Onze inspanningen om Jezus Christus te volgen en zijn geboden te gehoorzamen, zijn nodig maar onvoldoende om ons eeuwig heil te ontvangen. Ons heil wordt alleen mogelijk gemaakt door de verdiensten, barmhartigheid en genade van Jezus Christus. De leer van Christus helpt ons om te begrijpen dat we door zijn genade het evangelie kunnen leren, verordeningen ontvangen en op het pad naar het eeuwige leven voorwaarts streven.
Toon het volgende citaat van ouderling L. Tom Perry (1922–2015) van het Quorum der Twaalf Apostelen en lees het voor:
Afbeelding
Ouderling L. Tom Perry
‘Veel mensen vragen zich af: “Waar kom ik vandaan? Waarom zijn we hier? Waar gaan we heen?” Onze eeuwige Vader heeft ons niet op een doelloze, zinloze reis [naar de] aarde gestuurd. Hij [heeft voorzien] in een plan dat we kunnen volgen. Hij heeft dat plan bedacht. Het heeft tot doel de mens vooruitgang en uiteindelijk heil en verhoging te brengen.’ (‘Het heilsplan’,Liahona, november 2006, 69.)
Wanneer mensen ontdekken dat God hen niet alleen door het leven laat dwalen, maar dat Hij een heilsplan heeft voorzien, wat vinden zij daar volgens u dan van?
Vraag de cursisten 2 Nephi 2:6–9 te lezen en op te letten wat volgens de profeet Lehi het heil mogelijk maakt.
Wat maakt volgens Lehi ons het heil mogelijk in het plan van God? (De cursisten horen het volgende te benoemen: wij kunnen alleen door de verdiensten en de barmhartigheid en de genade van Jezus Christus worden gered. U kunt de volgende definitie geven van wat het betekent gered te worden of heil te ontvangen: ‘Het heil in de ware en volledige betekenis is synoniem met de verhoging of het eeuwig leven en het bestaat uit het verkrijgen van een erfdeel in de hoogste van de drie hemelen in het celestiale koninkrijk. Op enkele uitzonderingen na is dit het heil waarnaar in de Schriften wordt verwezen.’ [Bruce R. McConkie. Mormon Doctrine, 2e editie (1966), 670].)
Wat betekenen de verdiensten, barmhartigheid en genade van Jezus Christus? (De verdiensten van Jezus Christus zijn zijn rechtvaardige daden, in het bijzonder zijn verzoening. Barmhartigheid verwijst naar het mededogen en de verdraagzaamheid die Hij ons schenkt ondanks onze zonden. Genade verwijst naar de hulp die wij ontvangen in de vorm van barmhartigheid, liefde, vriendelijkheid en de instaatstellende kracht die het ons mogelijk maakt om het eeuwige leven en de verhoging te beërven, nadat wij er zelf eerst ons uiterste best voor hebben gedaan. Zie ook de Gids bij de Schriften, ‘Genade’.)
Om het begrip van de cursisten van deze leer te verbeteren, toon het volgende citaat van president Dieter F. Uchtdorf en laat het door een cursist voorlezen:
Afbeelding
President Dieter F. Uchtdorf
‘We kunnen onze toegang tot de hemel niet verdienen; de vereisten van de gerechtigheid zijn een hindernis, en we zijn zelf niet bij machte om die te overwinnen.
Maar ons heil is niet onbereikbaar.
Gods genade is onze grote en eeuwige hoop.
Door het offer van Jezus Christus bevredigt het plan van barmhartigheid de eisen van de gerechtigheid [zie Alma 42:15].’ (‘De gave van genade’,Liahona, mei 2015, 108.)
Waarom is de rechtschapenheid van iemand niet genoeg om aan ‘de eisen van de gerechtigheid’ te voldoen en het eeuwig leven te verkrijgen? (Hoewel wij uiteindelijk kunnen leren volmaakt volgens de geboden te leven, heeft behalve de Heiland niemand een volmaakt leven geleid [zie Romeinen 3:23]. Hoewel wij kunnen stoppen met zondigen, kunnen wij noch de schade, noch de schuldgevoelens van onze vroegere daden uitwissen. Daarom hebben wij de verzoening en genade nodig.)
