Tieners en jonge kinderen onderwijzen
Als een of beide ouders niet naar de kerk gaan
De auteur woont in Utah (VS).
President Russell M. Nelson groeide op in een liefdevol gezin met ouders waar hij dol op was. Maar als kind ging hij zonder zijn ouders naar de kerk. Hij wilde in de tempel aan zijn ouders worden verzegeld.1 Maar een kind hoeft niet alleen over het verbondspad te lopen. De liefde en zorg van familie- en wijkleden kunnen de leemtes opvullen voor kinderen die thuis geen steun in het evangelie hebben. Uiteindelijk kunnen alle kinderen door degelijke evangelieleerstellingen en goede ervaringen thuis en in de kerk de liefde van onze hemelse Vader voelen.
Voor ouders die zonder huwelijkspartner naar de kerk gaan
-
Getuig van de zegeningen die u ontvangt omdat u het evangelie naleeft. Zorg ervoor dat uw kinderen zien dat we vrede in ons hart krijgen als we het evangelie naleven – en dat onze lasten verlicht worden. Leg uit waarom u ervoor kiest om actief in de kerk te zijn, zonder iets negatiefs te zeggen over de ouder die niet naar de kerk gaat. Vertel over de gevoelens van troost en leiding die u krijgt omdat u uw doopverbond naleeft.
-
Bevorder een positieve mentaliteit. Draag ertoe bij dat de kinderen het goede in de andere gezinsleden zien. U kunt er ook toe bijdragen dat ze het goede in leerkrachten, leidinggevenden en leden van de wijk zien. Bespreek wat uw kinderen in de kerk geleerd hebben. Sta niet stil bij de zwakheden of ongevoelige opmerkingen van anderen. Maar wees positief en laat zien dat u bereid bent om van anderen te leren.
-
Ga positief met negatieve gevoelens om. Help de kinderen om negatieve gevoelens, zoals angst, eenzaamheid, teleurstelling en boosheid te benoemen. Dan kunt u ertoe bijdragen dat ze die gevoelens door middel van tekenen, spelen of praten verwerken. U kunt zo nodig ook professionele hulp inroepen. Als een gewond hart wordt genezen, is iedereen ontvankelijker voor geestelijke gevoelens en heeft iedereen betere ervaringen in de kerk.
-
Vraag zo nodig om hulp. Als u hulp nodig hebt, wacht dan niet tot iemand die aanbiedt. Soms zien kerkleiders en wijkleden niet dat er hulp nodig is. Ze kunnen ook aarzelen om zonder uitnodiging hulp te verlenen. Als een kind een zegen nodig heeft, overweeg dan met een gebed in uw hart wie dat kan doen en vraag die persoon dan. Vraag u ook af wie u kunt helpen.
Voor alle volwassenen
-
Let op kinderen die zonder een of beide ouders naar de kerk komen, en heb ze lief. Leer hun namen uit het hoofd en begroet ze met warmte en zorg. Vel geen oordeel over hun omstandigheden en stel geen vragen over afwezige ouders. Als kinderen voelen dat de kerkleden oprecht om ze geven, is het waarschijnlijker dat ze zich ontspannen, leren en de Geest voelen.
-
Let op bijzondere behoeften. Als kinderen zonder een of beide ouders naar de kerk komen, besef dan dat bepaalde leringen of activiteiten lastig voor ze kunnen zijn. Zeg in een les over de zegeningen van het priesterschap dat iedereen toegang tot die zegeningen heeft. Als er een activiteit is waarbij de ouders betrokken zijn, nodig dan alle ouders uit. Wees u bewust van kinderen voor wie dagen als vaderdag of moederdag lastig kunnen zijn.
-
Zorg ervoor dat ze hun gezinsleden liefhebben en sterken. Leer de kinderen dat het gezin door God is ingesteld.2 Moedig ze aan om het goede in hun familie te waarderen. Door familiegeschiedenis kunnen kinderen beseffen dat hun familie al bestond voordat zij geboren waren. En ze kunnen door familiegeschiedenis gezegend worden met ‘een hechtere band en meer vreugde in [hun] gezin.’3
-
Onderwijs ze in de ware leer. Keuzevrijheid is een fundamentele leerstelling in het heilsplan, en kinderen zijn niet verantwoordelijk voor de keuzen en zonden van hun ouders (zie Mozes 6:54). De problemen van de ouders zijn niet de schuld van de kinderen en het is niet hun verantwoordelijkheid om er iets aan te doen. Als kinderen zich dat bewust zijn, maken ze zich minder zorgen over dingen die ze niet kunnen veranderen en waarderen ze de vele dagelijkse zegeningen die ze als gezin ontvangen.
President Henry B. Eyring, tweede raadgever in het Eerste Presidium, heeft gezegd: ‘Onze hemelse Vader wil niets liever dan zijn hele gezin bijeen vergaderen en zegenen. […] Zijn plan [biedt] al zijn kinderen de kans om zijn uitnodiging aan te nemen of af te slaan. En gezinnen vormen de kern van dat plan.’4