Liahona
Ons gezin helpen in licht en waarheid te wandelen
April 2024


‘Ons gezin helpen in licht en waarheid te wandelen’, Liahona, april 2024.

Ons gezin helpen in licht en waarheid te wandelen

Helpen wij ons gezin om op onze hemelse Vader en de Heiland gericht te zijn en voortdurend naar Hen toe te wandelen?

gezin praat met politieagent op kermis

Illustratie, Casey Nelson

Mijn vrouw, Nuria, en ik ontvingen een getuigenis van het herstelde evangelie van Jezus Christus nadat we drie maanden lang met de zendelingen hadden gesproken. We lieten ons in 1982 dopen. We hadden toen nog geen kinderen, maar we leerden hoe belangrijk het is om kinderen te krijgen en ze in het evangelie te onderwijzen.

De Heer zei tegen Adam dat hij zijn kinderen moest leren ‘dat alle mensen overal zich moeten bekeren, anders kunnen zij geenszins het koninkrijk van God beërven. […]

‘Welnu, Ik geef u een gebod uw kinderen deze dingen vrijelijk te leren, en te zeggen: […]

‘U [moet] ook in het koninkrijk van de hemel wedergeboren worden uit water en uit de Geest en gereinigd worden door bloed, ja, het bloed van mijn Eniggeborene; opdat u geheiligd kunt worden van alle zonde, en de woorden van het eeuwige leven kunt genieten in deze wereld en het eeuwige leven in de toekomende wereld. […]

‘En nu, zie, Ik zeg u: Dit is het heilsplan voor alle mensen’ (Mozes 6:57–59, 62).

Nuria en ik hebben vijf kinderen grootgebracht en zijn met veertien kleinkinderen gezegend. We hebben dit van hedendaagse profeten, zieners en openbaarders geleerd: ‘De kans op een gelukkig gezinsleven is het grootst als de leringen van de Heer Jezus Christus eraan ten grondslag liggen.’1

Een thuis en gezin stichten waarin Christus centraal staat

Nuria en ik waren in veel opzichten kerkpioniers in onze woonplaats in Puerto Rico. Alles was nieuw voor ons. We ontdekten al snel dat de thuisavond een belangrijk instrument in de opvoeding van onze drie dochters en twee zoons zou zijn.

Maar soms vroegen we ons af of het veel uitmaakte. Ik weet nog dat een van onze zoons ondersteboven op de sofa zat. We keken naar hem en vroegen ons af: ‘Leert hij wel iets?’

Zelfs als uw kinderen niet op lijken te letten, weet u nooit wanneer ze echt luisteren en leren. Daarom is het zo belangrijk om ze consequent in het evangelie te onderwijzen.

Jaren geleden gingen wij met ons gezin naar de kermis. We genoten van alle attracties tot het donker werd. Toen we naar de auto liepen om terug naar huis te gaan, stak ik mijn hand in mijn zak en besefte ik dat ik de sleutels van onze auto, ons huis en mijn kantoor kwijt was!

Het kermisterrein was vol mensen, maar we vonden een stil plekje (voor zover dat mogelijk is op een drukke kermis) en spraken samen een gebed uit om de sleutels terug te vinden. We gingen terug naar de kermis om de sleutels te zoeken.

Onderweg zagen we een politieagent. We dachten dat iemand onze sleutels misschien had gevonden en ze aan hem had gegeven. We gingen naar de agent toe en zeiden: ‘Wij zijn onze sleutels kwijt. Hebt u ze toevallig?’

Hij vroeg of wij lid van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen waren. Die vraag verraste mij, maar ik antwoordde: ‘Ja.’

De agent vroeg me toen om de sleutels te beschrijven. Dat deed ik, en hij zei dat hij ze had.

‘Waarom wilde u weten of we lid van de kerk zijn?’ vroeg ik toen hij me de sleutels gaf.

‘Omdat u een flesje olie aan uw sleutelbos hebt hangen’, zei hij. ‘Mijn vader heeft er ook een. Hij is lid van uw kerk.’

Dergelijke ervaringen hebben ons gezin geholpen om op onze hemelse Vader te vertrouwen en te weten dat de Heiland bij ons is en ons zal helpen.

Om Christus thuis en in ons gezin centraal te stellen, moeten ouders volgens president Russell M. Nelson hun toewijding aan ‘rechtschapen, doelgericht ouderschap’ serieus nemen.2 Onze kinderen kunnen ontdekken hoe belangrijk het evangelie van Jezus Christus voor ons is als we ons best doen om het ‘te allen tijde en in alle dingen en op alle plaatsen’ na te leven (Mosiah 18:9).

Het is alle moeite waard

Toen onze oudste dochter met het seminarie begon, bracht Nuria haar ’s ochtends vroeg weg. Daarom moest ik voor de andere kinderen zorgen. Ik hielp ze om zich klaar te maken, we ontbeten samen en daarna bracht ik ze naar school.

Na een tijdje dacht ik: Het seminarie is niet echt voor ons! We leven langs elkaar heen. We kunnen niet eens samen ontbijten.

