Instituut
Hoofdstuk 32: Alma 40–42


Hoofdstuk 32

Alma 40–42

Inleiding

In dit schriftuurblok geeft Alma zijn zoon Corianton onderricht in individuele keuzevrijheid en eeuwige beloningen en gevolgen. De cursisten zullen door deze leringen te bespreken eraan herinnerd worden dat ‘goddeloosheid nooit geluk [heeft] betekend’ (Alma 41:10 ) en dat rechtschapenheid nooit ellende tot gevolg heeft. Ze zullen inzien dat de keuzes die zij in dit leven maken de mate van hun geluk na dit leven bepalen. U kunt de leerlingen duidelijk maken welke rol Jezus Christus kan spelen in het voldoen aan de eisen van de gerechtigheid. Als we ervoor kiezen ons te bekeren en Hem te volgen, doen we ons voordeel met het plan van barmhartigheid en bewegen we ons in de richting van eeuwig geluk.

Enkele leerstellingen en beginselen

  • De opstanding is de hereniging van de geest met het lichaam tot zijn eigen en volmaakte gedaante (zie Alma 40:1–5, 8–10, 16–25).

  • Na de dood gaan alle mensen naar de geestenwereld (zie Alma 40:6–15, 21).

  • ‘Goddeloosheid heeft nooit geluk betekend’ (zie Alma 41; merk op dat vers 19 een kerntekst is ).

  • Het eeuwig heil is door de verzoening van Jezus Christus mogelijk gemaakt (zie Alma 42).

Onderwijsideeën

Alma 40–42. Inleiding

Als u met uw les begint, kunt u aangeven dat Alma 40, 41 en 42 de woorden van Alma aan zijn zoon Corianton bevatten, die een ernstige zonde had begaan terwijl hij een zending onder de Zoramieten vervulde. In elk hoofdstuk wordt een andere leerstellige vraag beantwoord. Vraag de cursisten in Alma 40:1, 41:1 en 42:1 te kijken om welke onderwerpen het gaat.

  • Hoe zal begrip van deze onderwerpen Corianton bij zijn bekering helpen?

Alma 40:1–5, 8–10, 16–25. De opstanding is de hereniging van de geest met het lichaam tot zijn eigen en volmaakte gedaante

Vraag de cursisten Alma 40:1 door te nemen.

  • Over welk deel van het plan van geluk maakte Corianton zich zorgen?

Vraag de cursisten Alma 40:2–5 te lezen.

  • Wat is in vers 5 volgens Alma belangrijker dan te weten hoeveel opstandingen er zullen zijn?

Laat de cursisten Alma 40:16–23 individueel onderzoeken op aanvullende leringen over de opstanding. Zet hun antwoorden op het bord. Zij kunnen met de volgende ideeën komen:

  1. De eerste opstanding betreft mensen die hebben geleefd en zijn gestorven ‘vanaf de dagen van Adam tot aan de opstanding van Christus’ (vs. 18).

  2. Na de opstanding zullen alle mensen vóór God worden gebracht om te worden geoordeeld (zie vs. 21).

  3. De opstanding is de hereniging van de geest met het lichaam tot zijn eigen en volmaakte gedaante (zie vs. 23).

Vraag een cursist Alma 40:23 voor te lezen. Bespreek daarna de citaten van ouderling Elder Dallin H. Oaks en president Joseph F. Smith op p. 254 in het cursistenboek. Het citaat van ouderling Oaks staat ook op de meegeleverde dvd A.

  • Wat betekent dit: ‘alle dingen zullen tot hun eigen en volmaakte gedaante worden hersteld’?

  • Hoe kan deze leerstelling ons troost en hoop schenken?

Getuig dat alle mensen dankzij de verzoening en opstanding van Jezus Christus uit het graf zullen herrijzen met een lichaam dat geen sterfelijke gebreken meer heeft.

Alma 40:6–15, 21. Na de dood gaan alle mensen naar de geestenwereld

Zet het volgende schema op het bord:

