‘Zie, Ik ben het licht dat u omhoog zult houden’
We houden het licht van de Heer omhoog door onze verbonden na te komen en onze levende profeet te steunen.
Ik voeg aan de vele getuigenissen op deze conferentie mijn apostolisch getuigenis toe dat Jezus Christus de Zoon van God is, onze Heer en Heiland, de Verlosser van alle kinderen van onze Vader. Door zijn verzoening heeft Jezus Christus het voor ons mogelijk gemaakt om, als we het waardig zijn, bij onze Vader in de hemel terug te keren, en voor eeuwig met onze familie samen te zijn.
De Heiland is niet afwezig op onze sterfelijke reis. De afgelopen twee dagen hebben we Hem via zijn uitverkoren leiders horen spreken, zodat we dichter tot Hem kunnen komen. Steeds weer ondersteunt Hij ons met zijn reine liefde en barmhartigheid in onze aardse beproevingen. Nephi beschrijft: ‘Mijn God is mijn steun geweest; [Hij heeft] mij door mijn ellende heengevoerd. […] Hij heeft mij met zijn liefde vervuld.’
Die liefde is duidelijk wanneer we elkaar in zijn werk ondersteunen.
Tijdens de algemene conferentie verlenen we steun aan onze levende profeet en het Eerste Presidium, het Quorum der Twaalf Apostelen, de algemene autoriteiten en functionarissen van de kerk. Steun verlenen houdt in dat we anderen ‘omhooghouden’ ofwel ondersteunen, dat we hun onze aandacht geven, dat we hun trouw zijn, en dat we naar hun woorden handelen. Ze spreken door inspiratie van de Heer; ze begrijpen de actuele problemen, het morele verval van de samenleving en de toenemende pogingen van de tegenstander om het plan van de Vader te dwarsbomen. Als we onze hand omhooghouden, verlenen we onze steun, niet alleen op dat moment, maar in ons dagelijks leven.
Steun verlenen houdt in dat we onze ringpresident en bisschop, quorum- en organisatieleiders, leerkrachten en zelfs kampleiders in onze wijk en ring omhooghouden. Dichter bij huis kunnen we onze huwelijkspartner, kinderen, ouders, andere familieleden en naasten omhooghouden. Als we elkaar omhooghouden, zeggen we: ‘Ik ben er voor je, niet alleen om je armen en handen omhoog te houden als ze “neerhangen”, maar om je te troosten en sterken.’
Het begrip omhooghouden vinden we ook in de Schriften. De mensen die zich in de wateren van Mormon lieten dopen, verbonden zich ertoe ‘elkaars lasten te dragen, opdat zij licht zullen zijn; […] hen te vertroosten die vertroosting nodig hebben, en om te allen tijde en in alle dingen en op alle plaatsen […] als getuige van God op te treden’.
Jezus zei tegen de Nephieten: ‘Houd uw licht omhoog, opdat het voor de wereld zal schijnen. Zie, Ik ben het licht dat u omhoog zult houden.’ We houden het licht van de Heer omhoog door onze verbonden na te komen en onze levende profeet te steunen, die de woorden van God spreekt.
President Russell M. Nelson heeft als lid van het Quorum der Twaalf Apostelen gezegd: ‘Onze steunverlening aan profeten is een persoonlijke toezegging dat we ons uiterste best zullen doen om ons te houden aan hun profetische prioriteiten.’
De profeet omhooghouden is een heilig werk. We zitten niet stil maar verdedigen hem actief, volgen zijn raad, verkondigen zijn woorden en bidden voor hem.
Koning Benjamin zei in het Boek van Mormon tegen zijn volk: ‘Ik ben, net als u, onderhevig aan allerlei gebreken van lichaam en geest; niettemin ben ik [gekozen] door [de hand van de Heer] en ik ben door zijn weergaloze macht behouden en bewaard om u te dienen met alle macht, verstand en kracht die de Heer mij heeft gegeven.’