Herinner de cursisten eraan dat hoewel wij alleen door de verdiensten, barmhartigheid en genade van Jezus Christus worden gered, de profeten in het Boek van Mormon ons hebben geleerd wat wij horen te doen om de verlossende macht van de Heiland te gebruiken.
Vraag een cursist Mosiah 4:6–8 voor te lezen en laat de klas opletten wat wij volgens koning Benjamin moeten doen om door de verzoening van Jezus Christus verlossing te ontvangen.
Wat moeten we volgens koning Benjamin doen om door de verzoening verlossing te ontvangen? (Kennis van God en de verzoening verkrijgen, ons vertrouwen in God stellen, nauwgezet de geboden onderhouden en trouw tot het eind van ons leven volharden.)
Welke leerstelling onderwees Nephi betreffende ons heil? (De cursisten dienen de volgende leerstelling te benoemen: dankzij Jezus Christus kunnen wij, na alles wat wij kunnen doen, door de genade worden gered. Verduidelijk dat wij alleen door Jezus Christus heilig kunnen worden en zoals onze Vader in de hemel worden.)
Laat een cursist de volgende uitspraak van president Ezra Taft Benson (1899–1994) voorlezen om deze leer te verduidelijken:
Afbeelding
President Ezra Taft Benson
‘“Na alles wat wij kunnen doen” betekent ons uiterste best doen. Ook: zijn geboden naleven.
“Na alles wat wij kunnen doen” omvat ook onze naaste liefhebben en bidden voor hen die ons als hun vijand beschouwen. Het betekent de naakten kleden, de hongerigen voeden, de zieken bezoeken en “hun te hulp komen die [onze] hulp nodig hebben” (Mosiah 4:16) — ons indachtig zijn dat wat wij voor één van de minste van Gods kinderen doen, wij het voor Hem hebben gedaan.
“Na alles wat wij kunnen doen” betekent een kuis, zuiver en rein leven leiden, uiterst eerlijk zijn in al onze handelingen en anderen behandelen zoals wij zelf behandeld willen worden.’ (Zie ‘Verlossing door Jezus Christus na alles wat wij kunnen doen’, De Ster, december 1988, 6.)
Hoe hebt u ondervonden dat de genade van de Heiland u heeft geholpen met wat u zelf niet kon als u uw uiterste best deed om tot Hem te komen?
Gebruik de volgende uitspraak, ook van president Ezra Taft Benson, om de cursisten alvorens te antwoorden te laten nadenken over deze vraag:
Afbeelding
President Ezra Taft Benson
‘Als kerk zijn wij het eens met Nephi, die heeft gezegd: “wij weten dat wij, na alles wat wij kunnen doen, door de genade worden gered” (2 Nephi 25:23). […]
Uit genade heeft de Heiland zijn zoenoffer volbracht zodat de hele mensheid onsterfelijk kon worden.
Uit genade en door geloof in zijn zoenoffer, alsmede door ons te bekeren, ontvangen wij de kracht om datgene te doen wat noodzakelijk is en wat we niet uit eigen kracht kunnen volbrengen.
Uit genade ontvangen we zegeningen en geestelijke kracht die ons, mits we volharden tot het einde, het eeuwig leven zullen brengen.
Door zijn genade gaat onze persoonlijkheid meer op zijn goddelijke persoonlijkheid lijken.’(Zie ‘Verlossing door Jezus Christus na alles wat wij kunnen doen’, 6.)
Hoe kunnen wij onze dankbaarheid tonen voor wat Jezus Christus mogelijk heeft gemaakt?
Getuig dat wij alleen middels de genade die mogelijk is gemaakt door de verzoening van Jezus Christus de gevolgen van de val van Adam en Eva kunnen overwinnen, vergiffenis van zonden krijgen, onvolmaaktheden overwinnen en vooruitgang naar de volmaking kunnen maken. Moedig de cursisten aan om na te denken of ze al het mogelijke doen om de zegeningen van de genade van de Heer te ontvangen.