Paradijs in geestenwereld

Gevangenis in geestenwereld

Alma 40:11–12

Alma 40:13–14

Deel de klas in tweeën op. Laat de ene helft van de klas Alma 40:11–12 lezen en op zoek gaan naar waarheden over het paradijs in de geestenwereld. Vraag de andere helft Alma 40:13–14 te bestuderen en te zoeken naar waarheden over de gevangenis in de geestenwereld, die in vers 13 ‘buitenste duisternis’ wordt genoemd. (Merk op dat sommige leden van de kerk de term ‘buitenste duisternis’ als een omschrijving zien van de uiteindelijke bestemming van de goddelozen die met Satan worden uitgeworpen. In Alma 40 verwijst deze term echter naar de geestenwereld.) Als de cursisten genoeg tijd hebben gehad om de toegewezen verzen te bestuderen, vraagt u cursisten uit beide helften van de klas hun bevindingen mee te delen. Zet die beknopt op het bord. Daarna vraagt u de cursisten die over het paradijs in de geestenwereld hebben gelezen, ter aanvulling uit hedendaagse openbaring, Leer en Verbonden 138:12–14, 30–34, 57 te lezen. Vraag de cursisten die over de gevangenis in de geestenwereld hebben gelezen Leer en Verbonden 138:31–34, 57–59 te bestuderen. Vraag ze wat ze hebben geleerd. Voeg dat onderwijl toe aan wat er al op het bord staat.

  • Wat bepaalt of een geest gelukkig of ellendig in de geestenwereld is? (Zie Alma 40:12–13.)

  • Hoe kunnen ‘de gevangenen die gebonden [zijn]’ in de geestenwereld volgens Leer en Verbonden 138 bevrijd worden (vs. 31)?

  • Wat komen we over de eigenschappen van God te weten als we nadenken over deze waarheden over de geestenwereld? (Wijs de cursisten op de gerechtigheid en barmhartigheid Gods, en zijn onophoudelijke werkzaamheden om ‘de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens tot stand te brengen’ [Mozes 1:39]).

De verklaring in Alma 40:11 dat ‘de geest van ieder mens zodra hij dit sterfelijke lichaam heeft verlaten, ja, de geest van ieder mens, hetzij die goed of kwaad is, huiswaarts wordt gevoerd naar die God die hem het leven heeft geschonken’ kan verwarrend zijn voor de cursisten. We weten dat de geest van mensen die sterven naar de geestenwereld gaan, ze komen niet onmiddellijk in de tegenwoordigheid van God (zie LV 138). Om de cursisten Alma 40:11 duidelijk te maken, kunt u ze vragen of ze de citaten van president Joseph Fielding Smith en President George Q. Cannon op p. 252 in het cursistenboek willen lezen.

Alma 41. ‘Goddeloosheid heeft nooit geluk betekend’

Lees Alma 41:1 vluchtig door met de cursisten en stel vast welke leerstelling in dit hoofdstuk wordt besproken.

Schrijf herstelling op het bord.

Lees Alma 41:2–6 met de cursisten.

  • Wat is in deze verzen de betekenis van het woord herstelling?

Noteer de verschillende elementen van ons wezen die zullen worden hersteld. (‘Alle dingen’ [vs. 2]; ‘ieder deel’ van het lichaam [vs. 2]; onze ‘werken’ [vss. 3–4]; en ‘de verlangens van [ons] hart’ [vs. 3].)

In het verlengde van deze discussie kunt u eventueel het volgende citaat van president Harold–B. Lee (1899–1973), de elfde president van de kerk, bespreken:

‘Er is geen waarheid die duidelijker in het evangelie wordt gepredikt dan die dat onze toestand in de volgende wereld afhangt van welk soort leven we hier hebben geleid’ (Decisions for Successful Living [1973], p. 164).

  • Hoe houdt de opstanding verband met het herstellingsplan?

Vraag de cursisten Alma 41:7–15 te lezen. Vraag ze te letten op woorden en zinsneden die aangeven wat er wordt hersteld aan wie in dit leven kiezen voor en verlangen naar rechtschapenheid, en markeer die woorden en zinsneden. Vraag ze ook te letten op woorden en zinsneden die aangeven wat er wordt hersteld aan wie in dit leven kiezen voor en verlangen naar goddeloosheid, en markeer die woorden en zinsneden.

  • Welke zegeningen krijgen zij die ervoor kiezen zich van hun zonden te bekeren?

  • Waarom gaf Alma Corianton de raad om barmhartig, rechtvaardig en rechtschapen te zijn?

  • Waarom is het onmogelijk dat goddeloosheid tot geluk leidt?

Lees het volgende citaat van ouderling Glenn L. Pace van de Zeventig voor (ook beschikbaar op de meegeleverde dvd B):

‘Er zijn absolute eeuwige waarheden. Die veranderen niet, ook al wijst de samenleving die af. Geen referendum kan veranderingen aanbrengen in een absolute eeuwige waarheid. Het wettelijk bekrachtigen van een handeling maakt die nog niet moreel aanvaardbaar. Laat je niet foppen door het argument dat ‘iedereen het doet’. Een dergelijke redenering is een belediging voor uw geest en een schoffering van uw intellect.

