Seminarie en instituut
Les 2: Sla acht op de woorden van de profeten


Les 2

Sla acht op de woorden van de profeten

Inleiding

God roept profeten om te getuigen van Jezus Christus, bekering te prediken en iedereen uit te nodigen tot de Heiland te komen. In het Boek van Mormon staat dat wie naar de profeten luisteren gezegend worden, terwijl wie hen tegenwerken spijt en verdriet ervaren.

Achtergrondinformatie

Onderwijsideeën

1 Nephi 1:4–15, 18; Mosiah 11:20–25; 13:33–35

De rol van profeten

Vraag de klas:

  • Hoe onderscheidt ons geloof in een levende profeet De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen van andere godsdiensten?

  • Waarom zijn in deze tijd levende profeten even hard nodig als in vroegere periodes in de geschiedenis van de aarde?

Vraag enkele cursisten beurtelings een vers uit 1 Nephi 1:4–15, 18 voor te lezen terwijl de klas meeleest en oplet hoe de Heer Lehi heeft geroepen en voorbereid als profeet.

  • Wat ervoer Lehi dat hem heeft voorbereid om profeet te zijn? (Hij ontving een getuigenis van Jezus Christus en hij voorzag de vernietiging van de goddelozen en de barmhartigheid aan wie tot God komen.)

  • Waarom had het volk van Jeruzalem profeten zoals Lehi nodig? (Zorg ervoor dat de cursisten bij het antwoorden de volgende waarheid verwoorden: God roept profeten en openbaart zijn wil door hen.)

Laat een cursist de volgende uitspraak van president John Taylor (1808–1887) voorlezen:

Afbeelding
President John Taylor

‘Wij hebben een levende boom nodig — een levende bron — levende kennis, die voortkomt van de levende priesterschap in de hemel, door middel van de levende priesterschap op de aarde. […] En vanaf de tijd dat Adam voor het eerst met God sprak, tot aan de tijd dat Johannes op het eiland Patmos met God sprak, of dat de hemelen voor Joseph Smith geopend werden, zijn er altijd nieuwe openbaringen nodig geweest, aangepast aan de omstandigheden waarin de kerk of de mensen zich bevonden.

In de openbaring aan Adam stond niet dat Noach een ark moest bouwen; in de openbaring aan Noach zei de Heer niet dat Lot Sodom moest verlaten, en in geen van deze openbaringen wordt over het vertrek van de Israëlieten uit Egypte gesproken. Zij kregen allemaal openbaringen voor zichzelf, net als Jesaja, Jeremia, Ezechiël, Jezus, Petrus, Paulus, Johannes en Joseph. En dat moeten wij ook.’ (Leringen van kerkpresidenten: John Taylor [2001], 158.)

  • Waarom is het belangrijk om te weten dat de Heer heden ten dage zijn wil door levende profeten blijft openbaren?

  • Wat kunnen wij er in deze tijd aan hebben om de rol van de profeten in het Boek van Mormon te bestuderen?

Zet de volgende verwijzingen op het bord:

Mosiah 11:20–25

Mosiah 13:33–35

Verduidelijk dat hoewel profeten veel boodschappen verkondigen die voor hun tijd bestemd zijn, er ook boodschappen zijn die álle profeten verkondigen. Vraag de cursisten twee van zulke boodschappen te vinden door de passages op het bord stil te lezen. Vraag de cursisten de belangrijkste boodschap van de profeet Abinadi in elke passage in hun Schriften te markeren.(Noot: Schriftteksten markeren is een vaardigheid voor Schriftstudie waar u eventueel door de hele opleiding heen in wilt onderwijzen.)

Vraag de cursisten naar hun bevindingen en vat deze samen door deze leerstelling te benadrukken: alle profeten van God prediken bekering en getuigen van Jezus Christus.

Moedig de cursisten eventueel aan enkele minuten de tijd te nemen om in het Boek van Mormon een profeet op te zoeken die bekering predikt of van Jezus Christus getuigt. (Voorbeelden van bekering prediken, zijn onder andere Jesaja in 2 Nephi 16:9–11; Jakob in Jakob 2–3; Abinadi in Mosiah 11–12; Samuel in Helaman 13–16; en Mormon in Mormon 3. Voorbeelden van onderwijs over Jezus Christus zijn onder andere Nephi in 1 Nephi 19 en in 2 Nephi 25; Alma in Alma 7; en Mormon in Mormon 7.) Vraag de cursisten voorbeelden te geven aan de rest van de klas.

  • Waarom prediken profeten volgens u consequent bekering en getuigen zij van Jezus Christus?

  • Hoe draagt gehoor geven aan deze boodschappen bij aan onze verlossing?

Helaman 13:24–33; 3 Nephi 8:24–25; 9:10–11

De profeten van God afwijzen zorgt voor berouw

Laat het volgende citaat van president Ezra Taft Benson (1899–1994) zien en door een cursist voorlezen:

Afbeelding
President Ezra Taft Benson

‘Als de profeet op de zonden van de wereld wijst, wil de wereld hem de mond snoeren óf doen alsof hij niet bestaat, in plaats van zich te bekeren. Populariteit is nooit een maatstaf van de waarheid. […] De wederkomst van de Heer is nabij, zodat we er vanuit mogen gaan dat de profeet in een steeds slechtere wereld minder populair zal worden.’ (Leringen van kerkpresidenten: Ezra Taft Benson [2014], 161–162.)

  • Waarom denkt u dat sommigen geen gehoor geven aan de woorden van een profeet?

