2018
Hem altijd indachtig zijn
February 2018


Boodschap van het Eerste Presidium

Hem altijd indachtig zijn

family at sacrament meeting

Beeld u de profeet Moroni eens in die de laatste woorden van het Boek van Mormon in de gouden platen graveert. Hij was helemaal alleen. Hij was getuige van de val van zijn land, zijn volk en zijn familie geweest. Het land was ‘een voortdurend toneel’ van oorlog (Mormon 8:8). En toch had hij hoop, want hij had onze tijd gezien! Van alles wat hij tot ons kon schrijven, spoorde hij ons aan om te bedenken, oftewel indachtig te zijn (zie Moroni 10:3).

President Spencer W. Kimball (1895–1985) zei vaak dat indachtig misschien wel het belangrijkste woord in het woordenboek is. Hij zei dat aangezien we verbonden met God gesloten hebben, ‘het van het grootste belang is dat we die indachtig zijn’.1

In de Schriften vinden we veel woorden die verwijzen naar indachtig zijn zoals bedenken, gedenken, denken aan, herinneren enzovoort. Nephi spoorde zijn broers vaak aan om de woorden van de Heer indachtig te zijn en te bedenken dat God hun voorvaderen gered had (zie 1 Nephi 15:11, 25; 17:40).

Koning Benjamin maande zijn volk in zijn afscheidsrede aan om indachtig te zijn. Hij hoopte dat ze ‘de grootheid van God […] en zijn goedheid en lankmoedigheid’ jegens hen zouden gedenken (Mosiah 4:11; zie ook 2:41; 4:28, 30; 5:11–12).

Toen de Heiland het avondmaal instelde, vroeg Hij zijn apostelen om ter herinnering aan zijn zoenoffer van de zinnebeelden te nemen (zie Lukas 22:19). In elk avondmaalsgebed dat we horen, gaat het woord altijd vooraf aan het woord indachtig (zie LV 20:77, 79).

Ik wil u aansporen, zelfs smeken, om indachtig te zijn. Er zijn een aantal onderwerpen waarover u kunt nadenken als u ’s zondags aan het avondmaal deelneemt. Ik geef u drie suggesties. Ik hoop dat u er iets aan hebt. Mij hebben ze in ieder geval geholpen.

Wees Jezus Christus indachtig

Wees ten eerste de Heiland indachtig. Gedenk wie Hij op aarde was, hoe Hij met anderen sprak, en hoe Hij zijn liefde door zijn daden uitte. Bedenk aan wie Hij tijd besteedde en waarin Hij onderrichtte. De Heiland ging het land door ‘terwijl Hij goeddeed’ (Handelingen 10:38). Hij bezocht de zieken. Hij was vastberaden om de wil van zijn Vader te doen.

We dienen vooral zijn offer voor ons indachtig te zijn, dat Hij uit liefde gebracht heeft om de smet van onze zonden te verwijderen. Als we Hem indachtig zijn, groeit ons verlangen om Hem te volgen. Dan willen we vriendelijker en vergevensgezinder zijn. We zijn dan meer bereid om de wil van God te achterhalen en na te streven.

Wees uw verbeterpunten indachtig

Als we aan de reinheid en volmaaktheid van de Heiland denken, worden we ons automatisch bewust van onze gebreken en onvolmaaktheden. We hebben een verbond gesloten om zijn geboden te onderhouden. Maar vaak voldoen we niet aan die hoge norm. De Heiland had dat echter voorzien. Daarom heeft Hij ons het avondmaal gegeven.

Het avondmaal komt van het oudtestamentische gebruik van offers brengen en daar hoorde een belijdenis van zonde bij (zie Leviticus 5:5). We offeren geen dieren meer, maar we kunnen wel onze zonden prijsgeven. In de Schriften wordt dat een offer van ‘een gebroken hart en een verslagen geest’ genoemd (3 Nephi 9:20). Neem met een berouwvol hart aan het avondmaal deel (zie LV 59:12; Moroni 6:2). Doet u dat, dan ontvangt u vergeving van zonde en blijft u op het pad dat terug naar God leidt.

Wees uw vooruitgang indachtig

Als u tijdens het avondmaal uw leven onder de loep neemt, hoop ik dat u zich niet alleen op uw fouten concentreert. Denk ook aan de goede dingen die u doet. Denk aan de momenten waarop u gevoeld hebt dat onze hemelse Vader en de Heiland tevreden over u waren. U kunt God tijdens het avondmaal vragen om u die dingen te laten inzien. Ik beloof u dat u dan iets zult voelen. U zult hoop voelen.

Telkens als ik dat doe, bevestigt de Geest dat ik vandaag beter ben dan gisteren, hoewel ik nog verre van volmaakt ben. En dat geeft me het vertrouwen dat ik dankzij de Heiland morgen nóg beter kan zijn.

Altijd is lang en vergt veel concentratie en inspanning. U weet uit ervaring hoe moeilijk het is om doelbewust voortdurend aan iets te denken. Maar of u zich aan uw belofte houdt om Hem altijd indachtig te zijn of niet, Hij is u altijd indachtig.

De Heiland weet waarmee u worstelt. Hij weet hoe het voelt als de zorgen van het leven op u drukken. Hij weet dat u de zegening broodnodig hebt die voortvloeit uit Hem altijd indachtig zijn en gehoorzamen, namelijk dat u ‘zijn Geest altijd bij [u mag] hebben’ (LV 20:77; cursivering toegevoegd).

Hij verwelkomt u dus elke week aan de avondmaalstafel en geeft u zo de gelegenheid om Hem nogmaals te betuigen dat u Hem altijd indachtig zult zijn.

Noot

  1. Spencer W. Kimball, ‘Circles of Exaltation’ (toespraak tot godsdienstleerkrachten van de kerkelijke onderwijsinstellingen, 28 juni 1968), 5.