Bibliotheek
Les 28: Het heilswerk bespoedigen


Les 28

Het heilswerk bespoedigen

Inleiding

De afgelopen jaren hebben de leiders van de kerk de profetie van de Heer benadrukt dat Hij zijn ‘werk [zal] bespoedigen’ (LV 88:73). Het heilswerk bestaat uit zendingswerk, behoud van bekeerlingen, heractivering, tempelwerk en familiegeschiedenis, en evangelieonderwijs. Deze les geeft de cursisten een beter begrip van hun taak als lid van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen om aan dit werk deel te nemen.

Achtergrondinformatie

Lessuggesties

Leer en Verbonden 138:53–56

De Heer bespoedigt zijn werk

Vertel de cursisten dat president Joseph F. Smith kort voor zijn dood een visioen van de geestenwereld kreeg dat in Leer en Verbonden 138 staat. Hij vernam dat de leiders van de laatste bedeling en ‘vele anderen’ in het voorsterfelijk leven op hun aardse taken voorbereid waren. Vraag een cursist Leer en Verbonden 138:53–56 voor te lezen en laat de cursisten letten op de taken die deze leiders in de voorsterfelijke wereld gekregen hadden.

  • Welke taken hadden die leiders in de voorsterfelijke wereld gekregen? Welke voorbereiding hadden ze daar gekregen?

  • Welke taken heb jij misschien in de voorsterfelijke wereld gekregen? Welke voorbereiding heb je misschien gekregen? (Zie erop toe dat de cursisten bij hun bespreking het volgende beginsel noemen:we zijn in het voorsterfelijk leven voorbereid om in de volheid der tijden naar de aarde te komen en voor het heil van de zielen der mensen te werken.)

Toon het volgende citaat van president Thomas S. Monson en vraag een cursist het voor te lezen:

President Thomas S. Monson

‘Beseft u dat de kerk 98 jaar bestond voordat ze honderd ringen telde? Maar minder dan dertig jaar later waren de volgende honderd een feit. En amper acht jaar later telde de kerk ruim driehonderd ringen. Nu [in 2014] hebben we meer dan drieduizend ringen.

‘Waarom groeien we steeds sneller? Omdat we meer in het nieuws zijn? Omdat we mooie gebouwen hebben?

‘Dat zijn belangrijke zaken, maar de reden waarom de kerk groeit, is dat de Heer heeft aangegeven dat ze zou groeien. In de Leer en Verbonden heeft Hij gezegd: ‘Zie, Ik zal mijn werk te zijner tijd bespoedigen’ [LV 88:73].

‘Wij, de geestkinderen van onze hemelse Vader, zijn in deze tijd naar de aarde gezonden om aan de bespoediging van dit grote werk deel te nemen.’ ((‘Hastening the Work’, Ensign, juni 2014, 4).

  • Waarom zijn we volgens president Monson op dit moment naar de aarde gestuurd? (Zie erop toe dat de cursisten bij hun bespreking van deze vraag het volgende beginsel begrijpen:we hebben de taak om het werk van onze hemelse Vader te bespoedigen.)

  • Op welke manieren heb je de Heer zijn werk zien bespoedigen? (Er zijn veel mogelijke antwoorden, waaronder het verlagen van de zendingsleeftijd, het toenemend aantal zendelingen, het toenemend aantal tempels, en het toenemend aantal hulpmiddelen die familiehistorisch werk makkelijker maken.)

Wijs erop dat die antwoorden het bewijs zijn dat de Heer zijn werk aan beide kanten van de sluier bespoedigt. Leg uit dat de leiders van de kerk in deze tijd vijf aspecten van het heilswerk benadrukken en ons vragen om aan die aspecten deel te nemen om Gods werk in de laatste dagen te bespoedigen. Toon het volgende citaat van ouderling L. Whitney Clayton van het presidium der Zeventig en laat een cursist het voorlezen: Laat de cursisten letten op de vijf aspecten die van het heilswerk deel uitmaken:

Ouderling L. Whitney Clayton

‘Levende profeten en apostelen leren ons dat de “leden van de Kerk van Jezus Christus uitgestuurd worden ‘om in zijn wijngaard te werken voor het heil van de zielen der mensen’ (LV 138:56). Dit werk bestaat uit zendingswerk, behoud van bekeerlingen, heractivering, tempelwerk en familiegeschiedenis, en evangelieonderwijs.” [Handboek 2: de kerk besturen (2010), 5.0.]’ (‘The Work of Salvation: Then and Now’, Ensign, september 2014, 63).

