Seminarie en instituut
Les 6: Zinnebeelden, afschaduwingen en symbolen van Jezus de Christus


Les 6

Zinnebeelden, afschaduwingen en symbolen van Jezus de Christus

Inleiding

Hedendaagse profeten hebben verklaard dat Jezus Christus ‘het avondmaal [heeft] ingesteld om de herinnering aan zijn grote zoenoffer levendig te houden’. (‘De levende Christus: het getuigenis van de apostelen’, Liahona, april 2000, 2.) Naast de verordening van het avondmaal staan in de Schriften vele gebeurtenissen, omstandigheden, voorwerpen en mensen opgetekend die informatie geven over en ons herinneren aan de zending en bediening van Jezus Christus. In deze les beschouwen de cursisten enkele van die zinnebeelden, afschaduwingen en symbolen die ons op de Heiland wijzen.

Achtergrondinformatie

  • Russell M. Nelson, ‘In dit Heilige Land’ De Ster, februari 1991, 10–19.

  • ‘Achtergrondinformatie C: Symboliek en zinnebeelden in het Oude Testament’, Het Oude Testament — lesboek voor de cursist: Genesis–2 Samuel, 3e editie (lesboek kerkelijke onderwijsinstellingen, 2003), 111–115.

Lessuggesties

2 Nephi 11:4; Mozes 6:63

Schriftuurlijke symbolen van Christus

Laat plaatjes van diverse bekende borden of symbolen zien, zoals de volgende:

symbols for wheelchair, airplane, no smoking, restroom

Vraag de cursisten nadat ze de betekenis van elk symbool hebben aangeduid naar andere voorbeelden die makkelijk te herkennen zijn.

Verdeel de cursisten in tweetallen. Laat elk tweetal de volgende verzen bestuderen en vergelijken: 2 Nephi 11:4 en Mozes 6:63. Laat ze bespreken wat die Schriftteksten gemeen hebben en wat er over Jezus Christus en het doel van Gods scheppingen staat. Vraag de klas nadat de tweetallen hun bevindingen hebben besproken:

  • Hoe zou je een kernwaarheid in deze Schriftteksten benoemen? (Maak de cursisten de volgende waarheid duidelijk: Alle dingen zijn geschapen om van Jezus Christus te getuigen.

  • Wat zijn enkele voorbeelden van dingen die ‘door God zijn gegeven’ en ‘een zinnebeeld [zijn] van’ (2 Nephi 11:4), of symbool staan voor, Jezus Christus?

handout iconVertel de cursisten dat alle Schriften zinnebeelden, afschaduwingen, symbolen en gelijkenissen van Jezus Christus bevatten. Leg uit dat zinnebeelden, afschaduwingen, symbolen en gelijkenissen naar een grotere werkelijkheid verwijzen. De Liahona, die in het Boek van Mormon wordt beschreven, verwijst bijvoorbeeld naar de woorden van Christus. In dit gedeelte van de les richten we ons op zinnebeelden en beeldspraak in het Oude Testament. Die beeldspraak komt vaak in de vorm van mensen, voorwerpen, gebeurtenissen en omstandigheden tot uiting (zet deze categorieën desgewenst op het bord). Neem de volgende lijst met tekstverwijzingen over op het bord of deel ze als uitreikblad uit:

Uitreikblad, symbols of Christ

Zinnebeelden, afschaduwingen en symbolen van Jezus de Christus

Zinnebeelden, afschaduwingen en symbolen van Christus in het Oude Testament

Vervulling in het leven van Christus

Genesis 22:1–14

Johannes 3:16; 19:16–18; Jakob 4:4–5

Exodus 3:7–8, 10–12

Mattheüs 1:21; 2 Nephi 6:17

Exodus 12:3, 5–7, 13–14, 46

Johannes 1:29; 19:14, 31–36; 1 Petrus 1:18–19

Exodus 16:14–15, 18

Johannes 6:5–10, 48–51

Leviticus 8:15, 30; 17:11

Hebreeën 9:22; 13:12

Leviticus 16:2–6, 17

Hebreeën 9:6–12; 10:11–12

Leviticus 22:19–22

Hebreeën 9:14; Leer en Verbonden 20:22

Numeri 21:4–9

Johannes 3:14–15; Helaman 8:13–15

Jona 1:17; 2:10

Mattheüs 12:38–40

Wijs elke reeks Schriftteksten aan een of meer cursisten toe. Laat ze die teksten bestuderen en zich erop voorbereiden de symboliek in het Oude Testament uit te leggen en hoe die naar Jezus Christus verwijst. Vraag de cursisten na verloop van tijd naar hun bevindingen.

