Bibliotheek
Les 13: ‘Het visioen’


Les 13

‘Het visioen’

Inleiding

Het visioen aan de profeet Joseph Smith dat in Leer en Verbonden 76 staat, geeft ons een basisbegrip van het leven na de dood, waaronder de graden van heerlijkheid. We leren er ook uit wat we moeten doen om weer in de tegenwoordigheid van onze hemelse Vader en Jezus Christus te wonen.

Achtergrondinformatie

  • L.Tom Perry, ‘Het heilsplan’, Liahona, november 2006, 69–72.

  • Matthew McBride, ‘“The Vision”: D&C 76’, de reeks Revelations in Context, 11 maart 2013, history.lds.org.

Lessuggesties

Leer en Verbonden 76

Basisbegrip van het leven na de dood

Leg uit dat in de jaren dertig van de negentiende eeuw veel christenen geloofden in een van de twee opvattingen over de hemel en de hel die men soms de ‘traditionele’ en ‘universele’ denkbeelden noemde. Het ‘traditionele’ denkbeeld was eenvoudigweg dat de rechtvaardigen naar de hemel en de ongehoorzamen naar de hel gingen. Het ‘universele’ denkbeeld was dat God de zondaars niet voor eeuwig zou straffen en dat iedereen uiteindelijk in Gods koninkrijk gered zou worden. De leden van de Kerk van Jezus Christus wisten op dat ogenblik al iets meer over de hemel en de hel dan de andere christenen. In februari 1832 kregen Joseph Smith en Sidney Rigdon een visioen dat de kennis van en het geloof in het hiernamaals voor de heiligen der laatste dagen drastisch veranderde. Dat visioen, dat in Leer en Verbonden 76 staat, openbaarde een ingewikkelde combinatie van Gods liefde, barmhartigheid, gerechtigheid en oordeelvelling, en gaf een vollediger beeld van het plan van onze hemelse Vader. De eerste kerkleden noemden dit visioen lange tijd eenvoudigweg ‘het visioen’. (Zie Matthew McBride, ‘“The Vision”: D&C 76’, de reeks Revelations in Context, 11 maart 2013, history.lds.org.)

Laat een cursist een korte samenvatting van Leer en Verbonden 76 geven. Toon het volgende citaat van president Wilford Woodruff (1807–1898) en vraag een cursist het voor te lezen:

Afbeelding
President Wilford Woodruff

‘Ik ben van mening dat de Leer en Verbonden [de] goddelijkste verklaringen bevat ooit aan de mensheid gegeven. Alleen al het ‘visioen’ [in afdeling 76] is een openbaring waarin meer licht, waarheid en beginselen worden gegeven dan in enige andere openbaring in wat voor boek dan ook. Er wordt duidelijk in uitgelegd wat onze huidige staat is, waar we vandaan komen, waarom we hier zijn en waar we heen zullen gaan. Ieder mens kan door die openbaring te weten komen wat zijn rol en toestand zal zijn.’ (Leringen van kerkpresidenten: Wilford Woodruff [2004], 125.)

Laat een cursist de inleiding van Leer en Verbonden 76 voorlezen. Laat een cursist Leer en Verbonden 76:15-19 voorlezen.

  • Wat waren Joseph en Sidney aan het doen waardoor ze deze openbaring ontvingen?

  • Wat leren we uit deze ervaring over het belang van Schriftstudie en -reflectie? (Zorg ervoor dat de cursisten het verband inzien tussen nadenken over de Schriften en openbaring ontvangen.)

Noot: benadruk dat leren nadenken over de Schriften een belangrijke studievaardigheid is waardoor de Heilige Geest meer waarheid aan ons kan openbaren.

Leer en Verbonden 76:1–10

Beloften aan de getrouwen

Laat een cursist Leer en Verbonden 76:1–4 voorlezen. Laat de klas meelezen en letten op woorden of zinsneden die Jezus Christus beschrijven. Laat de cursisten hun bevindingen desgewenst markeren. Leg uit dat de eigenschappen van de Heiland die in deze verzen staan een voorbeeld van een Schriftuurlijke opsomming zijn. Een Schriftuurlijke opsomming ‘is een reeks gedachten, denkbeelden of aanwijzingen die met elkaar in verband staan. Door op zoek te gaan naar opsommingen in de Schriften kunnen de leerkracht en cursisten belangrijke punten vinden die de schrijver wil beklemtonen.’ (Gospel Teaching and Learning [2012], 23.) Wijs de cursisten erop dat Leer en Verbonden 76 een aantal Schriftuurlijke opsommingen bevat.

