Hoofdstuk 36
Helaman 5–9
Inleiding
Helaman 5–9 behandelt de moeilijkheden van de mensen die hoogmoedig waren geworden, op het verkeerde pad waren geraakt en de zonde hadden omarmd. Deze hoofdstukken gaan ook over de kracht die rechtschapen mensen ontvingen toen ze trouw bleven aan onze hemelse Vader, zelfs toen vele anderen de geboden en de heilsbeginselen veronachtzaamden. De cursisten kunnen kracht putten uit het voorbeeld van Nephi en Lehi, en van wie in hun woorden en leringen geloofden. Ze kunnen zien dat het ondanks de wereldse invloeden om hen heen mogelijk is om het evangelie na te leven en onze hemelse Vader lief te hebben. Zij kunnen onthouden dat ‘het […] op de rots van onze Verlosser [is], die Christus is, de Zoon Gods, dat [zij hun] fundament moet[en] bouwen’ (Helaman 5:12), en dat zij kunnen leren om ‘met geloof [op te kijken] naar de Zoon Gods’ (Helaman 8:15).
Enkele leerstellingen en beginselen
-
Wij versterken onszelf tegen het kwaad door op de rots van Christus te bouwen (zie Helaman 5:1–14).
-
Geloof in Jezus Christus en bekering leiden tot verandering van hart en vrede (zie Helaman 5:14–52).
-
Satan is de aanstichter van alle kwaad (zie Helaman 6).
-
‘Tenzij gij u bekeert, zult gij omkomen’ (zie Helaman 7; 8:1–12).
-
Alle profeten getuigen van Jezus Christus en zijn verzoening (zie Helaman 8:13–23).
Onderwijsideeën
Helaman 5:1–14. Wij versterken onszelf tegen het kwaad door op de rots van Christus te bouwen
Vraag een cursist Helaman 5:2 voor te lezen. Vestig de aandacht van de cursisten op de zinsnede ‘rijp voor vernietiging’. Toon de klas een rotte vrucht. Leg uit dat net zoals een overrijpe vrucht zal gaan rotten, mensen verdorven raken als zij ‘in ongerechtigheid rijp geworden zijn’ (Ether 2:9).
Schrijf Helaman 5:2–3; 6:37–40 op het bord. Laat de cursisten aan de hand van deze verzen vaststellen hoe de Nephitische natie ‘rijp voor vernietiging’ werd. Vraag de cursisten wat ze hebben gevonden.
Laat de cursisten Helaman 5:4–13 lezen. Stel voor dat ze het woord (be)denken markeren elke keer dat ze het in die verzen tegenkomen. Vraag de cursisten waarom zij denken dat Helaman dit woord veelvuldig gebruikte. U kunt de cursisten eventueel het citaat van president Spencer W. Kimball op p. 281 in het cursistenboek laten lezen.
-
Wat kunnen we zoal doen om elke dag aan de Heiland en onze verbonden te denken?
Laat de cursisten nog eens naar de verzen 5–13 kijken en nagaan waaraan Helaman wilde dat zijn zoons dachten. U kunt de antwoorden van de cursisten eventueel op het bord zetten. Vraag de cursisten na te denken over hoe Helamans raad op ons van toepassing is. De volgende opsomming geeft aan wat de cursisten zoal kunnen vinden.
Helaman moedigde zijn zoons aan eraan te denken:
-
Dat ze de geboden moesten onderhouden (zie vs. 6).
-
Dat zij vernoemd waren naar mannen die het voorbeeld hadden gegeven in het doen van goede werken (zie vss. 6–7; voor informatie over hoe de naam van geweldige mensen uit het verleden ons kunnen inspireren om rechtschapen te leven, ziet u het citaat van president George Albert Smith op pp. 280–281 in het cursistenboek).
-
Wat koning Benjamin over Jezus Christus had gezegd (zie vs. 9; zie ook Mosiah 2–5).
-
Dat er geen ander middel is tot heil dan alleen het zoenbloed van Jezus Christus (zie vs. 9).
-
Dat de Heiland mensen van hun zonden verlost op ‘de voorwaarden van bekering’ (vss. 10–11).
-
Dat zij hun fundament moesten bouwen op Jezus Christus (vs. 12).
Laat de cursisten Helaman 5:14 lezen.
-
Wat deden Nephi en Lehi omdat zij Helamans raad in gedachte hielden?
-
Hoe kan het in gedachte houden van deze leerstellingen ons helpen?