Dat dacht ik tot ik mijn dochter op een avond in haar eentje de Schriften zag bestuderen. Ik was zo blij en dankbaar, dat ik in het seminarie ging geloven! Een tijdje later werd Nuria geroepen om ochtendseminarie te geven. Toen ze rechten ging studeren, nam ik het van haar over en gaf ik zes jaar lang les. Dat was soms een opoffering, maar het was een zegen om al onze kinderen seminarieles te geven.

Het leven kan soms chaotisch zijn, maar het is de moeite waard om ons gezin te helpen in licht en waarheid te wandelen – om daar ons uiterste best voor te doen. Laten we ons gezin bij alles wat we doen tonen dat het evangelie meer is dan alleen woorden. We leven het elke dag na. U weet nooit hoe uw inspanningen uw gezin in de komende jaren tot zegen zullen zijn.

We hoeven niet volmaakt te zijn

Nuria en ik hebben ons best gedaan om ons gezin hetzelfde te leren als Lehi zijn kinderen leerde: om te ontwaken en ‘de wapenrusting van gerechtigheid aan te trekken’ (2 Nephi 1:23), maar dat hebben we zeker niet altijd volmaakt gedaan. We hebben in de loop van de tijd fouten gemaakt.

Ik stel deze woorden van ouderling James R. Rasband van de Zeventig op prijs: ‘Iedere ouder zal beamen dat de pijn die voortvloeit uit onze fouten niet louter uit vrees voor onze eigen straf bestaat. De vrees dat we onze kinderen in hun vreugde beperken of op enige wijze van de waarheid weghouden, is groter. Het zoenoffer van de Heiland houdt de heerlijke belofte in dat Hij onze kinderen, wat onze fouten als ouders betreft, schuldeloos houdt en hun genezing in het vooruitzicht stelt. En zelfs als ze tegen het licht gezondigd hebben – wat we allemaal doen – is de arm van zijn barmhartigheid uitgestrekt. Hij zal ze verlossen, als ze maar naar Hem willen opkijken en leven.’3

portret van Jezus Christus

Naar Christus wijzen

Jongeren en jongvolwassenen – alleenstaand of getrouwd – krijgen met veel vragen te maken. Ze kijken misschien naar de geschiedenis of leer van de kerk en hebben vragen of twijfels. De kerk heeft veel betrouwbare informatiebronnen waarmee ze antwoorden kunnen vinden, zoals Kom dan en volg Mij, kerktijdschriften, Heiligen en Voor de kracht van de jeugd: een leidraad voor het maken van keuzes. Uiteindelijk hebben ze de Schriften en de woorden van hedendaagse profeten en apostelen die hun geloof in Jezus Christus zullen vergroten.

Als u het evangelie met een boom vergelijkt, zijn de bladeren en takken misschien de geschiedenis en het beleid van de kerk. Deze zijn belangrijk, maar brengen de boom niet tot leven. De wortels verankeren de boom echter in de grond, houden hem recht en stabiel, en nemen water, mineralen en voedingsstoffen op om de hele boom te versterken en te voeden. Onze hemelse Vader en Jezus Christus zijn de wortels van de evangelieboom. Zonder Hen kan er niets standhouden of tot bloei komen.

Als ouders, grootouders of andere familieleden moeten we anderen altijd op de bron van alle waarheid richten. Helpen wij ons gezin om op onze hemelse Vader en de Heiland gericht te zijn en voortdurend naar Hen toe te gaan?

Geen grotere blijdschap

Johannes heeft getuigd: ‘Ik heb geen grotere blijdschap dan hierover dat ik hoor dat mijn kinderen in de waarheid wandelen’ (3 Johannes 1:4). Hoewel we ons uiterste best doen, kiezen sommige familieleden er soms voor om het evangelie een tijdje los te laten. Wij hebben dat in onze eigen familie meegemaakt. Wij zijn getroost door deze uitspraak van ouderling David A. Bednar van het Quorum der Twaalf Apostelen:

‘Ouders die hun evangelieverbonden eren, Gods geboden onderhouden en getrouw dienen [kunnen] invloed op het heil van hun opstandige zoons en dochters hebben. […]

‘Door de inspiratie van de Heilige Geest en de voorrechten van het priesterschap, [kunnen zij] aanspraak op de beloften van goddelijke leiding en macht maken bij de inspanningen die zij doen om hun kinderen de zegeningen van het heil en de verhoging te laten welgevallen.’4

Nuria en ik hebben grote blijdschap in onze kinderen en kleinkinderen gevonden. We hopen dat zij zullen denken aan ‘de woorden die [zij hun ouders en grootouders] dikwijls had[den] horen spreken aangaande het eeuwige leven en de vreugde van de heiligen’ (Enos 1:3).

Het is niet altijd makkelijk om ons gezin te helpen in licht en waarheid te wandelen, maar ik getuig dat niets meer blijdschap brengt dan hen in het licht en de waarheid van het evangelie van Jezus Christus te zien wandelen.