2011
Ouderling Larry Y. Wilson
mei 2011


Ouderling Larry Y. Wilson

van de Zeventig

Elder Larry Y. Wilson

Evenwicht te vinden tussen de eisen van werk, kerk en gezin was een uitdaging voor ouderling Larry Young Wilson, maar hij heeft zijn gezinsleden altijd laten weten hoe belangrijk ze voor hem zijn.

‘De meeste vorming heb ik gekregen als echtgenoot en vader’, zegt ouderling Wilson. ‘Ik was er bijna altijd als mijn kinderen naar een muziekuitvoering of belangrijke sportwedstrijd moesten. Voordat ik ze instopte las ik ze een verhaaltje voor en baden we samen. Het is heel belangrijk om er te zijn.’

Ouderling Wilson weet welke eisen er gesteld worden aan iemand die in alle aspecten van het leven een leidersfunctie vervult. Hij is in december 1949 in Salt Lake City geboren, als zoon van George en Ida Wilson, maar hij is opgegroeid in Pocatello (Idaho, VS). Hij heeft een bachelor in Engelse en Amerikaanse letterkunde aan de Harvard University gehaald, en later een master in bedrijfskunde aan de Stanford Graduate School of Business.

Ouderling Wilson heeft carrière gemaakt als consulent en manager in de medische zorg. Hoewel zijn carrière veel eisen aan hem stelde, zorgde ouderling Wilson ervoor dat zij nooit zijn leven ging beheersen.

‘Je moet wel grenzen stellen in je beroepsleven’, zegt hij. ‘Anders zal het al het andere wegdrukken. De praktijk heeft mij geleerd dat werk, kerk en gezin om de beurt pas op de plaats moeten maken. Bid daarbij om leiding, want dan zult u weten welke op dat moment het belangrijkst is.’

Ouderling Wilson is ijverig werkzaam geweest als zendeling in het zendingsgebied Centraal-Brazilië, als bisschop, ringpresident en gebiedszeventiger, voordat hij in het Tweede Quorum der Zeventig werd geroepen.

Voor ouderling Wilson is het duidelijk dat de persoon die dat belangrijke evenwicht brengt in alles wat hij te doen heeft, zijn vrouw, Lynda Mackey Wilson, is, met wie hij op 10 juli 1974 in de Logantempel is getrouwd. De Wilsons hebben vier kinderen.

‘Altijd als ik de deur uitging naar een kerkvergadering, zei ze: “Dag schat, ga de Heer dienen”’, zegt ouderling Wilson. ‘Zij leerde onze kinderen de diepere betekenis van mijn kerkwerk. Het duurde niet lang of zij zeiden: ‘Dag papa, ga de Heer dienen!’