  • Welke eigenschappen van Jezus Christus in de verzen 1–4 betekenen het meeste voor je? Waarom?

Vraag de cursisten Leer en Verbonden 76:5–10 in stilte door te nemen en te letten op de beloften van de Heer aan de getrouwen. Wijs de cursisten op de opsomming van beloften in de verzen 6–10. U kunt de cursisten voorstellen de punten van de opsomming te markeren om de beloften van de Heer te benadrukken.

  • Wat moeten we volgens vers 5 doen om de barmhartigheid, genade en eer van de Heiland te ervaren?

Help de cursisten om het volgende beginsel in deze verzen terug te vinden: Als wij de Heer vrezen en Hem in rechtschapenheid dienen, zal Hij ons eren en barmhartig jegens ons zijn. Herinner de cursisten eraan dat de Heer ‘vrezen’ hier vereren betekent.

Stel de volgende vragen om de cursisten dit beginsel beter te laten begrijpen:

  • Welke van de beloften in verzen 5–10 zou je het liefst ontvangen? Waarom?

  • Wat moet je doen om die zegening te ontvangen?

Geef de cursisten even de tijd om te bedenken waarom het de moeite waard is deze zegeningen na te streven en te evalueren hoe goed ze de Heer vereren en Hem in rechtschapenheid en waarheid dienen.

Wijs de cursisten erop dat vanaf vers 11 de rest van afdeling 76 de openbaring van de Heer bevat over de ‘verborgenheden van zijn koninkrijk […] die in heerlijkheid […] alle begrip te boven gaan’ (vers 114). De openbaring geeft ons kennis van de wonderen van de eeuwigheid en het hiernamaals en onthult wat onbekend was.

Leer en Verbonden 76:19–24

Visioen van de Vader en de Zoon

Leg uit dat Leer en Verbonden 76 een reeks visioenen bevat. Om de cursisten een overzicht te geven van wat Joseph Smith en Sidney Rigdon in deze visioenen zagen, toont u de bijgaande afbeelding of deelt u die aan de cursisten uit. Leg uit dat elk punt op het diagram één visioen was.

Afbeelding
diagram of section 76

Wijs ze erop dat een van de visioenen die Joseph Smith en Sidney Rigdon die dag kregen een visioen van de Vader en zijn Zoon, Jezus Christus, was. Toon de volgende vragen of schrijf ze op het bord:

Welke waarheden komen we uit deze openbaring over Jezus Christus te weten?

Van welke van deze waarheden kun jij getuigen? Hoe weet je dat ze waar zijn?

Vraag de cursisten Leer en Verbonden 76:19–24 in stilte door te nemen en te bedenken hoe ze de vragen op het bord zouden beantwoorden. Vraag de cursisten na verloop van tijd naar hun antwoorden op de vragen. De cursisten kunnen verschillende antwoorden geven, maar zorg ervoor dat ze deze beginselen begrijpen. Jezus Christus is een levende, verheerlijkte persoon. Jezus Christus is de Eniggeborene van de Vader. Jezus Christus is de Schepper van deze en andere werelden. De inwoners van deze en andere werelden zijn voor God gewonnen zonen en dochters.

Overweeg om uw getuigenis van de Heiland te geven.

Leer en Verbonden 76:25–113

Het heilsplan

Leg uit dat de verzen 25–113 van afdeling 76 prachtige waarheden over het heilsplan bevatten. Laat de cursisten een groep verzen die op het diagram staan uitkiezen en ze snel doorlezen. Verdeel de klas in tweetallen en vraag ze te bespreken wat ze geleerd hebben of wat ze in deze verzen inspirerend vonden. Bespreek daarna de volgende vraag met de klas:

  • In welke basisleerstellingen over het leven en de dood geeft Leer en Verbonden 76 ons meer inzicht? (De strekking van de antwoorden dient het volgende te omvatten: dat we via Leer en Verbonden 76 een basisbegrip van het leven na de dood krijgen en van wat we moeten doen om weer in de tegenwoordigheid van onze hemelse Vader en Jezus Christus te leven.)

