Leringen van kerkpresidenten
Joseph Smith: profeet, ziener en openbaarder


Hoofdstuk 2

Joseph Smith: profeet, ziener en openbaarder

Joseph Smith, de profeet van deze bedeling, bleef de openbaringen die hij van omhoog ontving altijd trouw, vervulde de roeping waartoe hij was voorgeordend, en bezegelde zijn getuigenis met zijn bloed.

Uit het leven van Wilford Woodruff

Vanaf het moment dat Wilford Woodruff lid was geworden van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen, had hij een getuigenis van de profeet Joseph Smith. Hij zei: ‘Ik was er nog voordat ik Joseph zag volledig van overtuigd dat hij een profeet was. Ik had geen enkele vooroordeel tegenover hem.’1 In april 1834, ongeveer vier maanden na zijn doop, reisde broeder Woodruff naar Kirtland (Ohio), waar hij kennismaakte met de profeet Joseph. Later zei hij daarover:

‘Mijn eerste kennismaking met hem was nogal uniek. Ik zag hem met zijn broer Hyrum in het veld. Hij had een erg oude hoed op en was bezig met doelschieten. Ik werd aan hem voorgesteld en hij nodigde me uit om met hem mee naar huis te gaan.

‘Ik nam de uitnodiging aan en observeerde hem goed, om te zien of ik wat van hem kon opsteken. Op weg naar zijn huis merkte hij op dat dit voor het eerst in lange tijd was dat hij even tijd had gehad voor wat ontspanning.

‘Kort daarna kwamen we bij zijn huis aan, waar hij in een aangrenzende kamer een wolfshuid pakte en zei: “Broeder Woodruff, ik wil graag dat u me helpt om deze te looien”, dus deed ik mijn jas uit en ging aan de slag om hem te helpen, wat ik een eer vond. (…) Hij wilde de wolfshuid op de zitting van zijn wagen bevestigen. (…)

‘Dit was mijn eerste kennismaking met de profeet Joseph Smith, de grote ziener van deze laatste bedeling.’2

Toen president Woodruff later herinneringen ophaalde aan dat voorval, zei hij dat sommige mensen het misschien verkeerd zouden hebben opgevat als ze een kerkleider zoiets hadden zien doen. Maar zijn eigen observaties van Joseph Smith, zowel in het openbaar als privé, sterkten zijn getuigenis van de zending van de profeet alleen maar. Vanaf die begintijd in Kirtland, tot de martelaarsdood van de profeet tien jaar later, diende Wilford Woodruff getrouw samen met Joseph Smith, zelfs toen vrienden en kennissen in de kerk afvallig werden. Hij zei: ‘Ondanks alle afvalligen die we hebben gehad, en alle moeilijkheden en beproevingen die we hebben doorgemaakt, (…) ben ik nooit in de verleiding geweest om te twijfelen aan dit werk of aan het feit dat Joseph Smith een profeet van God was.’3

Op 19 maart 1897 maakte de negentigjarige president Woodruff een geluidsopname van zijn getuigenis. Hij was de eerste president van de kerk die dat deed. Het merendeel van die korte boodschap wijdde hij aan zijn getuigenis van de zending van de profeet Joseph, waarbij hij terugkijkt op zijn levenslange toewijding aan zijn vriend en leider:

‘Ik geef mijn getuigenis dat Joseph Smith een waar profeet van God was, door God geordend om het fundament te leggen van zijn kerk en koninkrijk in de laatste bedeling en volheid der tijden. (…) De profeet Joseph heeft zijn leven neergelegd voor Gods woord en zijn getuigenis van Jezus Christus, en hij zal als martelaar worden gekroond in de tegenwoordigheid van God en het Lam. In al zijn getuigenissen aan ons was Gods macht duidelijk te herkennen in de profeet Joseph.’4

Leringen van Wilford Woodruff

Zowel in het openbaar als privé was de profeet Joseph Smith menslievend, barmhartig en trouw.