Vraag de klas om in stilte de woorden van de profeet Samuel in Helaman 13:24–29 te doorzoeken en te letten op redenen waarom men profetische waarschuwingen verwerpt. U kunt eventueel de cursisten nogmaals aanmoedigen hun bevindingen te markeren.

  • Waarom verwierpen de Nephieten volgens Samuël de profeten van God?

  • Ook al maken wij ons niet schuldig aan het mishandelen of doden van de profeten, hoe kunnen deze verzen toch als een waarschuwing voor ons dienen?

Vraag een cursist Helaman 13:30–33 voor te lezen terwijl de klas let op de gevolgen die de mensen wie de woorden van de profeten verwierpen zouden overkomen volgens de profetie van Samuel de Lamaniet. Vraag de klas dan de vervulling van deze profetie in 3 Nephi 8:24–25 en 9:10–11 te lezen.

  • Welke waarheid kunnen we uit deze verzen halen? (De cursisten horen het volgende beginsel te benoemen: Als wij de woorden van de profeten van de Heer verwerpen, wachten ons wroeging en verdriet. [Zie ook 3 Nephi 28:34.])

Laat een cursist de volgende uitspraken van president Ezra Taft Benson voorlezen:

Afbeelding
President Ezra Taft Benson

‘Als wij willen weten hoe goed we er bij de Heer voorstaan, moeten we ons afvragen hoe goed we er bij de vertegenwoordiger van de Heer op aarde voor staan — hoe goed we leven we in overeenstemming met de gezalfde van de Heer — de levende profeet — president van de kerk, en met het Quorum van het Eerste Presidium’ (Leringen: Ezra Taft Benson, 160).

‘Als de profeet zegt wat wij moeten weten, maar wij dat liever niet horen, is dat een beproeving van onze getrouwheid.’ (Leringen: Ezra Taft Benson, 161.)

  • Hoe motiveren de uitspraken van president Benson u om ijveriger de raad van de levende profeet op te volgen?

  • Welke profetische boodschappen vindt u het belangrijkst voor hedendaagse heiligen der laatste dagen?

Mosiah 15:10–13; 3 Nephi 10:12; 12:1–2; Ether 7:23–27

De profeten van God volgen, brengt zegeningen

Zeg de cursisten dat de profeet Abinadi koning Noach en zijn goddeloze priesters leerde dat het belangrijk is om naar de woorden van de profeten te luisteren. Vraag een cursist Mosiah 15:10–13 voor te lezen terwijl de klas nadenkt hoe zij deze verzen als een beginsel kunnen samenvatten.

  • Hoe zou u de woorden van Abinadi als een beginsel uitdrukken? (De cursisten kunnen deze passage eventueel als volgt samenvatten: wie naar de woorden van de profeten luisteren, in de verlossende macht van Jezus Christus geloven en zich van hun zonden bekeren, zijn erfgenamen van het koninkrijk van God.)

Vraag de cursisten na te denken over voorbeelden uit het Boek van Mormon van trouwe individuen en groepen die werden gezegend door gehoor te geven aan de woorden van profeten. Laat hen vervolgens vertellen welke voorbeelden ze bedacht hebben. De voorbeelden kunnen onder meer zijn: Het gezin van Lehi ontkomt aan vernietiging door de raad op te volgen Jeruzalem te ontvluchten (2 Nephi 1:4); Alma de oude geeft gehoor aan de woorden van Abinadi en is daardoor in staat vele mensen te onderwijzen (Mosiah 17:1–4; 18:1–3); het leger van kapitein Moroni ontdekt waar zij zich tegen het Lamanitische leger moeten verdedigen door raad aan Alma te vragen (Alma 43:23–24).

Zet de volgende Schriftuurverwijzingen op het bord (laat de vetgedrukte woorden weg.):

3 Nephi 10:12(We zijn veilig als we de profeten van God volgen.)

3 Nephi 12:1–2(Profeten leren ons hoe wij vergeving van onze zonden kunnen krijgen.)

Ether 7:23–27(Als we de raad van de profeten opvolgen en de Heer indachtig zijn, zegent Hij ons naargelang onze behoeften.)

Wijs cursisten aan om ieder een van de passages op het bord te lezen en deze als een beginsel samen te vatten. Overweeg de voorgestelde beginselen naast elke referentie te schrijven terwijl de cursisten hun samenvattingen geven.

Om de cursisten beter te laten beseffen dat er bijkomende zegeningen voortvloeien uit het volgen van de profeet, laat u het volgende citaat van ouderling M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen zien en door een cursist voorlezen:

Afbeelding
Ouderling M. Russell Ballard

‘Broeders en zusters, het is geen kleinigheid om een profeet van God onder ons te hebben. ‘De zegeningen die wij ontvangen als we naar het woord van God luisteren dat door hem tot ons komt, zijn wonderbaarlijk. ‘[…] Als we de raad van de Heer in de woorden van de president van de kerk horen, behoort onze reactie positief en prompt te zijn. De geschiedenis toont aan dat veiligheid, vrede, voorspoed en geluk ons deel zijn als wij profetische raad aannemen.’ (‘Gij moet zijn woord ontvangen’, Liahona, juli 2001, 80.)

  • Wanneer werd u gezegend door positief en prompt op profetische raad te reageren?

  • Als u vooruitkijkt naar de toekomst, waarom is het dan belangrijk om profeten op aarde te hebben?

Laat de cursisten nadenken of hun acties zijn afgestemd op hun verlangen de profeten van de Heer trouw te volgen. Vraag hun te overwegen wat zij eventueel dienen aan te passen in hun leven om meer van de aan de getrouwen beloofde zegeningen te ontvangen.

Leesstof voor de cursisten

Afdrukken