Seminarie en instituut
Les 1: Het Boek van Mormon is eveneens een testament aangaande Jezus Christus

Les 1

Het Boek van Mormon is eveneens een testament aangaande Jezus Christus

Inleiding

Wie de leringen in het Boek van Mormon bestudeert, komt te weten dat Jezus de Christus is. In deze les leren de cursisten dat de voornaamste schrijvers van het boek ooggetuigen waren van de Zoon van God en dat hun woorden ons begrip en ons getuigenis van Jezus Christus en zijn evangelie verdiepen.

Achtergrondinformatie

Onderwijsideeën

1 Nephi 13:40; 2 Nephi 25:17–18; Alma 33:22–23

Het Boek van Mormon is een testament aangaande Jezus Christus

Laat het volgende citaat van de profeet Joseph Smith (1805–1844) zien en door een cursist voorlezen:

De profeet Joseph Smith

‘Ik zei tegen de broeders dat het Boek van Mormon het nauwkeurigste boek op aarde en de sluitsteen van onze godsdienst is, en dat de mens dichter bij God komt door zich aan de leringen erin te houden, dan door welk ander boek ook’ (inleiding tot het Boek van Mormon).

  • Van welke beweringen over het Boek van Mormon door de profeet hebt u al een getuigenis, en waarom?

  • Hoe draagt de uitspraak van de profeet bij aan uw motivatie om het Boek van Mormon te bestuderen?

Vraag de cursisten deze uitspraak in hun Schriften te markeren — deze staat in de zesde paragraaf van de inleiding tot het Boek van Mormon — en stel voor dat ze de volgende kruisverwijzingen naar 1 Nephi 13:40 en 2 Nephi 25:17–18 ernaast schrijven.(Noot: kruisverwijzingen aanbrengen, is een vaardigheid voor Schriftstudie waar u eventueel door de hele cursus heen nadruk op wilt leggen. Als de cursisten hun vaardigheden voor Schriftstudie aanscherpen, worden zij geestelijk zelfredzamer.)

Vraag enkele cursisten om 1 Nephi 13:40 en 2 Nephi 25:17–18 voor te lezen terwijl de klas let op het hoofddoel van het Boek van Mormon.

  • Wat is volgens deze verzen een van de hoofddoelen van het Boek van Mormon? (De cursisten dienen de volgende waarheid te benoemen: God heeft in de laatste dagen het Boek van Mormon tevoorschijn gebracht om alle mensen overtuigen dat Jezus de Christus is. [Zie ook het titelblad van het Boek van Mormon.])

  • Hoe overtuigt het Boek van Mormon mensen ervan dat Jezus de Christus is?

Laat het volgende citaat van president Ezra Taft Benson (1899–1994) zien en vraag de cursisten het stil te lezen:

President Ezra Taft Benson

‘Een groot gedeelte van de christelijke wereld van vandaag verwerpt de goddelijke aard van de Heiland. Men trekt zijn miraculeuze geboorte, zijn volmaakte leven en zijn glorierijke opstanding in twijfel. Het Boek van Mormon onderstreept de waarheid van al deze dingen op niet mis te verstane wijze. Ook voorziet het ons van de volledigste uitleg van de leer van de verzoening. Waarlijk is dit door God geïnspireerde boek een sluitsteen in het getuigenis aan de wereld dat Jezus de Christus is (Leringen van kerkpresidenten: Ezra Taft Benson [2014], 138).

  • Welke zijn enkele van de realiteiten van het leven en de bediening van Jezus Christus die in het Boek van Mormon worden bevestigd?

Laat een cursist het volgende citaat van president Russell M. Nelson van het Quorum der Twaalf Apostelen voorlezen:

President Russell M. Nelson

‘Ik heb het [Boek van Mormon] vele malen gelezen. Ik heb ook veel boeken over het Boek van Mormon gelezen. Sommige auteurs hebben zich op de verhalen, de volken en de geschiedenis geconcentreerd. Anderen zijn onder de indruk geraakt van het taalgebruik, de wapens, de geografie, het dierenleven, de bouwmethoden of het systeem van maten en gewichten.

Hoe interessant dit alles ook mag zijn, de studie van het Boek van Mormon is het meest lonend als we ons op het hoofddoel concentreren — getuigen van Jezus Christus. Alle andere onderwerpen vallen daarbij in het niet.

Als u het Boek van Mormon leest, concentreer u dan op de belangrijkste persoon in het boek — van het eerste tot het laatste hoofdstuk — de Heer Jezus Christus, de Zoon van de levende God’ (‘Een getuigenis van het Boek van Mormon’, Liahona, januari 2001, 82).

  • Waarom is volgens u de boodschap over Jezus Christus van alle boodschappen in het Boek van Mormon de belangrijkste om u op te concentreren?

Leg aan de cursisten uit dat na de profeet Alma de Zoramieten over de bediening van de Heiland onderwees (zie Alma 33:22), hij zijn luisteraars vroeg om het woord van God in hun hart te zaaien opdat het zou groeien. Vraag de cursisten Alma 33:22–23 stil te lezen en dan de waarheden te benoemen waarvan Alma zijn lezers vroeg die in hun hart te ‘zaaien’.

  • Van welke boodschap wilde Alma dat zijn toehoorders deze in hun hart zaaiden?

  • Wat zijn volgens Alma de gevolgen als zij deze geloofsovertuigingen aangaande Jezus Christus zouden planten en verzorgen? (Hun getuigenis zou uitgroeien ‘tot het eeuwige leven’; hun lasten zouden licht zijn.)

