2018
Waar we hulp krijgen
March 2018


Dienen in de kerk

Waar we hulp krijgen

De auteur woont in Utah (VS).

In de zustershulpvereniging krijgen zusters in allerlei omstandigheden hulp als zij voor elkaar zorgen en elkaar dienen en liefhebben.

sister walking into messy living room

Illustratie Emily Shay

Toen ik met mijn gezin in Las Vegas, in de Amerikaanse staat Nevada, woonde, was ik een tijdje ZHV-presidente van de wijk. Ik genoot van de heerlijke omgang die ik met de fijne zusters in onze wijk had. Ik vond het fijn om opbouwende activiteiten te plannen, de ZHV te leiden, vergaderingen met wijkleiders bij te wonen en gezinnen te helpen.

Ik besteedde veel tijd aan zusters thuis bezoeken. Ik diende ook moeders die afgemat, ziek of eenvoudigweg overstelpt waren – zusters die geestelijke troost en fysieke hulp nodig hadden. Het gaf me voldoening en het gevoel dat ik buiten mijn taken als jonge moeder van zes kinderen ook nog elders nodig was.

En toen veranderde mijn leven ineens.

Mijn man vond een betere baan in een andere staat. Binnen een maand pakten we alles in en verruilden ons huis in het zonnige Las Vegas voor een huurhuisje in Casper, in de koude staat Wyoming. De week van onze verhuizing kwam ik erachter dat ik in verwachting was – van een tweeling!

De avond van onze aankomst in ons huurhuis werd ik ernstig ziek. Ik herinner me dat ik in bed lag en me nauwelijks kon bewegen, terwijl ik moest toekijken hoe mijn man voor onze kinderen zorgde en de verhuiswagen uitlaadde. Dat was het begin van het grootste lichamelijke probleem dat ik mijn hele leven heb gehad. De volgende vier maanden kon ik geen enkele maaltijd binnen houden en had ik nauwelijks genoeg energie om mijn gezin te dienen, voor onze kinderen te zorgen en soms een maaltijd te bereiden.

Terwijl mijn man aan zijn nieuwe baan wende, paste ik me aan de nieuwe woonplaats aan en schreef vier van onze kinderen in bij een school. Ons huurhuisje was erg krap en we leefden enkele weken uit dozen. Ik hielp onze schoolkinderen ’s ochtends de deur uit en bracht dan de dag op de zitbank door, terwijl mijn twee peuters vlakbij aan het spelen waren.

Op een morgen werd er na het vertrek van onze schoolkinderen aangebeld. Een van mijn peuters deed open en daar stond een zuster van het ZHV-presidium in onze nieuwe wijk. Ze had een volle mand en haar eigen dochtertje meegenomen. Ze was gekomen om me in de wijk te verwelkomen.

Ik vond het verschrikkelijk.

Ik lag in mijn pyjama op de zitbank, met een emmer naast me. Mijn twee gedeeltelijk aangeklede peuters speelden op de rommelige vloer tussen de dozen die nog niet uitgepakt waren.

Deze fijne zuster kwam binnen en zette haar mand op een hoek van de tafel. Toen ging ze in onze volle woonkamer zitten en praatte met me. Ze vroeg me helemaal uit over mijzelf en mijn gezin.

Tijdens ons gesprek voelde ik me heel klein. Nog maar een maand geleden had ik me in haar situatie bevonden, was ik degene geweest die mensen bezocht en hulp aanbood. Nu waren de rollen omgedraaid. Ik lag te rusten in een rommelig huis dat dringend aangepakt moest worden. Ik voelde me eenzaam en overstelpt door een situatie die mijn vermogens te boven ging. Ik was een van die zusters die hulp nodig had. De Heer had me er al gauw duidelijk aan herinnerd dat ik Hem nodig had, en dat ik de hulp nodig had die Hij door zijn dienstmaagden aanbood.

Na haar vertrek was ik blij toen ik de inhoud van haar welkomstmand zag. De daaropvolgende weken genoot ik van de inhoud van de mand en was ik dankbaar voor de ontluikende vriendschap, toen ze me telkens weer bezocht en me in die moeilijke maanden hulp en steun aanbood. Ik kreeg opnieuw waardering voor de hoop en de hulp die een zuster een medezuster kan bieden.

Enkele maanden later kochten we een huis dat ruim genoeg was voor ons gezin. Mijn moeilijke zwangerschap kwam tot een einde met de geboorte van twee prachtige kindjes. En de vriendelijke ZHV-zuster werd een goede vriendin. Met haar getuigenis en haar voorbeeld bouwt ze me nog steeds op en sterkt ze me. Ik denk nog vaak terug aan de ochtend van haar eerste bezoek en ben dankbaar dat ze haar roeping vervulde.

Ik getuig dat wij ‘allen bedelaars’ voor God zijn (zie Mosiah 4:19). Onze omstandigheden kunnen elk moment veranderen en ons een nieuw besef geven in hoe sterk we van onze Vader afhankelijk zijn – en van hen die ons namens Hem dienen. Ik weet nu meer dan ooit dat zusters in allerlei omstandigheden in de zustershulpvereniging hulp krijgen als zij voor elkaar zorgen en elkaar dienen en liefhebben.