Bespiegelingen
Zonsopgang
De auteur woont in Idaho (VS).
Dit leven is niet het einde. Er ligt zoveel schoonheid, geluk en vreugde in het verschiet.
Ik stond op een heldere, koude winterdag voor dag en dauw op om aan het werk op mijn melkveeboerderij te beginnen. De gebeurtenissen van de afgelopen week wogen zwaar op me. Onze kleine vallei was door een tragedie getroffen. Een oude schoolvriend, zijn zoontje, zijn tienerdochter en drie van haar vriendinnen waren bij een verschrikkelijk auto-ongeluk omgekomen. Mijn kinderen waren bevriend met de omgekomen meisjes. Door dit tragisch voorval was ons gezin, met de getroffen gezinnen en veel anderen, die week in rouw gedompeld. We waren die week al naar drie begrafenissen geweest en zouden deze dag naar de laatste begrafenis, voor de vader en zijn twee kinderen, gaan.
In mijn pogingen om het gebeurde te verwerken, zat ik vooral met twee vragen.
Ten eerste rouwde ik om die kinderen en ik vroeg me af waarom ze zo vroeg weggenomen waren, voordat ze zoveel in het leven konden meemaken. Ze zouden niet opgroeien, trouwen, op zending gaan, kinderen krijgen en zoveel andere vormen van aardse vreugde meemaken.
Ten tweede wilden we als gemeenschap de gezinnen troosten, maar leek het wel alsof we daar niets aan konden doen, dat niets hun rouw kon verminderen.
Tijdens mijn werkdag verraste de schoonvader van mijn overleden vriend me met een bezoek. Hij was ook boer, en in ons beroep gaat het werk altijd door. Hij moest onmiddellijk een kalf kopen. Na de transactie bespraken we een tijdje hoe het met zijn familie en hem ging. Ik sprak mijn wens uit dat ik meer voor ze kon doen. Ik voelde me zo hulpeloos, niet in staat om hun verdriet te verlichten. Maar ik vond het indrukwekkend hoe rustig en vredig hij leek ondanks wat zijn familie doormaakte.
Plotseling besefte ik dat ik het antwoord op een van mijn vragen eigenlijk de hele tijd al had geweten. Ik had me zorgen gemaakt over de vraag hoe ik mijn rouwende vrienden kon troosten, maar ik was vergeten dat het de Heilige Geest is die ware troost en gemoedsrust geeft. Deze families waren gezegend met troost zo groot als alleen onze hemelse Vader kan geven. Ik wist dat ze van de Heer de troost ontvingen die in het Boek van Mormon wordt genoemd:
‘Hij zal u in uw ellende vertroosten, en Hij zal uw zaak bepleiten. […]
‘O, u allen die rein van hart bent, hef uw hoofd op en neem het aangename woord van God aan en vergast u aan zijn liefde; want dat mag u, als uw gemoed onwrikbaar is, voor eeuwig doen’ (Jakob 3:1–2).
Toen we afscheid hadden genomen, verliet ik de schuur en ging naar buiten. Ik zag de volle maan in het westen ondergaan. Het was een prachtig gezicht. Toen ik me omdraaide, zag ik in het oosten de zon opkomen. Het leek wel of de hele lucht gekleurd was. De ondergaande maan was prachtig; de opkomende zon was adembenemend. Toen ik over dat verschil nadacht, bedacht ik dat hoe mooi en gelukkig we ook denken dat ons sterfelijke leven is, het verbleekt bij de schoonheid en het geluk die voor ons in het verschiet liggen als we getrouw en gehoorzaam zijn. Ik besefte dat zij die waren overleden eigenlijk niets waren misgelopen. Ze waren in hun aardse leven kloekmoedig geweest en zouden nu nog veel mooiere ervaringen en vreugde krijgen.
Later die dag woonde ik met mijn gezin de laatste begrafenis bij. We kwamen bijeen in een tabernakel die letterlijk overvol was doordat de hele gemeenschap de nabestaanden steunde. Die dag, en nog enige tijd daarna, ondervonden de mensen in onze vallei een bijzonder soort gemoedsrust. Ouders hadden een nauwere band met hun kinderen, en we beseften dat ons aardse leven kort is en dat we vaker onze liefde voor onze familie en vrienden moeten uitspreken. Ik werd herinnerd aan de liefde die de Heer voor ons heeft en aan de schoonheid van het heilsplan. Dit leven is niet het einde. Er ligt zoveel schoonheid, geluk en vreugde in het verschiet.