Om de cursisten Helaman 5:12 te helpen onthouden , laat u een grote steen zien en vraagt u wat ermee zou gebeuren als die buiten in een storm zou liggen. Lees Helaman 5:12. Laat daarna een handje zand zien en vraag wat daarmee in een storm zou gebeuren.
-
Op welke manieren zijn de verleidingen van Satan als een storm?
-
Hoe kunnen wij de steen met Jezus Christus vergelijken?
-
Wat denkt u dat het betekent om een fundament op de rots van Christus te bouwen? Welke belofte deed Helaman zijn zoons als zij op deze rots zouden bouwen?
-
Waarom kunnen wij Satans stormen en de problemen van het leven beter doorstaan als wij ons leven op Christus’ leringen bouwen ?
Lees het volgende citaat van ouderling Russell M. Nelson van het Quorum der Twaalf Apostelen voor:
‘Zelfs een stevig fundament kan de problemen in het dagelijks leven niet voorkomen. Eigenzinnige kinderen kunnen ouders verdriet doen. Sommige ontwrichte gezinnen zijn niet meer te herstellen. Homoseksuele neigingen worden slecht begrepen. Gehuwde paren krijgen om de een of andere reden geen kinderen. Zelfs in onze tijd gaan ‘de schuldigen en de goddelozen ongestraft wegens hun geld’. [Helaman 7:5.] Sommige dingen lijken gewoon niet eerlijk.
‘Met een stevige fundering zijn we echter beter in staat om de Heer om hulp te vragen, ook als onze vragen niet beantwoord worden. (…)
‘Hoewel we niet alles weten, weten we dat God leeft en ons liefheeft. [Zie 1 Nephi 11:16–17.] Op die vaste rotssteen kunnen we Hem om hulp vragen en de kracht vinden om de zware lasten van het leven te dragen’ (Liahona, mei 2002, p. 76).
Laat de cursisten over de volgende vragen nadenken:
-
Wat doet u dagelijks om uw leven op de rots van Jezus Christus te bouwen? Wat kunt u beter doen om er zeker van te zijn dat u uw leven op zijn vaste fundament bouwt?
Geef uw getuigenis dat Jezus Christus ons vaste fundament is. Geef aan hoe wij op zijn fundament kunnen bouwen.
Helaman 5:14–52. Geloof in Jezus Christus en bekering brengen verandering van hart en vrede
Bespreek het volgende citaat van ouderling Richard G. Scott van het Quorum der Twaalf Apostelen:
‘De vrucht van ware bekering is Gods vergeving, waardoor we alle verbonden en verordeningen, met de bijbehorende zegeningen, kunnen ontvangen. Als de bekering volledig is en we gereinigd zijn, krijgen we een nieuwe kijk op het leven en de prachtige mogelijkheden die we hebben’ (Liahona, november 2004, p. 17).
Terwijl de cursisten Helaman 5 lezen en bespreken, moedigt u hen aan te letten op bewijzen van ‘een nieuwe kijk op het leven’ onder hen die gehoor gaven aan de prediking van Nephi and Lehi.
Lees Helaman 5:14–19 met de cursisten. Laat de cursisten terwijl u leest, zoeken naar antwoorden op de volgende vragen:
-
Wat droeg volgens deze verzen het meeste bij aan het succes van Nephi en Lehi in het prediken van bekering?
-
Wat gebeurde er als gevolg van hun prediking?
Vraag de cursisten wat ze hebben gevonden.
-
Hoe leidt ware bekering tot verandering van hart en tot vrede?
Laat de afbeelding van Nephi en Lehi op pagina 143 zien.
Om de cursisten een overzicht te geven van de andere gebeurtenissen in Helaman 5 vraagt u hun het hoofdstukresumé te lezen, vanaf ‘Nephi en Lehi maken vele bekeerlingen en worden gevangengezet’. Deel de klas daarna op in vijf groepjes en wijs elk groepje een van de volgende schriftuurblokken met de bijbehorende vragen toe. U kunt de vragen vooraf op een uitreikblad zetten.
Groep 1
-
Welke zegeningen kunnen als een ‘vuurkolom’ om ons heen zijn als we onze verbonden nakomen?
-
Hoe kunnen die ‘vuurkolommen’ ons moed schenken in moeilijke tijden?
Groep 2
-
Hoe voelden de mensen in de ‘wolk van duisternis’ zich? Hoe kan een dergelijk gevoel van invloed zijn op onze inspanningen om in geloof verder te gaan?
-
Hoe konden zij door de boodschap van de ‘zachte stem van een volmaakte mildheid’ de wolk van duisternis overwinnen? Op welke manieren horen wij tegenwoordig dezelfde boodschap?
