Seminarie en instituut
Les 22: ‘Zoals Ik ben’

Les 22

‘Zoals Ik ben’

Inleiding

De herrezen Jezus Christus nodigde zijn discipelen uit om zijn voorbeeld te volgen. Door de beginselen te bestuderen die Hij de Nephieten onderwees bij de tempel in Overvloed, kunnen we leren hoe we meer zoals Hij worden. De Heiland bad dat zij die in Hem geloofden één met Hem en onze hemelse Vader mochten zijn. Deze les is opgezet om de cursisten te laten begrijpen wat zij kunnen doen om meer zoals Jezus Christus te worden.

Achtergrondinformatie

Onderwijsideeën

3 Nephi 27:21–22, 27

Als Jezus Christus worden

Begin de les met de volgende uitspraak van ouderling Lynn G. Robbins van het presidium der Zeventig te tonen, en laat een cursist die voorlezen:

Ouderling Lynn G. Robbins

‘Velen van ons stellen doe-lijstjes op als geheugensteuntje voor wat we nog moeten doen. Maar mensen hebben zelden zijn-lijstjes. Waarom? Activiteiten of gebeurtenissen die we te doen hebben, kunnen worden afgevinkt als ze zijn gedaan. We zijn echter nooit klaar met te zijn. Je kunt wat we behoren te zijn niet afvinken. Ik kan mijn vrouw aanstaande vrijdag mee uitnemen, wat ik op mijn doe-lijstje kan zetten. Maar een goede echtgenoot zijn is geen gebeurtenis; dat moet deel uitmaken van mijn aard, van mijn karakter zijn, van wie ik ben.’ (‘Wat voor mannen en vrouwen behoort gij daarom te zijn?’, Liahona, mei 2011, 104.)

  • Wat wil de Heer volgens u dat we als kerkleden worden?

Vraag de cursisten om 3 Nephi 27:21–22, 27 stil te lezen en te letten op de aanwijzingen die Jezus Christus aan zijn Nephitische discipelen gaf.

  • Wat gebood de Heiland zijn discipelen te doen en te worden? (Schrijf de volgende waarheid op het bord: de Heer vraagt dat zijn discipelen zijn werken doen en worden zoals Hij.)

  • Hoe worden we volgens u meer zoals de Heiland?

  • Welke van zijn werken hebt u gedaan?

Vraag de cursisten te bespreken hoe de leringen in het Boek van Mormon ons helpen om zoals Jezus Christus te worden. Zet de antwoorden van de cursisten eventueel op het bord. Getuig dat het Boek van Mormon bestuderen en de leringen ervan toepassen ons helpt om zoals de Heiland te worden.

3 Nephi 12:1–16, 43–45; 13:1, 5–7, 16–18, 22–24, 33; 14:1–5, 21–27

Uit de rede van Christus bij de tempel in het land Overvloed leren wij hoe wij zoals Hij worden

Toon het volgende citaat van president Ezra Taft Benson (1899–1994) en laat het door een cursist voorlezen:

President Ezra Taft Benson

‘De mens wiens leven het patroon van de Christus het dichtst benadert, is de grootste en het meest gezegend en vreugdevol. Dat heeft niets te maken met rijkdom, macht of prestige. De enige ware toets van grootheid, gelukzaligheid en vreugde is hoe dicht iemand de Meester, Jezus Christus, in zijn levenswijze kan benaderen. Hij is de juiste weg, de volkomen waarheid en het overvloedige leven.’ (‘Jesus Christ — Gifts and Expectations’, Ensign, december 1988, 2.)

  • Wat gebeurt er volgens president Benson als we ervoor kiezen om Jezus Christus het patroon voor ons leven te maken?

Herinner de cursisten eraan dat toen de herrezen Heiland verscheen aan zijn volk aan de tempel in Overvloed, Hij een rede hield die leek op de Bergrede. De heilige beginselen die de Heiland in de Bergrede onderwees en bij de tempel in het land Overvloed zijn erop gericht om ons te helpen zoals Hij te worden.

Toon de volgende uitspraak van president Harold B. Lee (1899–1973). Leg zo nodig uit dat het woord blauwdruk op de bouwplannen van een gebouw slaat.

President Harold B. Lee

‘In de Bergrede geeft de Meester ons een soort openbaring van zijn karakter, dat volmaakt was, en daarmee heeft Hij ons een blauwdruk voor ons leven gegeven.’ (Leringen van kerkpresidenten: Harold B. Lee [2000], 200.)