Ik heb duizenden kilometers met Joseph Smith meegereisd. Ik kende zijn geest.5

Ik verheugde mij zeer in wat ik van broeder Joseph zag, want zowel in zijn publieke als in zijn privéleven had hij altijd de Geest van de Almachtige bij zich, en hij gaf blijk van een grootsere ziel dan ik in enig ander mens heb gezien.6

Zijn ziel zwol tot eeuwige proporties voor het welzijn van de mensheid.7

Broeder Joseph zou de hele mensheid hebben omarmd met de beginselen van het heil als hij daartoe in staat was geweest.8

De bedeling die hij geroepen was om in te luiden is de grootste bedeling die de mens ooit is gegeven. En er was precies zo’n man voor nodig om die bedeling aan te voeren — een man die God en zijn broeders trouw was, die een ziener en openbaarder was, en wiens geloof in God zo groot was dat hij nooit aarzelde of twijfelde. Hij zette zelf door en moedigde anderen aan om voort te gaan in het grote werk dat voor hen lag.9

Joseph Smith was voorsterfelijk geordend om Gods werk in de laatste dagen te vestigen

Joseph Smith werd duizenden jaren in de geestenwereld gehouden om op het juiste moment in het vlees geboren te worden, door God geïnspireerd te worden en door Hem bezocht te worden, en in aanmerking te komen en voorbereid te worden voor de zending die hem in handen is gegeven.10

Joseph Smith werd net als Jeremia al voor zijn geboorte hiervoor aangesteld. De Heer zei tegen Jeremia: ‘Eer Ik u vormde in de moederschoot, heb Ik u gekend, en eer gij voortkwaamt uit de baarmoeder, heb Ik u geheiligd; tot een profeet voor de volkeren heb Ik u gesteld.’ [Jeremia 1:5.] Hij kreeg het gebod om de inwoners van Jeruzalem te waarschuwen wegens hun goddeloosheid. Hij vond dat een zware opdracht, maar uiteindelijk deed hij wat hem was geboden. En dus zeg ik over Joseph Smith dat hij zijn aanstelling al voor de grondlegging van de wereld had gekregen en dat hij opstond in de tijd die de Heer had vastgesteld om zijn werk op aarde te vestigen.11

De profeet Joseph Smith werd onderricht door God de Vader, Jezus Christus, de Heilige Geest en engelen uit de hemel.

Joseph Smith is vaak ongeschoold en ongeleerd genoemd. Hij was een boerenzoon met weinig kans op een opleiding. Wat voor voorbereiding had hij om de volheid van het evangelie aan de wereld te onthullen? Helemaal geen, behalve het onderricht dat hij door de bediening van engelen uit de hemel ontving, door de stem Gods en door de inspiratie en kracht van de Heilige Geest. De beginselen die door hem aan de wereld zijn geopenbaard, zijn zo waar als de troon Gods. Hun uitwerking is al te merken op aarde en die uitwerking zal alleen maar toenemen tot aan de wederkomst van de Zoon des mensen.12

Joseph Smith werd geïnspireerd door de Heilige Geest en hij werd in antwoord op zijn gebeden bediend door de Vader en de Zoon. En de Vader zei tot hem: ‘Dit is mijn geliefde Zoon. hoor Hem!’ [Zie Geschiedenis van Joseph Smith 1:17.] Hij luisterde goed naar de woorden van Jezus Christus en bleef dat doen totdat hij, net als de Heiland, ter dood gebracht werd.13

Ik heb nooit ergens gelezen, voor zover ik me kan herinneren, dat diezelfde kracht die zich bij de organisatie van deze kerk in de profeet van God kenbaar maakte — toen de Vader en de Zoon in antwoord op zijn gebed aan de profeet Joseph verschenen — ooit in enige andere bedeling aan de mensenkinderen is getoond. (…) Dat was een belangrijke openbaring van God aangaande zijn werk, een openbaring die zich nooit in enige bedeling van de wereld heeft voorgedaan. De profeet van God werd bij de organisatie bediend door engelen uit de hemel. Zij waren zijn leerkrachten, zijn instructeurs, en al wat hij deed vanaf het begin, vanaf die dag tot aan de dag van zijn martelaarsdood, kwam door openbaring van Jezus Christus.14

Ik ben van mening dat er nooit een mens is geweest (…) die meer één was en een nauwere band had met God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest dan de profeet Joseph Smith. Hij had de gave van openbaring vanaf de dag dat hij geroepen werd om het priesterschap te ontvangen tot de dag dat hij de martelaarsdood stierf. Hij had dag in dag uit de gave van inspiratie. Dat blijkt duidelijk uit de openbaringen in de Leer en Verbonden. Wanneer de Heer het nodig vond om hem te vermanen, moest Joseph Smith dat bij monde van zichzelf doen. En hij aarzelde niet om het woord van de Heer te geven, zelfs als dat tegen hemzelf was gericht. Hij was één met de Heer; hij was één met de Heilige Geest; hij was één met de engelen uit de hemel.15

