Leren schrijven: goede keuze!
De auteur woont in Rijnland–Palts (Duitsland).
‘En zij zijn vrij om […] te kiezen’ (2 Nephi 2:27).
Justina zat rechtop op haar stoel. Ze legde haar nieuwe potloden op haar tafeltje. Vandaag was de eerste schooldag. Ze had kennisgemaakt met haar klasgenootjes en een leuke tekening gemaakt.
Toen zei mevrouw Werner: ‘Tijd om te schrijven!’ Mevrouw Werner deelde vellen papier uit. ‘Jullie hebben dertig minuten de tijd om hier aan te werken. Dan is het pauze.’
Justina slikte. O, nee. Nu al schrijven? dacht ze.
Vorig jaar had Justina moeite met lezen en schrijven. Al haar vriendinnen leken het leuk te vinden. Maar het was niet zo moeilijk voor hen. En als dit jaar weer zo moeilijk was als vorig jaar?
Justina pakte haar potlood. Ze keek naar het papier. Haar maag keerde zich om. Alle andere leerlingen zaten te schrijven. Behalve zij.
Ze wilde met mevrouw Werner praten. Zou ze boos worden omdat Justina er moeite mee had? En zelfs als dat zo was, was dat niet zo erg als schrijven.
Justina liep naar het bureau van de leerkracht. ‘Mevrouw Werner? Dit is nog moeilijker dan vorig jaar. Ik denk niet dat ik het kan.’
Mevrouw Werner keek niet boos. Ze glimlachte naar Justina. ‘Doe gewoon je best. Dan zul je jezelf verbazen! Je kunt niet altijd iets kiezen waar je goed in bent. Maar je kunt er altijd voor kiezen om je best te doen.’
Justina liep terug naar haar plaats. Ze dacht na over wat mevrouw Werner gezegd had. ‘Ik kan ervoor kiezen om het te proberen.’ Dat leek wel op wat ze in het jeugdwerk had geleerd. Haar klas had een tekst gelezen waarin stond dat we vrij zijn om te kiezen. Dat betekent dat we onze eigen keuzes kunnen doen. Onze hemelse Vader vertrouwt erop dat we goede keuzes doen. Hij belooft dat Hij ons zal helpen als we vergissingen begaan.
Zou dit schooljaar anders kunnen zijn? Misschien kon ze ervoor kiezen om er een beter jaar van te maken! Justina pakte haar potlood. Ze keek naar het papier. Haar maag ontspande zich. Goed. Ik ga het doen, dacht ze.
De bel ging. Het was pauze. Justina was nog niet klaar. Maar ze had meer dan de helft gedaan! Ze stak haar hand op. ‘Mag ik in de klas blijven om het af te maken? Ik ben bijna klaar!’
Mevrouw Werner knikte en glimlachte.
Justina leverde na een hele tijd haar vel papier in. Haar hand deed een beetje zeer. Ook haar hersenen deden pijn! Maar ze glimlachte. Ze had nog nooit zo goed haar best gedaan om te schrijven.
De volgende dag gingen ze met de klas lezen. Mevrouw Werner liet iedereen twintig minuten lezen. Justina probeerde het weer. Zij deed haar boek open en probeerde de woorden te begrijpen.
Justina begon elke dag keuzes te doen. Ze koos ervoor om te lezen. Ze koos ervoor om te schrijven. Het was niet zo erg om te lezen en te schrijven!
Ze ging zelfs naar de bibliotheek. Daar leende ze boeken. Dat had ze vorig jaar nooit gedaan. Al snel las ze voortdurend. En dat was best leuk! Hoe meer ze las, hoe beter ze ging schrijven.
Toen Justina ouder werd, was ze blij dat ze ervoor had gekozen om te leren lezen en schrijven. Want nu vindt ze het heerlijk.