Als er voldoende tijd is, kunt u eventueel enkele symbolen van Christus behandelen die ouderling Russell M. Nelson van het Quorum der Twaalf Apostelen noemt in zijn artikel ‘In dit Heilige Land’ (De Ster, februari 1991, 10–19).

Bespreek de volgende vragen klassikaal:

  • Waarom zouden alle dingen zijn geschapen als symbool van de Heiland of om naar Hem te verwijzen?

  • Waarom is het waardevol om voortdurend te blijven ontdekken hoe alle dingen van Jezus Christus getuigen? (Zie erop toe dat de cursisten het volgende beginsel begrijpen: We kunnen meer over Jezus Christus leren als we de beeldspraak, zinnebeelden en symbolen die van Hem getuigen gaan herkennen.)

  • Hoe heeft iets wat de Heiland symboliseert je geloof in Hem versterkt?

  • Wat kun je doen om Christus te herkennen in de symbolen die we ontvangen hebben?

2 Nephi 11:2–6

Symbolen en zinnebeelden van Christus in evangelieverbonden en -verordeningen

Leg uit dat dit segment van de les over een ander aspect van het evangelie van Jezus Christus met symbolen en zinnebeelden van Christus gaat. Vraag de cursisten 2 Nephi 11:2–6 door te nemen en te letten op waar Nephi zich in verlustigde. Laat ze hun bevindingen desgewenst markeren.

  • Waar verheugde Nephi zich in?

Wijs op de zinsnede ‘de verbonden des Heren’ in vers 5. Leg uit dat verbonden en verordeningen een belangrijk onderdeel van het eeuwige evangelie van Jezus Christus zijn. Er zijn veel elementen van verbonden en verordeningen die symbolisch zijn en ons iets over Jezus Christus leren en ons tot Hem leiden. Laat het volgende citaat van ouderling Bruce R. McConkie (1915–1985) van het Quorum der Twaalf Apostelen zien en door een cursist voorlezen:

Ouderling Bruce R. McConkie

‘Elke door God ingestelde verordening of verrichting, elk offer, elke symboliek en gelijkenis, alles wat God ooit aan zijn volk gegeven heeft — alles werd dusdanig ingesteld en verordonneerd om van zijn Zoon te getuigen en het geloof van gelovige mensen op Hem en op het verlossende werk te richten waartoe Hij voorgeordend was.’ (The Promised Messiah:The First Coming of Christ [1978], 28).

  • Welke leer of welk beginsel spreekt uit dit citaat? (Mogelijk antwoord: we zien symbolen van Christus in evangelieverordeningen als we erop letten.

  • Hoe kan deze kennis van nut zijn als we aan evangelieverordeningen deelnemen?

Vraag de cursisten om Romeinen 6:3–6 en 3 Nephi 18:7, 11 te bestuderen en te letten op symbolen die naar de Heiland verwijzen. Vraag dan:

  • Op welke manieren leren we door evangelieverbonden of -verordeningen iets over de Heiland en doen ze ons aan Hem denken?

Stel de volgende of eendere vragen om de cursisten de waarheid en het belang van zinnebeelden en symbolen van Christus te laten voelen:

  • Welk symbool van de Heiland betekent veel voor je?

  • Hoe zorg je ervoor dat je dit symbool opmerkt?

  • Hoe is je inzicht in dit symbool van Christus je tot zegen?

Moedig de cursisten aan de beginselen in deze les toe te passen door ze te laten opschrijven hoe ze zinnebeelden, afschaduwingen en symbolen van de Heiland in de Schriften, de verordeningen van het evangelie en in hun dagelijks leven beter kunnen herkennen. Moedig ze aan een dag in de nabije toekomst te kiezen waarop ze bewust op afbeeldingen, voorwerpen of gebeurtenissen letten die hen aan de Heiland doen denken. Moedig ze aan een lijst bij te houden van wat ze zoal opmerken en hun lijst met iemand uit hun familie of vriendenkring of wellicht via sociale media te delen.

Leesstof voor de cursisten