Laat de cursisten de vijf aspecten opnoemen en zet ze op het bord:

Zendingswerk door leden

Behoud van bekeerlingen

Heractivering van minderactieve leden

Tempelwerk en familiegeschiedenis

Evangelieonderwijs

Leer en Verbonden 88:73

We kunnen allemaal bijdragen tot de bespoediging van het werk van de Heer

handout iconLaat een cursist Leer en Verbonden 88:73 voorlezen terwijl de anderen meelezen. Leg vervolgens uit dat we er allemaal naar behoren te streven om meer aan de bespoediging van het werk van de Heer bij te dragen. Deel het uitreikblad uit dat u aan het eind van de les vindt en leg uit dat dit uitreikblad hun ideeën kan geven om meer bij te dragen. Vraag de cursisten een of meerdere citaten op het uitreikblad in stilte te lezen en de vragen op het uitreikblad voor te bereiden.

handout, Hastening the Work of Salvation

Geef de cursisten voldoende tijd om te lezen en zich voor te bereiden en laat dan een cursist het eerste citaat voorlezen. Vraag enkele cursisten vervolgens naar hun antwoorden op de drie vragen op het uitreikblad en laat hen zich daarbij op zendingswerk concentreren. Herhaal dat proces voor alle vijf citaten.

Laat de cursisten inzien dat het belangrijk is om aan het heilswerk deel te nemen door ze de volgende vragen te stellen:

  • Welke zegeningen heb je ontvangen door aan een of meerdere van deze aspecten van het heilswerk deel te nemen? Welke bijzondere ervaring had je toen je aan een van deze aspecten deelnam?

Toon het volgende citaat van president Dieter F. Uchtdorf van het Eerste Presidium en laat een cursist het voorlezen:

President Dieter F. Uchtdorf

‘Wat zullen we na dit leven te vertellen hebben over onze bijdrage aan deze belangrijke periode en aan de behartiging van het werk van de Heer? Zullen we kunnen zeggen dat we onze mouwen hebben opgestroopt en met hart, macht, verstand en sterkte hebben meegewerkt? Of zullen we moeten toegeven dat onze rol voor het grootste deel die van toeschouwer was?’ (‘Slaapt u door de herstelling heen?’ Liahona, mei 2014, 59.)

Laat de cursisten plannen maken om meer aan het heilswerk deel te nemen door de volgende vragen te stellen:

  • Op welke manieren heb je anderen zoal het werk van de Heer zien bespoedigen?

  • Op welke manieren ga jij aan de bespoediging van het werk van de Heer bijdragen?

  • Hoe motiveren onze kennis en ons getuigenis van de herstelling ons om meer aan het heilswerk bij te dragen?

Vraag een paar cursisten te vertellen en getuigen wat ze in deze cursus over de herstelling van het evangelie geleerd hebben. Getuig tot slot van de waarachtigheid van de herstelling van het evangelie door de profeet Joseph Smith.

Leesstof voor de cursisten

Het heilswerk bespoedigen

Fundamenten van de herstelling — les 28

Denk bij de vijf aspecten van het heilswerk na over deze vragen:

  • Hoe brengen jouw inspanningen in dit aspect van Gods werk anderen dichter tot de heilszegeningen?

  • Welke ervaringen heb je gehad en welke zegeningen heb je ontvangen door aan dit aspect van het heilswerk van de Heer deel te nemen?

  • Wat kun je ongeacht je huidige kerkroeping doen om aan dit aspect van het heilswerk bij te dragen?