Leg uit dat het visioen van het celestiale koninkrijk een van de belangrijkste visioenen is die Joseph Smith en Sidney Rigdon hebben gekregen. Vraag de cursisten Leer en Verbonden 76:50–53 te lezen en te letten op een opsomming van vereisten voor het betreden van het celestiale koninkrijk. U kunt de cursisten voorstellen om die vereisten in hun Schriften te markeren of te nummeren. Laat een cursist vertellen wat hij of zij gevonden heeft en vraag vervolgens:

  • Wat betekent het om een ‘getuigenis van Jezus’ te ontvangen? (Geloven in de verlossende zending van de Heiland en zijn geboden onderhouden.)

  • Wat betekent het om te ‘overwinnen door geloof’? (Verleidingen en zonden overwinnen door geloof in Jezus Christus te oefenen en getrouw tot het einde toe te volharden.)

  • Wat houdt het in om ‘door de Heilige Geest der belofte’ verzegeld te zijn? (De Heilige Geest, die ook de Heilige Geest der belofte is, getuigt tot de Vader dat we de heilsverordeningen van zijn evangelie ontvangen hebben en dat we de verbonden nagekomen zijn die we gesloten hebben.)

Vat Leer en Verbonden 76:54–70 samen door uit te leggen dat in deze verzen veel zegeningen staan die de verhoogde bewoners van het celestiale koninkrijk zullen ontvangen. Geef de cursisten even de tijd om deze verzen te lezen en te letten op de beloofde zegeningen of toestanden die voor hen het belangrijkst zijn.

  • Welke beloofde zegening aan de getrouwen is voor jou belangrijk? Waarom?

  • Hoe geeft vers 69 ons inzicht in de rol die de Heiland speelt in het leven van wie het celestiale koninkrijk beërven? (Ieder van ons zal, hoe hard we het ook proberen, niet aan alle vereisten voldoen om het celestiale koninkrijk te beërven. Alleen dankzij het zoenoffer van de Heiland kunnen we van onze zonden gereinigd en vervolmaakt worden.)

  • Hoe kunnen we met de kennis van de waarheden over het heilsplan in Leer en Verbonden 76 betere keuzes maken?

Toon het volgende citaat van president Boyd K. Packer en vraag een cursist het voor te lezen:

Afbeelding
President Boyd K. Packer

‘Zonder kennis van het evangelieplan lijkt overtreding natuurlijk, onschuldig en zelfs gerechtvaardigd. Er is geen grotere bescherming tegen de tegenstander dan de waarheid te weten — het plan te kennen!’ (Our Father’s Plan [1994], 27).

  • In welk opzicht kan kennis van de waarheden in Leer en Verbonden 76 ons tegen de invloed van Satan beschermen?

  • Op welke manier heeft jouw kennis van het plan van onze hemelse Vader je beschermd en is het je tot zegen geweest?

Laat een cursist Leer en Verbonden 76:114–117 voorlezen. Laat de klas meelezen en letten op de belofte aan wie zich reinigen. Vraag de cursisten om de belofte in die verzen te beschrijven.

Laat de cursisten antwoord geven en toon vervolgens deze uitspraak van de profeet Joseph Smith (1805–1844) over het visioen in Leer en Verbonden 76:

Afbeelding
Profeet Joseph Smith

‘Ik zou honderd keer meer kunnen uitleggen over de heerlijkheden van de koninkrijken die ik in het visioen heb gezien, als ik daar toestemming voor kreeg, en als de mensen daarop voorbereid waren.’ (In History of the Church, 5:402.)

Om de cursisten te helpen toepassen wat ze in de les geleerd hebben, toont u de volgende onvolledige zinsneden of schrijft u ze op het bord:

Na het bestuderen van Leer en Verbonden 76:

weet ik dat …

wil ik …

ga ik …

Laat de cursisten de zinsneden op een blaadje afmaken. Laat ze bedenken of de keuzes die ze maken hen in staat stellen het celestiale koninkrijk te beërven en andere zegeningen te ontvangen die in Leer en Verbonden 76 beloofd worden. Geef uw getuigenis van de waarheden die in deze les zijn besproken.

Leesstof voor de cursisten

Afdrukken