Laat een eerste groep 2 Nephi 31:2, 10–21 bestuderen; laat een tweede groep 3 Nephi 11:31–40 bestuderen; en laat een derde groep 3 Nephi 27:13–22 bestuderen. Verduidelijk vóór de cursisten beginnen dat deze passages de termen ‘leer van Christus’, ‘mijn leer’ of ‘mijn evangelie’ bevatten. Leg uit dat de leer of het evangelie van Christus bestaat uit wat Jezus Christus heeft gedaan en blijft doen om ons dichter tot onze Vader te laten komen. Het bestaat ook uit de dingen die we moeten doen om de zegeningen van de verzoening van Jezus Christus te ontvangen. Vraag iedere groep om in de hun toegewezen verzen op te zoeken en markeren wat er staat over de leer van Christus — wat Christus gedaan heeft en wat wij behoren te doen.
Als de cursisten enkele minuten de tijd hebben gehad om de passages te bestuderen, vraag hen dan hun bevindingen naast elke verwijzing op het bord te vermelden. Vraag dan:
Wat heeft Jezus gedaan om ons dichter tot onze Vader te laten komen?
Wat behoren we onder meer te doen om de zegeningen van de verzoening van Jezus Christus te ontvangen? (Wij moeten geloof hebben, ons bekeren, ons laten dopen, de gave van de Heilige Geest ontvangen, tot het einde volharden en persoonlijke openbaring gehoorzamen.)
Hoe zou u uitleggen van welk belang het is om de leer of het evangelie van Jezus Christus na te leven? (De cursisten horen een beginsel zoals het volgende te benoemen: als wij volgens de leer van Christus leven, kunnen wij de zegeningen van de verzoening en het eeuwige leven ontvangen.)
Overweeg, afhankelijk van de behoeften van de cursisten, vragen als de volgende te stellen om hen de gelezen Schriftteksten verder te laten analyseren:
Welke zinsnede uit 2 Nephi 31:20 heeft een bijzondere betekenis voor je en hoe draagt het ertoe bij dat je de zegeningen van de verzoening ontvangt?
Wat betekent het om ‘met vuur’ gedoopt te worden, zoals in 2 Nephi 31:13–14, 17 staat? (Iemand ontvangt vergeving van zonden en wordt door de Heilige Geest gereinigd.)
Waarom is het volgens 3 Nephi 11:39–40 zo belangrijk dat iedereen de leer van Christus aanvaardt? (U kunt eventueel de cursisten vragen om een kruisverwijzing te maken van deze tekst en Helaman 5:12.)
Wat gebeurt er volgens 3 Nephi 27:14–16 met ons als we volgens de leer of het evangelie van Christus leven?
Besluit met de volgende uitspraak uit Predik mijn evangelie: handleiding voor zendingswerk te tonen. Vraag uw cursisten het te lezen en te letten op wijzen waarop de leer van Christus naleven hen levenslang tot zegen kan zijn.
‘Personen en gezinnen gaan Christus volgen als zij geloof in Hem oefenen en zich van hun zonden bekeren. Zij ontvangen vergeving van hun zonden als ze zich laten dopen en de gave van de Heilige Geest ontvangen van iemand die het gezag van God bezit om deze verordeningen te verrichten. Daarna volharden ze tot het einde, met anderen woorden, dan blijven ze de rest van hun leven geloof in Jezus Christus oefenen, zich bekeren en hun verbonden hernieuwen. Dat zijn geen stappen die zij slechts eenmaal in hun leven zetten; nee, neemt men die stappen herhaaldelijk, dan worden die beginselen een levenspatroon dat de moeite waard is. Dat is eigenlijk de enige levenswijze die gewetensrust voortbrengt en de kinderen van onze hemelse Vader in staat stelt om in zijn tegenwoordigheid terug te keren.’ (Predik mijn evangelie [2004], 6.)
Hoe is het naleven van de leer van Christus ‘een levenspatroon dat de moeite waard is’ voor u geworden?
Vraag de cursisten na te denken over hoe goed zij de leer van Christus naleven. Vraag hun te denken over wat zij kunnen verbeteren om de zegeningen te verkrijgen.