Zet de volgende tekstverwijzingen op het bord:

3 Nephi 12:1–12

3 Nephi 12:13–16, 43–45

3 Nephi 13:1, 5–7, 16–18

3 Nephi 13:22–24, 33

3 Nephi 14:1–5

3 Nephi 14:21–27

Wijs cursisten aan om ieder één van deze passages te lezen en een beginsel opzoeken dat hen kan helpen om meer zoals Jezus Christus te worden. U kunt de cursisten aanmoedigen om deze beginselen in hun Schriften te markeren. Laat hen nadenken of zij iemand kennen die een goed voorbeeld is van de gevonden beginselen het toepassen.

Vraag de cursisten na verloop van tijd naar hun bevindingen. Zo nodig, en ingegeven door de Geest, kunt u bijkomende vragen zoals de volgende stellen:

  • Hoe kunt u christelijker worden door dit beginsel nauwgezet na te leven?

  • Welke van uw ervaringen hebben u het belang van het gevonden beginsel getoond?

Moedig de cursisten aan zich ten doel te stellen om meer zoals de Heiland te worden door een of meer van deze beginselen in hun leven te integreren.

Johannes 17:9–11, 20–23; 3 Nephi 19:19–23, 28–29

Eén worden met de Vader en de Zoon

Leg uit dat Jezus Christus tijdens zijn bezoek aan de Nephieten bad voor de twaalf discipelen die Hij had uitgekozen en voor iedereen die in hun woorden zou geloven. Laat enkele cursisten een vers uit 3 Nephi 19:19–23, 28–29 voorlezen. Vraag de cursisten te letten op de zegeningen waarvan Jezus bad dat die op hen die in Hem geloofden uitgestort zouden worden.

  • Welk beginsel kunnen we leren uit het gebed van de Heiland dat we één zouden worden met de Vader en de Zoon? (De cursisten horen het volgende beginsel te benoemen: door geloof kunnen wij gereinigd worden en één worden met Jezus Christus, zoals Hij één is met de Vader.)

Om het begrip van de cursisten van dit beginsel te vergroten, kunt u verduidelijken dat een gebed gelijkaardig aan dat wat Christus aan de tempel in het land Overvloed uitsprak, is opgetekend in het Nieuwe Testament. Vraag de cursisten deze verzen te vergelijken met Johannes 17:9–11, 20–23. Vraag hun de verzen stil te lezen en te bedenken hoe deze op ons van toepassing zijn.

  • Wat betekent het voor u om te weten dat Jezus Christus voor u tot de Vader bad?

  • Hoe kunnen we de eenheid van de Vader en de Zoon ervaren?

Vraag een cursist het volgende citaat van ouderling D. Todd Christofferson van het Quorum der Twaalf Apostelen voor te lezen. Vraag de cursisten op te letten wat zij horen te doen om één te worden met Jezus Christus en onze hemelse Vader.

Ouderling D. Todd Christofferson

‘Jezus bereikte een volmaakte eenheid met de Vader door Zich in het vlees en in de geest te onderwerpen aan de wil van de Vader. Jezus was in zijn bediening duidelijk doelgericht, want er was geen zwakheid of afleidende tweeslachtigheid in Hem. Jezus heeft over zijn Vader gezegd: “Ik doe altijd wat Hem behaagt” (Johannes 8:29). […]

‘We zullen stellig pas één worden met God en Christus als we hun wil en belang tot ons grootste verlangen maken. Dergelijke onderworpenheid is niet in een dag te bereiken, maar door de Heilige Geest zal de Heer ons onderwijzen, als wij gewillig zijn, totdat er na verloop van tijd terecht kan worden gezegd dat Hij in ons is zoals de Vader in Hem is.’ (‘Opdat zij allen één zijn in ons’, Liahona, november 2002, 72–73.)

  • Wat horen we volgens ouderling Christofferson te doen om één te worden met de Vader en de Zoon?

Schrijf de volgende vragen op het bord en vraag de cursisten enkele minuten te gebruiken om hun antwoorden op te schrijven:

Hoe toonde Jezus dat Hij volmaakt onderworpen was aan de wil van onze hemelse Vader?

Hoe kunt u zich beter onderwerpen aan de wil van onze hemelse Vader?

Besluit met te getuigen dat we meer zoals onze Heiland, Jezus Christus, kunnen worden als we ons aan de wil van de Vader onderwerpen.

Leesstof voor de cursisten