  • Hoe heeft uw studie van het Boek van Mormon ertoe bijgedragen dat u de zegeningen hebt ontvangen die Alma heeft beschreven?

1 Nephi 6:4; 2 Nephi 11:2–3; Jakob 1:7–8; Mormon 1:15; 3:20–22; Ether 12:38–39, 41

De auteurs van het Boek van Mormon waren ooggetuigen van Jezus Christus

Verduidelijk dat het Boek van Mormon grotendeels is geschreven door vier belangrijke auteurs: Nephi, Jakob, Mormon en Moroni. (Uitgezonderd de boeken van Enos, Jarom en Omni.)

Zet het volgende schema op het bord. Om de cursisten meer over deze vier hoofdschrijvers te leren, vraagt u hun een van de volgende passages te kiezen en in stilte te lezen. Vraag hun te letten op wat de schrijver geschikt maakte om een krachtige getuige van Jezus Christus te zijn.

Schrijver

Ervaring

1. Nephi

2 Nephi 11:2

2. Jakob

2 Nephi 11:3

3. Mormon

Mormon 1:15

4. Moroni

Ether 12:38–39

Geef de cursisten de kans te bespreken wat zij van de vier passages geleerd hebben. Vraag dan:

  • Waarom is het belangrijk te begrijpen dat de hoofdschrijvers van het Boek van Mormon ooggetuigen van Jezus Christus waren? (Laat de cursisten bij hun bespreking van deze vraag de volgende waarheid benoemen: door het Boek van Mormon te bestuderen, leren we over Jezus Christus en zijn zending van wie Hem hebben gezien en gekend. U kunt hen erop wijzen dat de vertaler van het Boek van Mormon, Joseph Smith, ook een ooggetuige van Jezus Christus was.)

Voeg een derde kolom toe op het bord, zoals hieronder:

Schrijver

Ervaring

Doel

1. Nephi

2 Nephi 11:2

1 Nephi 6:4

2. Jakob

2 Nephi 11:3

Jakob 1:7–8

3. Mormon

Mormon 1:15

Mormon 3:20–22

4. Moroni

Ether 12:38–39

Ether 12:41

Vraag iedere cursist om stil een van de passages in de derde kolom te lezen en te letten op de reden waarom iedere schrijver zijn boodschap opschreef.

  • Waarom schreven deze auteurs van het Boek van Mormon hun boodschappen op?

  • Waarom waren volgens u deze schrijvers er zo op bedacht anderen uit te nodigen tot Christus te komen?

  • Hoe is hun uitnodiging om tot Christus te komen op u van toepassing? Wat voor gevoelens en gedachten roept het bij u op als u nadenkt over deze uitnodigingen?

2 Nephi 33:1–2, 4–5, 10–11

Het Boek van Mormon helpt ons in Jezus Christus te geloven

Verduidelijk dat hoewel het leven van talloze individuen is beïnvloed door hun getuigenis van het Boek van Mormon, anderen worstelen met twijfels over de waarheid en echtheid ervan.

  • Wat zou uw advies zijn zodat iemand zijn (of haar) getuigenis van het Boek van Mormon kan versterken of verkrijgen?

Vraag een cursist 2 Nephi 33:1–2 voor te lezen terwijl de klas de macht benoemt die de boodschap in het Boek van Mormon in iemands hart toelaat.

  • Welke macht zou volgens Nephi zijn boodschap in iemands hart toelaten? (De macht van de Heilige Geest.)

  • Wat zou volgens Nephi sommigen verhinderen de Heilige Geest te ontvangen?

Vraag de cursisten een beginsel te benoemen en te bespreken dat in deze verzen wordt onderwezen. (Maak de cursisten het volgende beginsel duidelijk: De Heilige Geest kan de boodschap uit het Boek van Mormon tot ons hart voeren zolang we ons hart niet verstokken tegen de Heilige Geest. U kunt dit beginsel op het bord zetten.)

Geef de cursisten even de tijd om 2 Nephi 33:4–5 te bestuderen en te letten op bijkomende zegeningen die we kunnen ontvangen door het Boek van Mormon te bestuderen. Vraag de cursisten wat ze hebben gevonden.

Laat het volgende citaat van ouderling L. Whitney Clayton van de Zeventig zien en door een cursist voorlezen:

Ouderling L. Whitney Clayton

‘[Wij] moeten […] ons hart openstellen voor de goddelijkheid van de Heiland. […] God zal ons niet tot geloof dwingen. Maar wel nodigt Hij ons uit te geloven door de leringen van levende profeten en apostelen, door de Schriften en door de influisteringen van zijn Geest. […] De beslissing om te geloven is de belangrijkste beslissing die we ooit zullen nemen. Die beslissing beïnvloedt al onze andere beslissingen’ (‘Kies ervoor om te geloven’, Liahona, mei 2015, 38).

  • Hoe kan de uitnodiging van de schrijvers van het Boek van Mormon om in Jezus Christus te geloven al onze andere beslissingen beïnvloeden?

Vraag vervolgens een cursist om 2 Nephi 33:10–11 voor te lezen terwijl de klas let op hoe Nephi het verband beschrijft tussen in zijn woorden geloven en in Jezus Christus geloven.

  • Wat is volgens Nephi het verband tussen in zijn woorden geloven en in Jezus Christus geloven?

  • Wat zei Nephi dat er ‘ten laatsten dage’ zou gebeuren met wie zijn woorden verwerpen?

Vraag de cursisten te getuigen hoe het Boek van Mormon hen geholpen heeft om dichter bij Jezus Christus te komen.

Leesstof voor de cursisten