1. Geen wieg voor een Koning,
een kribbe alleen,
geen plaats in een woning
voor ’t Kindeke klein.
De sterren, zij straalden,
verspreidden hun pracht,
toen Jezus zou komen
in donkere nacht.
2. De os en de ezel
hebt Gij wel gehoord,
toch heeft het uw vrede
en rust niet verstoord.
Ik bid U, Heer Jezus,
laat stralen het licht,
en houd zo mijn ogen
op U steeds gericht.
3. Blijf bij mij, Heer Jezus,
wijk niet van mijn zij!
Ik bid U, schenk immer
uw liefde aan mij.
Ach, dat ik mag worden
als ’n kindeke klein,
en uw heilige woning
eens waardig mag zijn.
Tekst: naar anonieme Engelse tekst, ca. 1883, Philadelphia.
Muziek: William J. Kirkpatrick (1831–1921); bew. Rosalee Elser, (1925– ). © 1980 Rosalee Elser. Gebruikt met toestemming. Het maken van kopieën voor eenmalig, niet-commercieel gebruik thuis of in de kerk is toegestaan.