkt, het is op de rots van onze Verlosser, die Christus is, de Zoon Gods, dat gij uw fundament moet bouwen’ (Helaman 5:12; zie ook vv. 5–9).

Nephi en Lehi bleven denken aan de leringen van hun vader. Zij waren dappere mannen die zich heel hun leven aan de geboden van God hebben gehouden.

We gaan elke zondag naar de avondmaalsdienst om aan het avondmaal deel te nemen. Dan denken we aan ons doopverbond. Als een priester het avondmaal zegent, horen we hem zeggen: ‘Hem altijd indachtig te zijn, en zijn geboden te onderhouden’ (LV 20:77, cursivering toegevoegd).

Je geloof zal toenemen als je het doopverbond sluit. Na je doop en bevestiging moet je eraan denken dat verbond altijd na te leven. Je geloof zal blijven groeien als je aan Jezus blijft denken.

Spelletje

Lijm pagina K4 op stevig papier en knip de plaatjes uit. Leg ze ondersteboven op tafel. Draai er twee om. Als ze hetzelfde zijn, leg je ze apart en mag je nog een keer. Als ze niet hetzelfde zijn, draai je ze weer om, waarna iemand anders er twee mag omdraaien. Probeer te onthouden waar elk plaatje ligt. Ga door met het spelletje totdat alle plaatjes en het woord gedenken bij elkaar zijn gepast.

Ideeën voor de participatieperiode

  1. 1. Schrijf elk woord in Johannes 3:5 op een blaadje en deel die uit aan de kinderen. Vraag de kinderen de woorden in willekeurige volgorde voor te lezen en vraag ze daarna waar deze tekst volgens hen over gaat. Leg uit dat woorden zoals water, Geest, en binnengaan een goede hint zijn. Als de kinderen raden dat de tekst over de doop gaat, geeft u hun de tekstverwijzing en helpt u ze de woorden in de juiste volgorde te zetten. Herhaal de tekst een paar keer samen. Vraag een paar kinderen een week van tevoren om te vertellen wat hun naam betekent en waarom hun ouders hun die naam hebben gegeven. Als zij aan het woord zijn geweest, vraagt u de kinderen wat het betekent om de naam van Christus op je te nemen. Praat met de kinderen over de naam van Christus op je nemen. Houd voorbeelden bij de hand, zoals zendelingen die de naam van Jezus Christus op hun naambordje hebben, omdat ze Hem vertegenwoordigen.

  2. 2. Deel het jeugdwerk op in twee groepen. Vraag de eerste groep een tekst op te zoeken waarin staat wie het derde lid van de Godheid is. Vraag de tweede groep een tekst op te zoeken waarin staat wat het vierde beginsel en de bijbehorende verordening van het evangelie is. Als ze een hint nodig hebben, herinnert u ze eraan dat de Geloofsartikelen deel uitmaken van de Parel van grote waarde. Bespreek het eerste en vierde geloofsartikel. Zeg de kinderen dat het moeilijk is om precies uit te leggen hoe de Geest aanvoelt. Vraag een ouder kind Johannes 14:26 voor te lezen. Vraag de kinderen te letten op een andere naam voor de Heilige Geest (Trooster). Leg uit hoe de Heilige Geest zoal de Trooster is.