Profetieën, openbaringen en decreten van de Almachtige omringden die man als het ware. En hij moest onderricht worden, niet door de mens of de wil van de mens, maar door engelen van God; hij moest door de openbaringen Gods onderricht worden, en hij werd jarenlang onderricht door middel van visioenen en openbaringen, en door heilige engelen, door God uit de hemel gezonden om hem te instrueren en onderrichten en hem voor te bereiden op het leggen van het fundament voor deze kerk.

(…) Joseph kon het belang van het werk waarvan hij het fundament had gelegd zelf niet begrijpen zonder omgeven te zijn door de visioenen van de eeuwigheid. Toen zijn verstand ervoor was opengesteld, kon hij in veel opzichten de bedoelingen van God begrijpen. En die openbaringen omgaven hem en leidden hem op zijn pad.16

Ondanks beproeving en vervolging bleef de profeet Joseph Smith zijn getuigenis trouw.

Toen Joseph de christelijke wereld de beginselen voorlegde die God aan hem had meegedeeld, riep hij meteen hun vooroordeel op. Hij moest het opnemen tegen tradities, overgeleverd door hun vaderen die God en zijn wegen niet kenden — tradities die door de eeuwen heen waren doorgegeven, en die strijdig waren met de verlossende waarheden van de hemel.17

De hele wereld stond tegen hem op — priesters en volk. Wat was er aan de hand? Alleen maar dat Joseph Smith net als andere profeten en apostelen was. Hij luidde een bedeling van het evangelie van Jezus Christus in die botste met de tradities van de mensen — tradities die van generatie op generatie zijn overgeleverd.18

Zijn leven was één grote worsteling. Hij ondervond overal tegenstand, vooral van de priesters uit die tijd, maar hij overleefde dat en verheugde zich zeer in zijn werk, totdat hij zijn getuigenis in het vlees voltooide, nadat hij zich er zo’n veertien jaar voor had ingezet. Hij moest door diepe wateren waden, maar hij was nooit ontmoedigd of terneergeslagen, niettegenstaande de strijd die hij moest leveren met externe en interne vijanden. Hij verloor nooit de majesteit van zijn roeping uit het oog, noch de goddelijke aard van dit werk — integendeel, hij sprak en handelde onder alle omstandigheden als de man die hij was: de profeet van God, de ziener en openbaarder van de laatste bedeling.19

Ieder gevoel, iedere gedachte en iedere handeling in zijn leven bewees dat hij vastbesloten was om het beginsel van de waarheid vol te houden, zelfs al hield dat in dat hij zijn leven moest geven.20

De Heer zei tegen Joseph dat Hij hem zou beproeven om te zien of hij zich aan zijn verbond zou houden, zelfs al hield dat de dood in. En Hij beproefde hem. En hoewel hij de hele wereld te bestrijden had, en met het verraad van valse vrienden te maken kreeg, hoewel zijn hele leven een opeenvolging van moeilijkheden en zorgen was, bleef hij ondanks zijn tegenspoed, gevangenschap, geweld door benden en andere mishandeling altijd trouw aan zijn God en zijn vrienden.21

Met een visie op de bestemming van de kerk bereidde de profeet Joseph Smith de twaalf apostelen voor op het voortzetten van het werk van de Heer en gaf hij ze de bevoegdheid daartoe.

De kerk werd op 6 april 1830 met zes leden gesticht, maar Joseph had het geloof dat het koninkrijk dat op die manier begon, net als een mosterdzaadje, een grote kerk en koninkrijk op aarde zou worden.22

Joseph Smith was wat hij beweerde te zijn: een profeet van God, een ziener en openbaarder. Hij legde het fundament voor deze kerk en dit koninkrijk, en leefde lang genoeg om de sleutels van het koninkrijk aan de ouderlingen Israëls te geven, aan de twaalf apostelen. Hij besteedde de laatste winter van zijn leven, zo’n drie of vier maanden, aan het onderrichten van het Quorum der Twaalf. Het was niet zomaar een paar uur de verordeningen van het evangelie bedienen — hij leerde hen en enkele anderen dag in dag uit, week in week uit, maand in maand uit de zaken van het koninkrijk.23

Al enige tijd voor zijn dood werd de profeet Joseph door de Heer geïnspireerd om zijn eigen vertrek uit het aardse te verwachten. Hij gaf daar op verschillende manieren blijk van, maar vooral in de grote aandrang die hij tentoonspreidde om de twaalf apostelen alle sleutels en gezag van het heilig priesterschap te geven die hij had ontvangen. Hij verklaarde zowel in besloten kring als in het openbaar dat zij volledig uitgerust en bevoegd waren en dat hij het koninkrijk Gods had afgewikkeld op de schouders van de twaalf apostelen.