‘Als alle bewijzen bekend zijn, zullen de harde klappen van de wereldlijke leerschool u leren wat u (…) op de kleuterschool van uw geestelijke onderricht al was onderwezen: “Goddeloosheid heeft nooit geluk betekend” (Alma 41:10)’ (Conference Report, oktober 1987, p. 50; of Ensign, november 1987, p. 40).

Tot slot van deze discussie kunt u uw leerlingen eraan herinneren dat hoewel goddeloosheid nooit tot geluk leidt, rechtschapenheid uiteindelijk altijd tot geluk leidt. Ter beklemtoning van dit punt kunt u de cursisten eventueel Mosiah 2:41 laten lezen.

Alma 42. Het eeuwig heil is door de verzoening van Jezus Christus mogelijk gemaakt

Voordat u dit onderdeel onderwijst, kunt u misschien eerst ‘De Middelaar’ bekijken, presentatie 15 op Dvd-presentaties over het Boek van Mormon (bestelnummer 54011 120). Overweeg die ter ondersteuning van de les te gebruiken.

Vraag de cursisten Alma 42:1 te lezen.

  • In welke leerstellige kennis schoot Corianton te kort?

Leg uit dat Corianton niet begreep hoe God rechtvaardig kon zijn en toch een zondaar naar een staat van ellende kon verwijzen. Alma reageerde op Coriantons misvatting door over de val te beginnen en welke gevolgen die had gehad. In Alma 42 legt Alma uit hoe het heilsplan iedereen een eerlijke kans op eeuwig geluk geeft.

Lees het volgende citaat van president Ezra Taft Benson (1899–1994), de dertiende president van de kerk, voor:

‘Niemand weet echt waarom hij Christus nodig heeft, totdat hij de leer van de val en de gevolgen daarvan voor de mensheid begrijpt en aanvaardt’ (Conference Report, april 1987, p. 106; of Ensign, mei 1987, p. 85).

Vraag de ene helft van de klas Alma 42:2–7 te lezen en de andere helft van de klas Alma 42:8–14. Vraag de cursisten terwijl ze lezen vast te stellen wat de gevolgen van de val van Adam zijn. Vraag de cursisten na verloop van tijd te vertellen wat hun bevindingen zijn. U kunt hun antwoorden eventueel op het bord zetten.

  • Hoe denkt u dat deze uitleg van de val Corianton geholpen heeft?

  • Wat is volgens Alma 42:4 een van de redenen dat onze hemelse Vader ons een proeftijd heeft gegeven?

Laat de klas zich opsplitsen in koppels. Laat de ene cursist in het koppel Alma 42:15–22 lezen en naar de betekenis van ‘de eisen der gerechtigheid’ zoeken. Laat de andere cursist in het koppel Alma 42:22–26 lezen en naar de betekenis van ‘de barmhartigheid maakt aanspraak op alles wat het hare is’ zoeken. Vraag deze koppelgenoten na verloop van tijd elkaar te vertellen wat hun bevindingen zijn. Houd daarna een klassikale bespreking met gebruik van enkele of alle van de volgende ideeën:

  • Hoe staat het verlossingsplan toe dat God zowel rechtvaardig als barmhartig kan zijn?

  • Waarom is ieder van ons afhankelijk van de verzoening om barmhartigheid te ontvangen?

  • Wat kunnen we verwachten als we ervoor kiezen ons niet te bekeren?

Vraag de cursisten 2 Nephi 2:7 en Leer en Verbonden 19:16–20 te lezen.

  • Hoe maken deze verzen de interactie tussen gerechtigheid en barmhartigheid duidelijk, zoals die in Alma 42:23–24 wordt omschreven?

Lees Alma 4:27–31 met de cursisten.

  • Welke invloed hoopte Alma met zijn onderwijs op Corianton te hebben?

  • Wat leert Alma 42:29–30 ieder van ons te doen?

U kunt overwegen om de cursisten Alma 48:18, 49:30 en 63:2 te laten lezen. (Merk op dat Helaman, zoals vermeld in Alma 62:52 was gestorven. Daarom is de verwijzing naar Shiblons broer in Alma 63:2 waarschijnlijk een verwijzing naar Corianton.)

  • Wat geven deze verzen aan over hoe Corianton heeft gereageerd op de leringen van zijn vader?

Moedig de cursisten aan te overwegen hoe ze er voor staan en welke zonden hun parten spelen. Getuig van de bereidheid van de Heiland om te vergeven en van de toename in vrede en geluk voor wie van ons zich bekeren.

Afdrukken