Groep 3
-
Het gezicht van Nephi en Lehi straalde toen zij met engelen spraken. Hoe zijn diegenen die tegenwoordig hemelse boodschappen ontvangen een licht voor ons?
-
Denk aan mensen die u kent die in deze wereld met toenemende duisternis lijken te stralen. Wat voor eigenschappen hebben zij?
Groep 4
-
Wat wilden de mensen in de wolk van duisternis weten?
-
Hoe kan Aminadabs antwoord op hun verzoek een patroon zijn voor hen die uit geestelijke duisternis willen komen?
-
Wat is volgens vers 44 het resultaat als iemand zich in geloof tot de Heer wendt en zich bekeert?
Groep 5
-
Welk bewijs staat er volgens ouderling Scott in de verzen 45–52 dat wie zich werkelijk bekeerd hadden ‘een nieuwe kijk op het leven’ hadden gekregen? Hoe kunnen we soortgelijke zegeningen ervaren?
-
Wat is volgens vers 47 een bron van vrede? (Zie ook Mosiah 4:3.)
Als de cursisten voldoende tijd hebben gekregen om deze vragen te beantwoorden, vraagt u ze die klassikaal te bespreken.
Vraag de cursisten ter afronding van dit lesonderdeel te overdenken hoe zij de volgende zinnen zouden afmaken:
Door wat ik vandaag heb bestudeerd, weet ik
Door wat ik vandaag heb bestudeerd, voel ik
Door wat ik vandaag heb bestudeerd, wil ik
Helaman 6. Satan is de aanstichter van alle kwaad
Leg uit dat Helaman 5:14–52 gelezen kan worden als een voorbeeld van bouwen op de rots van Christus. Evenzo kan Helaman 6 gelezen worden als een voorbeeld van bouwen op een fundament van zand. Zorg ervoor dat de cursisten begrijpen dat Satan de aanstichter is van alle beschreven instabiliteit.
Lees Leer en Verbonden 93:37–39 met de cursisten. U kunt ze eventueel in overweging geven om een kruisverwijzing te maken van deze tekst en Helaman 6:21.
-
Wat kunnen we volgens Leer en Verbonden 93:37 doen als we licht en waarheid hebben?
-
Waardoor kan Satan licht en waarheid van ons wegnemen?
Vraag de cursisten Helaman 6:9–17 te lezen.
-
Hoe kan een voorliefde voor materiële rijkdom ertoe leiden dat we het licht en de waarheid van het evangelie verliezen?
Vraag de cursisten vluchtig Helaman 6:17–40 door te nemen en vast te stellen welk gedrag onder de Nephieten tot toenemende duisternis, ofwel goddeloosheid, leidde. Schenk extra aandacht aan de verzen 27–30, 35 en 40. Vraag ze wat ze hebben gevonden.
Laat de cursisten Helaman 6:1–4, 20, 36–37 lezen om het gedrag van de Nephieten te vergelijken met het gedrag van de Lamanieten.
-
Waardoor waren de Lamanieten in staat om geestelijk voorspoedig te zijn in een tijd van grote goddeloosheid onder de Nephieten?
-
Hoe verschilden de daden van de Lamanieten van die van de Nephieten?
-
Hoe verschilden de houding en daden van de Lamanieten jegens de rovers van Gadianton van die van de Nephieten?
Besluit dit onderwijsidee met het lezen van Leer en Verbonden 50:23–25. U kunt de cursisten adviseren om een kruisverwijzing te maken van deze tekst en Helaman 6:21 en Leer en Verbonden 93:37–39.
Helaman 7; 8:1–12. ‘Tenzij gij u bekeert, zult gij omkomen’
Lees Helaman 7:1–9, 22–24 met de cursisten.
-
Wat was volgens deze verzen de reden van Nephi’s grote droefheid?
-
Wat was volgens Nephi de enige manier waarop de Nephieten konden voorkomen dat ze ‘volkomen vernietigd’ zouden worden?
Lees Helaman 8:1–9 met de cursisten.
-
Hoe reageerden de mensen op Nephi’s woorden?
-
Waarom denkt u dat mensen die schuldig zijn aan overtreding soms boos reageren op de waarheid? Wat zijn enkele geestelijke gevolgen van dit gedrag?
Lees tot slot het citaat van ouderling F. Burton Howard op p. 283 in het cursistenboek.