Ik, Wilford Woodruff, als de laatste levende persoon in het vlees die daarbij aanwezig was, zie het als mijn plicht tegenover De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen, het huis van Israël en de hele wereld, dat ik mijn laatste getuigenis geef aan alle volken dat Joseph Smith, de profeet van God, in de winter van 1843–1844 de twaalf apostelen bijeenriep in de stad Nauvoo en dat hij vele dagen met ons doorbracht om ons onze begiftiging te geven en ons de heerlijke beginselen te leren die God hem had geopenbaard. En hij stond een keer zelfs bijna drie uur in ons midden, ons de grote en laatste bedeling uitleggend die God in deze laatste dagen op aarde is begonnen. De kamer leek gevuld met een verterend vuur; de profeet was bekleed met de macht Gods en zijn gezicht glom en was als amber, en hij besloot zijn rede op een wijze die ik in tijd en eeuwigheid niet zal vergeten, met de volgende woorden:

‘Broeders, ik heb groot verdriet gehad wegens de vrees dat ik van de aarde weggenomen zou kunnen worden terwijl de sleutels van Gods koninkrijk nog bij mij berusten, zonder dat ik ze op het hoofd van andere mannen bezegeld had. God heeft op mijn hoofd alle sleutels van zijn koninkrijk bezegeld die nodig zijn voor de organisatie en opbouw van de kerk, Zion en Gods koninkrijk op aarde, en om de heiligen voor te bereiden op de komst van de Zoon des mensen. Welnu, broeders, ik dank God dat ik in staat ben om u uw begiftiging te verlenen en ik heb nu op uw hoofd alle machten van het Aäronisch en Melchizedeks priesterschap en het apostelschap bezegeld, met alle bijbehorende sleutels en machten die God mij heeft gegeven. En nu leg ik alle werkzaamheden, lasten en zorgen van deze kerk en dit koninkrijk van God op uw schouders, en ik gebied u in de naam van de Heer Jezus Christus om uw schouders onder dit werk te zetten en deze kerk en dit koninkrijk van God voor hemel en aarde, en voor God, engelen en mensen te dragen, en als u dat niet doet, wordt u verdoemd.’

En dezelfde Geest die de kamer toen vulde, brandt in mijn boezem nu ik dit getuigenis opneem.24

De profeet Joseph Smith bezegelde zijn getuigenis met zijn bloed.

Joseph Smith leefde totdat hij zijn testament aan de wereld had gegeven en al die sleutels, bevoegdheden en zegeningen op het hoofd van Brigham Young en zijn broeders had bezegeld; toen hij die sleutels dusdanig op aarde had gezet dat ze nooit meer zouden worden verwijderd; toen hij dat had gedaan, en die kroniek tevoorschijn had gebracht, dat boek van openbaring waarvan de verkondiging zijn uitwerking heeft op deze hele generatie — jood en niet-jood, Zion en Babylon, alle volken der aarde — bezegelde hij dat getuigenis in de gevangenis te Carthage met zijn bloed, waar een bende slechte, goddeloze mensen hem en zijn broer Hyrum het leven benam.25

Ik moet zeggen dat ik het destijds vreemd vond en me afvroeg waarom de profeet en zijn broer Hyrum uit ons midden mochten worden weggenomen. Maar Joseph Smith werd door Gods gebod en door de gaven en openbaringen van de hemel geordend en legde het fundament voor deze geweldige bedeling en de volheid der tijden. Hij werd in de wereld gebracht en geordend om deze Kerk van Christus voor de laatste keer op deze aarde te stichten, en om de wereld voor te bereiden op de komst van de Zoon des mensen. Bij nader inzien kwam ik na zijn dood tot de conclusie dat hij geordend was om te sterven — om zijn bloed te laten vergieten als getuigenis voor de mensen in deze bedeling.26

Joseph (…) was tot de dag van zijn dood trouw en kloekmoedig in het getuigenis van Jezus.27

Hij liet zijn geschreven getuigenis na en bezegelde het met zijn bloed toen hij er zijn leven voor gaf. En dat getuigenis is in de hele wereld van kracht, en dat zal het blijven tot het einde der tijden.28

Ideeën voor studie en onderwijs

Denk na over deze ideeën terwijl u het hoofdstuk bestudeert of u zich voorbereidt op uw onderwijs. Zie pp. V–X voor meer informatie.