Ook president Nelson, 100 jaar inmiddels, is door de Heer behouden en bewaard. President Harold B. Lee heeft als lid van het Eerste Presidium het voorbeeld aangehaald van Mozes die bovenop de heuvel bij Rafidim stond. ‘De handen van [de president van de kerk] kunnen vermoeid raken’, zei hij. ‘Af en toe zullen ze vanwege zijn grote verantwoordelijkheid neerhangen. Maar als wij zijn handen omhooghouden en in zijn opdracht leiding geven, zullen de poorten van de hel Israël en u niet overweldigen. Uw veiligheid en de onze hangen ervan af of we wel of niet volgen wie de Heer heeft aangewezen om zijn kerk te presideren. Hij weet wie deze kerk moet presideren, en Hij vergist Zich niet.’
President Nelson heeft de Heer jarenlang gediend. Zijn volwassenheid, brede ervaring, wijsheid en de voortdurende openbaringen die hij ontvangt, zijn vooral geschikt voor onze tijd. Hij heeft gezegd: ‘De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen bereidt de wereld voor op de dag dat “de aarde vol [zal] zijn van de kennis van de Heere” (Jesaja 11:9). […] Dit werk ontleent zijn kracht aan een goddelijke aankondiging van 200 jaar geleden. Die bestond uit slechts zeven woorden: “Dit is mijn geliefde Zoon. Hoor Hem!” (Zie Geschiedenis van Joseph Smith 1:17)’.
President Nelson heeft ook gezegd: ‘Er is nog nooit een tijd in de wereldgeschiedenis geweest waarin het essentiëler en relevanter was voor elke mensenziel om van onze Heiland af te weten. Denkt u zich eens in hoe snel de verschrikkelijke conflicten over de hele wereld – ook die in ons eigen leven – opgelost zouden worden als iedereen Jezus Christus volgde en zijn leringen naleefde.’
Broeders en zusters, we moeten meer verheffen en minder klagen, het woord van de Heer, zijn wegen en zijn profeet meer omhooghouden. Die profeet heeft gezegd: ‘Een van onze grootste uitdagingen is Gods waarheden van Satans vervalsingen onderscheiden. Daarom waarschuwt de Heer ons: “Bid altijd, […] opdat u Satan zult overwinnen, en […] zult ontkomen aan de handen van de dienstknechten van Satan, die zijn werk steunen” [Leer en Verbonden 10:5, cursivering toegevoegd].’
In april hebben mijn vrouw en ik samen met onze dierbare profeet en zuster Nelson de herinwijding van de Mantitempel in Utah bijgewoond.
President Nelson verraste iedereen toen hij het vertrek binnenkwam. Slechts enkelen van ons wisten dat hij zou komen. Ik voelde meteen het licht en de profetische mantel die hij draagt. De blik van vreugde op het gezicht van de mensen die de profeet in levenden lijve zagen, zal me altijd bijblijven.
In het herinwijdingsgebed smeekte president Nelson de Heer dat zijn heilige huis iedereen die de tempel binnengaat, zou omhooghouden ‘zodat ze heilige zegeningen mogen ontvangen en hun verbonden waardig en trouw zullen blijven […] dat dit een huis van vrede, een huis van troost en een huis van persoonlijke openbaring mag zijn voor iedereen die waardig deze deuren binnengaat.’
We moeten allemaal door de Heer ondersteund worden met vrede, troost en vooral met persoonlijke openbaring om de angst, duisternis en onenigheid te bestrijden die de wereld overspoelen.
Voor de dienst stonden we buiten in de zon met president en zuster Nelson om naar de prachtige omgeving te kijken. Veel voorouders van president Nelson woonden in dat gebied. Zijn acht overgrootouders hadden zich in de valleien rondom de tempel gevestigd, net als enkele van mijn overgrootouders. Mijn overgrootvader Andrew Anderson maakte deel uit van de bouwploeg van pioniers die 11 jaar lang werkten aan de Mantitempel, de derde in de Rocky Mountains.
