De Heer heeft ons waarlijk beschermd
Op 7 juni 1994 was ik met vijf andere zendelingen op weg naar huis na een zoneconferentie in Oost-Samar (Filipijnen). De avondlucht was vochtig en zwaar. Na onze reistassen boven onze kooien op het tweede dek te hebben gezet, gingen vier van ons naar het voordek om aan de hitte te ontkomen. De ouderlingen Dunford en Bermudez kropen echter in hun kooien.
Toen ik met ouderling Kern in gesprek was, hoorden we een vuurwerkachtige explosie aan stuurboordzijde. Plotseling sloegen er vlammen uit de machinekamer die zich op het achterdek bevond. De gangen vulden zich met rook, waarna alle lichten uitvielen. De passagiers raakten in paniek.
Op het dek staken wij de koppen bij elkaar en baden om kalmte en een helder verstand, en om leiding van de Geest. Onmiddellijk daarna liep ouderling Valentine snel naar binnen om reddingsvesten te gaan zoeken. In de hut trof hij ouderling Dunford, die hem twee reddingsvesten gaf en daarna ouderling Bermudez ging zoeken. In het donker vond ouderling Valentine even later nog twee reddingsvesten. Ondanks de chaos wist hij op wonderbaarlijke wijze de gang door te komen zonder dat hem dat werd belet en was na twintig seconden weer terug. De boeg was inmiddels volgestroomd met bange passagiers en de vlammen kwamen steeds dichterbij. Er zat niets anders op dan in het water te springen. We trokken onze reddingsvesten aan en prevelden een kort gebed voordat we sprongen. Ouderling Valentine werd opzij geduwd door een groep angstige passagiers, maar ook hij belandde ongedeerd in het water drie meter lager.
Het gebied rond de boot was goed verlicht door de vlammen. We konden de mensen om ons heen horen schreeuwen. Wij vonden elkaar op korte afstand van de boot, te midden van de mensen die ook waren gesprongen, en zwommen weg van het driedeks schip dat in lichterlaaie stond. We baden nogmaals om onze hemelse Vader te danken voor zijn bescherming en vroegen hulp om onze collega’s, ouderling Dunford en ouderling Bermudez, te vinden. Ouderling Valentine had ze met reddingsvesten gezien, maar we hadden ze daarna niet aan dek gezien.
Toen de boot was uitgebrand, werden we omhuld door de donkere nacht. Door de hoge golven was het, zelfs met een reddingsvest aan, moeilijk om te blijven drijven. Weer baden we, ditmaal vroegen we de Heer ons te laten zien wie we konden helpen. Al snel zagen we twee vrouwen met kinderen en een oudere man, die we om de beurt drijvende hielden. Dat speelden we klaar totdat we een klein vlot vonden waar we de passagiers opzetten. Wij klommen er echter niet op, omdat we vonden dat anderen het harder nodig hadden.
Na een half uur stak er een harde wind op, begon het te regenen en zwollen de toch al hoge golven aan. We hadden er geen idee van wat er met de twee andere zendelingen was gebeurd en wisten dat de storm mogelijke reddingsacties zou bemoeilijken. Ouderling Kern, die namens de groep sprak, bad dat de storm zou bedaren en dat de andere zendelingen veilig zouden zijn. Binnen een paar minuten ging de storm liggen.
We wachtten af, onder de indruk van wat we hadden gezien, toen we ouderling Dunford ouderling Kerns naam hoorden roepen. We schreeuwden terug en zwommen naar ze toe. De ouderlingen Dunford en Bermudez hadden het klaargespeeld om uit een raam te klimmen en vervolgens overboord te springen, en ze hadden ieder een vrouw zonder reddingsvest op hun rug.
We bleven bij elkaar en zagen na verloop van tijd de lichtjes van de vissersboten die in Guiuan zee kozen. Niet lang daarna werden wij door een boot gezien, maar de boot was bijna vol. Daarom lieten wij de vrouwen voorgaan en bleven wachten.
We zullen twee uur in het water hebben gelegen toen we door een andere boot werden gevonden, die ons naar de kust bracht. We waren vroeg in de ochtend van 8 juni weer terug in onze flat, de dag dat ik 21 werd. We baden voor de redding van allen die nog in zee dreven en dankten onze hemelse Vader nogmaals dat Hij ons had beschermd.
Ik zal deze ervaring nooit vergeten. Noch hoop ik ooit het veilige gevoel te vergeten dat we gedurende deze bezoeking hadden. De Heer had ons waarlijk beschermd. Door deze ervaring heb ik een groter getuigenis gekregen dat de Heer altijd bij zijn kinderen is en ons de vrede en hulp schenkt die we in onze beproevingen nodig hebben.