  • Wat was er ongebruikelijk aan de eerste ontmoeting tussen Wilford Woodruff en Joseph Smith? (Zie pp. 13–15.) Wat leren we uit dat verhaal over de profeet Joseph Smith?

  • Neem op pp. 13–15 nog eens het stuk over het karakter van Joseph Smith door. Waarom is het nuttig om te weten hoe hij zowel privé als in het openbaar was? Hoe beïnvloedt ons privégedrag ons vermogen om anderen te onderwijzen en te leiden?

  • Wat vind je van de manier waarop Joseph Smith de volheid van het evangelie leerde? (Zie pp. 15–18.)

  • Hoe reageerde de profeet Joseph op tegenspoed? (Zie p. 19.) Wat kunnen wij aan zijn voorbeeld hebben?

  • Waarom gaf de profeet Joseph Smith de sleutels van het koninkrijk aan de twaalf apostelen? (Zie pp. 20–22.) Waarom is het belangrijk om te weten dat hij dit heeft gedaan?

  • Kijk president Woodruffs opmerkingen over de dood van Joseph Smith na (pp. 22–23). Wat vindt u van het offer dat Joseph en Hyrum Smith hebben gebracht?

  • Welke uitspraak van president Woodruff over de profeet Joseph Smith heeft de meeste indruk op u gemaakt?

  • Waarom is het belangrijk om een getuigenis van de profeet Joseph Smith te krijgen? Wat kunnen wij doen om ons getuigenis van de profeet te versterken?

Relevante teksten: 2 Nephi 3:6–15; LV 5:10; 135; Geschiedenis van Joseph Smith

Noten

  1. Deseret News, 20 januari 1858, p. 363.

  2. Deseret News, 20 januari 1858, p. 363.

  3. The Discourses of Wilford Woodruff, samengesteld door G. Homer Durham (1946), pp. 29–30.

  4. Testimonies of the Presidents of The Church of Jesus Christ of Latter-day Saints (video, 1986, artikelnummer 53242).

  5. The Discourses of Wilford Woodruff, p. 31.

  6. Deseret News, 20 januari 1858, p. 363.

  7. The Discourses of Wilford Woodruff, p. 36.

  8. Deseret News, 16 december 1857, p. 324.

  9. Deseret News, 26 oktober 1889, p. 560.

  10. ‘Revelation and Judgment’, Deseret Weekly, 25 augustus 1894, p. 289.

  11. The Discourses of Wilford Woodruff, pp. 281–282.

  12. Deseret News: Semi-Weekly, 20 mei 1873, p. 1.

  13. Deseret News, 14 november 1891, p. 658.

  14. Millennial Star, 28 april 1881, p. 258.

  15. Deseret Weekly, 30 augustus 1890, p. 306.

  16. Deseret News: Semi-Weekly, 25 november 1873, p. 1.

  17. The Discourses of Wilford Woodruff, p. 31.

  18. The Discourses of Wilford Woodruff, pp. 42–43.

  19. The Discourses of Wilford Woodruff, pp. 31–32.

  20. The Discourses of Wilford Woodruff, p. 36.

  21. The Discourses of Wilford Woodruff, p. 33.

  22. Deseret News: Semi-Weekly, 21 december 1869, p. 1.

  23. The Discourses of Wilford Woodruff, p. 35.

  24. ‘An Epistle to the Members of The Church of Jesus Christ of Latter-day Saints’, Millennial Star, 14 november 1887, p. 722.

  25. Deseret News: Semi-Weekly, 25 november 1873, p. 1.

  26. Deseret News, 14 november 1891, pp. 658–659.

  27. Deseret News: Semi-Weekly, 21 december 1869, p. 1.

  28. Deseret News: Semi-Weekly, 2 mei 1876, p. 4.