Toen we bij president Nelson stonden, hadden we de gelegenheid om de profeet van God te ondersteunen bij de viering van de herinwijding van het heilig huis des Heren. Ik zal die dag nooit vergeten.
‘We bouwen tempels om de Heer te eren’, zei president Nelson op die heilige dag. ‘We bouwen ze om de Heer te aanbidden en niet voor de show. Binnen deze heilige muren sluiten we heilige verbonden van eeuwige betekenis.’ Wij zijn Israël aan het vergaderen.
President Nelson en zijn voorgangers hebben de heilige tempels in hun armen gesloten. Momenteel zijn er over de hele wereld 350 heilige huizen des Heren in bedrijf, aangekondigd of in aanbouw. Sinds hij in 2018 president van de kerk werd, heeft president Nelson 168 tempels aangekondigd.
Hij heeft gezegd: ‘In onze tijd moet er een volkomen, volledige en volmaakte samensmelting van alle bedelingen, sleutels en machten plaatsvinden (zie Leer en Verbonden 128:18). Voor die heilige doeleinden zijn er nu wereldwijd tempels te vinden. Ik beklemtoon nogmaals dat de bouw van deze tempels uw leven wellicht niet verandert, maar uw dienende werk in de tempel wél.’
‘De Heiland en zijn leer zijn de kern van al wat wij in de tempel doen’, zei president Nelson. ‘Alles wat we in de tempel door instructie en door de Geest leren, vergroot ons begrip van Jezus Christus. Zijn essentiële verordeningen verbinden ons met Hem door heilige priesterschapsverbonden. Als we dan onze verbonden nakomen, begiftigt Hij ons met zijn genezende en versterkende kracht.’
President Nelson heeft ook gezegd ‘dat allen die in de tempel aanbidden Gods macht zullen hebben en dat engelen “over hen zullen waken” [Leer en Verbonden 109:22]. Wat doet het met uw zelfvertrouwen om te weten dat u er, als begiftigde vrouw of man [of tempelbezoekende jongere] gewapend met de macht van God, niet alleen voor staat? Hoeveel moed put u uit het feit dat engelen u echt zullen helpen?’
Dat engelen komen om ons kracht te geven, staat in de Schriften beschreven toen Jezus Christus nederig in de hof van Gethsémané neerknielde. Door zijn lijden bracht Hij de oneindige verzoening tot stand. ‘Daar’, zegt president Nelson, ‘vond de grootste liefdedaad in de geschiedenis plaats. […] Daar in Gethsémané “heeft Hij de pijn van alle mensen geleden, opdat alle mensen zich zouden kunnen bekeren en tot Hem komen” [Leer en Verbonden 18:11].’
‘Neem deze drinkbeker van Mij weg,’ vroeg Jezus, ‘maar laat niet Mijn wil, maar de Uwe geschieden.
‘En aan Hem verscheen een engel uit de hemel, die Hem versterkte.’
Ook nu hebben we engelen om ons heen. President Nelson heeft gezegd: [In de tempel] zult [u] leren hoe u de sluier tussen hemel en aarde kunt opendoen, hoe u Gods engelen kunt vragen voor u te zorgen.’
Engelen brengen licht. Gods licht. Tegen zijn Nephitische apostelen zei Jezus: ‘Zie, Ik ben het licht dat u omhoog zult houden.’ Als we onze profeet ondersteunen, getuigen we dat hij door onze Heiland, ‘het licht […] van de wereld’, is geroepen.
Beste president Nelson, namens de leden en vrienden van de kerk van de Heer in de hele wereld zeg ik dat we ons gezegend voelen om uw leer omhoog te houden, uw christelijk voorbeeld omhoog te houden en uw vurige getuigenis van onze Heer en Heiland, de Verlosser van ons allen, omhoog te houden.
Ik geef mijn apostolische getuigenis dat Jezus Christus ‘het licht […] van de wereld’ is. Mogen wij allemaal, als zijn discipelen, zijn licht ‘omhooghouden’. In de naam van Jezus Christus. Amen.