Helaman 8:13–23. Alle profeten getuigen van Jezus Christus en zijn verzoening
Dit onderwijsidee concentreert zich op het getuigenis dat Nephi gaf, niet op de wonderbaarlijke omstandigheden eromheen. Als de cursisten niet bekend zijn met Nephi’s profetische aankondiging van de moord op de opperrechter en de ontmaskering van de moordenaar, kunt u overwegen vooraf een cursist te vragen om de gebeurtenissen in Helaman 8–9 samen te vatten.
Lees het volgende citaat van ouderling Russell M. Nelson van het Quorum der Twaalf Apostelen voor (ook beschikbaar op de meegeleverde dvd A):
‘Als u het Boek van Mormon leest, concentreer u dan op de belangrijkste persoon in het boek — van het eerste tot het laatste hoofdstuk — de Heer Jezus Christus, de Zoon van de levende God. (…)
‘(…) Ook andere grote profeten uit het Boek van Mormon hebben — in hun eigen tijd en op hun eigen manier — van de Heer Jezus Christus getuigd. Onder hen bevonden zich de broeder van Jared, Zenock, Neüm en Zenos. Getuigenissen van Jezus Christus voorafgaand aan zijn geboorte in Betlehem werden opgetekend door koning Benjamin, Abinadi, Alma de oude, Alma de jonge, Amulek, de zoons van Mosiah, bevelhebber Moroni, de broers Nephi en Lehi, en Samuël de Lamaniet. In een ogenschijnlijk eindeloze aaneenschakeling van profetische proclamaties — getuigenissen van ‘alle heilige profeten’ [Jakob 4:4] ‘vele duizenden jaren vóór zijn komst’ [Helaman 8:18] — staat in het Boek van Mormon de plechtige verklaring dat Jezus de Christus is, onze Heiland en Verlosser’ (in Conference Report, oktober 1999, p. 87; of Ensign, november 1999, p. 69).
Maak de cursisten duidelijk dat Nephi, net als veel andere profeten, zijn leven riskeerde om van Jezus Christus en zijn verzoening te getuigen.
Vraag een cursist Helaman 8:13–15 voor te lezen.
Vraag de cursisten naar de plaat van Mozes en de koperen slang op p. 284 in het cursistenboek te kijken. U kunt ze ook Numeri 21:5–9 en 1 Nephi 17:41 laten lezen.
-
Het enige wat de Israëlieten moesten doen om genezen te worden was naar de koperen slang kijken. Maar velen deden dat niet ‘wegens de eenvoud van het middel’ (2 Nephi 17:41). Welke ‘eenvoudige’ handelingen worden van ons gevraagd om ons geloof in Jezus Christus te tonen?
-
Waarom weifelen we soms om de dingen te doen die te eenvoudig te lijken?
-
Uit Helaman 8:15 leren we dat de koperen slang een zinnebeeld, of een symbool, is van Jezus Christus en zijn verzoening. Hoe kunnen we met geloof opkijken ‘naar de Zoon Gods’?
Laat de cursisten Helaman 8:16–23 lezen.
-
Wat spreekt u aan in het getuigenis van deze profeten?
-
Welke aanwijzing ziet u in vers 23 die verklaart waarom deze profeten vervolging, gevaar en de dood riskeerden om van de Heiland te getuigen?
-
Hoe kan het lezen of horen van het getuigenis van profeten ons getuigenis versterken? (Zie LV 46:13–14.)
Vertel vanuit uw gedachten en gevoelens dat het getuigenis, de raad en de geboden die de profeten geven ons laten zien hoe wij ‘met geloof […] [opkijken] naar de Zoon Gods’ en ‘leven, ja, volgens dat leven dat eeuwig is’ (Helaman 8:15).
Zet het volgende schema op het bord zonder de uitleg die onder ‘Kenmerken van profeten’ staat. Vraag de cursisten de verzen aan de linkerkant van het schema te lezen. Laat ze dan naar het bord komen en opschrijven wat zij hebben gevonden over de kenmerken van profeten. Mogelijke antwoorden staan hieronder, plus enkele kruisverwijzingen die de cursisten wellicht in hun Schriften willen aanbrengen.
Schrifttekst |
Kenmerken van profeten |
Zij prediken altijd bekering (zie ook Ether 9:28; LV 6:9; 11:9). | |
Hun boodschap maakt de goddelozen vaak boos (zie ook 1 Nephi 16:1–3). | |
Zij getuigen altijd van Jezus Christus (zie ook Jakob 7:11). | |
Er bestaan andere bewijzen die hun boodschap staven (zie ook Alma 30:44). | |
Zij profeteren of zeggen dingen die anderen niet weten (zie ook Mosiah 8:17). |