Zendingswerk door leden

Ouderling Neil L. Andersen van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:

Ouderling Neil L. Andersen

‘Broeders en zusters, zoals de Heer meer zendelingen heeft geïnspireerd om te dienen, zo opent Hij ook het hart en verstand van meer goede en eerlijke mensen om zijn zendelingen te ontvangen. U kent ze al of zult ze nog leren kennen. Ze bevinden zich in uw familie of wonen bij u in de buurt. Ze passeren u op straat, zitten bij u op school of hebben contact met u via het internet. U bent ook een belangrijk onderdeel van dit wonder dat zich ontvouwt.

‘Als u geen voltijdzendeling met een naamplaatje op uw jas bent, is het nu de tijd om er eentje op uw hart te schilderen. Niet, zoals Paulus heeft gezegd, met inkt geschreven, maar met de Geest van de levende God.’ [2 Korinthe 3:3.] […] U kunt een bijdrage aan dit wonder leveren.’ (‘Het is een wonder’, Liahona, mei 2013, 78.)

Behoud van bekeerlingen

Ouderling M. Russell Ballard van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:

Ouderling M. Russell Ballard

‘Wij moeten ons uiterste best doen om ervoor te zorgen dat ieder lid van de kerk vriendschap en alle zegeningen van het evangelie ontvangt.

‘President Gordon B. Hinckley heeft ons aan onze taak herinnerd om samen met de Heer zijn plannen voor de kerk uit te voeren. In een satellietuitzending heeft president Hinckley gezegd:

‘“De Heer heeft ons het bevel gegeven om het evangelie aan ieder schepsel te verkondigen. Dat vergt de beste inspanningen van alle zendelingen — zowel voltijd- als ringzendelingen. Het vergt de beste inspanningen van iedere bisschop, iedere raadgever van de bisschop en ieder lid van de wijkraad.” (“Find the Lambs, Feed the Sheep”, Ensign, mei 1999, 107.) Het vergt de beste inspanningen van ieder lid.’ (‘Members Are the Key), Ensign, september 2000, 10).

Heractivering van minderactieve leden

‘Onze taak [als lid] is onszelf onder te dompelen in het liefhebben en dienen van de mensen om ons heen — een hulpbehoevende collega troosten, onze vrienden voor een doopdienst uitnodigen, een oude buur met zijn tuin helpen, een minderactief lid voor een maaltijd uitnodigen, of een buur met haar familiegeschiedenis helpen. Dat zijn stuk voor stuk natuurlijke, vreugdevolle manieren om minderactieven en andersgelovigen deel te laten uitmaken van ons leven en daardoor ook van het evangelie. Samen met hen de leuke en de heilige momenten doorbrengen, is misschien wel de meest doeltreffende manier waarop we in de “wijngaard [van Jezus Christus kunnen] werken voor het heil van de zielen der mensen” (LV 138:56)” (‘Hastening the Work of Salvation’, Ensign, oktober 2013, 36).

Familiehistorisch en tempelwerk

Ouderling Quentin L. Cook van het Quorum der Twaalf Apostelen heeft gezegd:

Ouderling Quentin L. Cook

‘Onze kerkleiders hebben een duidelijke oproep aan de opkomende generatie gedaan om voorop te lopen in het gebruik van technologie om de geest van Elia te ervaren, gegevens over hun voorouders op te zoeken en tempelverordeningen voor hen te verrichten. Het heilswerk voor zowel de levenden als de doden zal vooral bespoedigd worden door jullie, jonge mensen.’ (‘Wortels en takken’, Liahona, mei 2014, 46.)

Evangelieonderwijs

‘De taak om anderen in het evangelie te onderwijzen geldt niet alleen voor hen die formeel als leerkracht zijn geroepen. Als lid van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen hebt u de taak om anderen in het evangelie te onderwijzen. Als ouder, zoon, dochter, man, vrouw, broer, zus, kerkleider, leerkracht, huisonderwijzer, huisbezoekster, medewerker, buurman, buurvrouw, vriend(in) bent u in de gelegenheid om te onderwijzen. Soms kunt u openlijk en direct onderwijzen, door uw woorden en uw getuigenis. En u onderwijst altijd door uw voorbeeld.’ (Onderwijzen geen grotere roeping: handleiding voor evangelieonderwijs [1999], 3–4).